5-121 | 5-121 |
De heer Jurgen Ceder (Onafhankelijke). - De herdenkingsplechtigheden naar aanleiding van de honderdste verjaardag van het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog zijn ook in ons land in aantocht.
Volgens recent historisch onderzoek hebben minstens negen Belgische soldaten die tijdens die oorlog door toedoen van de Belgische overheid zijn geëxecuteerd, geen proces gekregen dat die naam verdient. Dat blijkt onder meer uit een boek van historicus Siegfried Debaeke en een artikel van gewezen eerste advocaat-generaal Jacques Maes.
Daarom vroegen enkele familieleden van de terechtgestelden deze week in een open brief dat de Belgische justitie haar fouten in die dossiers zou erkennen en haar excuses zou aanbieden. Eerder verleenden de Franse en de Britse regeringen al verschillende vormen van eerherstel jegens de soldaten die zij lieten executeren in de Eerste Wereldoorlog.
Zonder uitspraak te doen over de gegrondheid van de vraag, vernam ik graag of de minister de betrokken dossiers zal bekijken en eventueel excuses zal aanbieden. De plechtigheden van volgend jaar zouden daartoe een goed moment zijn.
Kan een dergelijke heropening van dossiers ook niet mogelijk zijn voor feiten gepleegd tijdens andere wereldoorlogen of moet ook in die gevallen honderd jaar worden gewacht?
Mevrouw Annemie Turtelboom, minister van Justitie. - Ook wij hebben kennis genomen van de open brief waarnaar de heer Ceder verwijst. Deze zaak laat ons niet onberoerd. Zelfs na een eeuw blijven sommige bladzijden uit onze geschiedenis nog onvoldoende bekend en bestudeerd en soms blijven onrechtvaardigheden bestaan én het leed dat daarmee gepaard gaat.
Voor de organisatie van de herdenkingsplechtigheden van de honderdste verjaardag van de Eerste Wereldoorlog heeft de federale regering naast het federaal Organisatiecomité voor de Herdenking van de Eerste Wereldoorlog een raadgevend Wetenschappelijk Comité opgericht. Dat Wetenschappelijk Comité moet met zijn deskundigheid de federale regering en het Organisatiecomité begeleiden en helpen in hun geschiedkundige en wetenschappelijke werkzaamheden. Het Wetenschappelijk Comité bestaat uit historici-onderzoekers en heeft als taak de wetenschappelijke en historische adviezen voor het Organisatiecomité voor te bereiden, het historisch kader voor de plechtigheden te definiëren en de dossiers te evalueren die worden ingediend in het kader van de federale projectoproep.
Zodra we de aanvraag of het dossier van de betrokkenen hebben ontvangen, zullen we het aan het Wetenschappelijk Comité doorgeven, dat het Organisatiecomité voor de Herdenking van de Eerste Wereldoorlog in België bijstaat. Zij zullen de aanvraag bestuderen.
De heer Jurgen Ceder (Onafhankelijke). - Ik dank de minister voor haar correcte en uitgebreide antwoord. Het is alleen jammer dat er op mijn tweede vraag geen antwoord is gekomen, maar misschien moet ik daarop later eens terugkomen.