BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2008-2009
________
25 februari 2009
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-3100

de Pol Van Den Driessche (CD&V)

aan de vice-eersteminister en minister van Werk en Gelijke Kansen
________
Economische crisis - Tijdskrediet en loopbaanonderbreking - Financiële invloed
________
economische recessie
loopbaanonderbreking
ouderverlof
ouderschapstoelage
aanvullende uitkering
raming van de begroting
________
25/2/2009Verzending vraag
24/7/2009Antwoord
________
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-3100 d.d. 25 februari 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De jongste jaren zitten loopbaanonderbreking, tijdskrediet en thematische verloven (ouderschapsverlof, verlof voor medische bijstand,…) in de lift. In amper vier jaar tijd is het aantal mensen met loopbaanonderbreking toegenomen met meer dan 20 procent. Tijdskrediet kent de grootste groei: van 111 666 naar 118 856 werknemers in 2008. Ook de thematische verloven, zoals ouderschapsverlof en het verlof voor medische bijstand, worden vaker opgenomen. In 2008 bleven 44 435 Belgen drie maanden thuis om voor de kinderen te zorgen.

Mensen kiezen bewust voor loopbaanonderbreking. Maar ook werkgevers moedigen -in tijden van economische crisis- tijdskrediet en loopbaanonderbreking aan. De redenering die erachter schuilt, is bekend. Als er weinig werk is, is het handig als iemand bereid is zijn/haar professionele activiteiten (tijdelijk) te onderbreken. Zo krijgen werknemers van uitzendbureau Randstad vanaf 1 maart 2009 een extra premie als ze voor loopbaanonderbreking kiezen. Het komt erop neer dat de premie die de werknemers van de RVA krijgen op die manier wordt verhoogd.

De aanmoediging van allerlei vormen van loopbaanonderbreking en tijdskrediet resulteert in stijgende kosten voor de overheid. Het is immers de overheid die de premies en de uitkeringen betaalt die worden toegekend aan mensen die voor loopbaanonderbreking kiezen. In combinatie met de gestegen kosten tijdens de afgelopen jaren zorgt dat voor een aanzienlijk kostenplaatje. In 2008 betaalde de overheid 702,5 miljoen euro aan uitkeringen, in 2005 was dat nog maar 560 miljoen.

Daarom de volgende vraag :

Is het verstandig om loopbaanonderbreking en tijdskrediet te stimuleren/financieren om tegemoet te komen aan de (kosten van de) economische crisis ? Zorgt het niet voor (een nog) grotere druk op de begroting ?

Antwoord ontvangen op 24 juli 2009 :

Er zijn reeds maatregelen genomen om de kostprijs van het tijdskrediet te beperken. Bij koninklijk besluit van 8 juni 2007 werd het recht op onderbrekingsuitkeringen inzake voltijds tijdskrediet beperkt tot maximaal 12 maanden, behoudens uitzonderingen.

Door het koninklijk besluit van 2 februari 2009 wordt het KB/WIB 92 aangepast in die zin dat, vanaf 1 maart 2009 de bedrijfsvoorheffing op de uitkeringen voor halftijdse loopbaanonderbreking en halftijds tijdskrediet, ingaand vanaf 1 januari 2009, opgetrokken wordt van 17,15 % naar 30 % voor de onderbrekers jonger dan vijftig jaar en naar 35 % voor de onderbrekers vanaf vijftig jaar.

Deze maatregel is niet van toepassing op alleenstaanden en voor de thematische verloven.