BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2009-2010
________
7 december 2009
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-5629

de Jurgen Ceder (Vlaams Belang)

aan de minister van Justitie
________
Wetboek van de Belgische nationaliteit - Ontneming van de Belgische nationaliteit - Aantallen
________
nationaliteit
naturalisatie
buitenlandse staatsburger
fraude
officiële statistiek
gerechtelijk onderzoek
rechterlijk bevel
________
7/12/2009Verzending vraag
6/5/2010Einde zittingsperiode
________
Herindiening van : schriftelijke vraag 4-3150
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-5629 d.d. 7 december 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Artikel 23, Wetboek van de Belgische nationaliteit, stelt in § 1 : "De Belgen die hun nationaliteit niet hebben verkregen van een ouder die Belg was op de dag van hun geboorte en de Belgen wier nationaliteit niet werd toegekend op grond van artikel 11, kunnen van de Belgische nationaliteit vervallen worden verklaard :

1° indien zij de Belgische nationaliteit hebben verkregen op grond van feiten die zij op een verdraaide manier hebben voorgesteld of die ze hebben achtergehouden, of op grond van valse verklaringen of valse of vervalste documenten die van doorslaggevend belang zijn geweest bij de beslissing tot toekenning van de nationaliteit;

2° indien zij ernstig tekortkomen aan hun verplichtingen als Belgische burger".

1. Hoeveel personen werden van de Belgische nationaliteit vervallen verklaard op grond van punt 1°? Graag een overzicht op jaarbasis voor de voorbije tien jaar met vermelding van de oorspronkelijke nationaliteit van de betrokkenen.

2. a. In hoeveel gevallen heeft het openbaar ministerie in het kader van punt 2° tot op heden een gerechtelijk onderzoek gestart ? Graag een jaarlijks overzicht, met vermelding van de feiten die aanleiding gaven tot de opening van dit onderzoek ?

b. Wat was het resultaat van elk van deze onderzoeken ?

c. Op welke wijze had elk van de betrokkenen de nationaliteit verworven en welk was hun oorspronkelijke nationaliteit ?

3. Heeft de geachte minister in dergelijke aangelegenheden ooit gebruik gemaakt van zijn positief injunctierecht om een dergelijk onderzoek te bewerkstelligen ? Zo ja, in welke gevallen ?