5-1770/3 | 5-1770/3 |
27 NOVEMBER 2012
I. PROCEDURE
De bepalingen van dit wetsontwerp stonden oorspronkelijk in het wetsvoorstel tot verbetering van de aanpak van seksueel misbruik en feiten van pedofilie binnen een gezagsrelatie, ingediend in de Kamer van volksvertegenwoordigers op 20 juni 2012 door mevrouw Van Cauter c.s. (stuk Kamer, nr. 53-2275/1). Dit wetsvoorstel valt onder de procedure bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
De commissie voor de Justitie van de Kamer stelde vast dat de artikelen 5, 6, 7, 9 en 12 van het wetsvoorstel onder de procedure bedoeld in artikel 77 van de Grondwet dienden te vallen en besloot die artikelen uit het ontwerp te lichten en onder te brengen in het wetsontwerp tot wijziging van de wet van 17 mei 2006 betreffende de externe rechtspositie van de veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten met het oog op de verbetering van de aanpak van seksueel misbruik en feiten van pedofilie binnen een gezagsrelatie, dat onder de verplichte bicamerale procedure valt (stuk Kamer, nr. 53-2377/1).
De Kamer van volksvertegenwoordigers keurde het wetsontwerp goed op 18 juli 2012 met 112 stemmen tegen 27 stemmen bij 1 onthouding. Het werd overgezonden aan de Senaat op 19 juli 2012.
De commissie voor de Justitie heeft ook het wetsontwerp besproken tot verbetering van de aanpak van seksueel misbruik en feiten van pedofilie binnen een gezagsrelatie (stuk Senaat, nr. 5-1769/1), dat onder de facultatief bicamerale procedure valt.
Ze besprak beide teksten samen tijdens haar vergaderingen van 7, 21 en 27 november 2012, in aanwezigheid van de minister van Justitie.
II. INLEIDENDE UITEENZETTING VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE
Zie stuk Senaat nr. 5-1769/3.
III. ALGEMENE BESPREKING
Zie stuk Senaat nr. 5-1769/3.
IV. BESPREKING VAN DE ARTIKELEN
Artikelen 1 en 2
Deze artikelen geven geen aanleiding tot opmerkingen.
Artikel 3
De heer Courtois merkt op dat er een betekenisverschil is tussen « se tenir » in de Franse tekst en « zich te vertonen » in de Nederlandse tekst.
De commissie beslist de Nederlandse tekst aan te passen en de woorden « zich op te houden » te gebruiken. Zij brengt dezelfde verbetering aan in de andere ontwerpbepalingen waar dit betekenisverschil voorkomt.
Artikelen 4 en 5
Deze artikelen geven geen aanleiding tot opmerkingen.
Artikel 6
Er wordt voorgesteld ontwerpartikel 29/1 te verdelen in leden in plaats van paragrafen.
De commissie stemt in met deze technische aanpassing.
Artikel 7
Dit artikel geeft geen aanleiding tot opmerkingen.
Artikel 8
Amendement nr. 2
Mevrouw Faes dient amendement nr. 2 in (stuk Senaat, 5-1769/2) dat ertoe strekt de woorden « het openbaar ministerie » te vervangen door de woorden « de strafuitvoeringsrechter ».
Artikel 8 van het wetsontwerp, dat betrekking heeft op artikel 35 van de wet externe rechtspositie, voert een identieke wijziging door als voorzien bij artikel 7, dat betrekking heeft op artikel 33 van de wet externe rechtspositie. Waar artikel 33 het stadium van het advies van het openbaar ministerie regelt, heeft artikel 35 betrekking op het stadium van de zitting. Het is dan ook duidelijk dat het in artikel 35 niet het openbaar ministerie moet zijn dat een beknopt voorlichtingsrapport of maatschappelijke enquête moet kunnen laten uitvoeren. Het openbaar ministerie heeft deze mogelijkheid immers al in artikel 33. In artikel 35 moet het daarentegen wel de strafuitvoeringsrechter zijn die deze mogelijkheid moet krijgen, net zoals hij deze mogelijkheid vandaag al heeft in artikel 35 wat betreft de beperkte detentie of elektronisch toezicht.
De minister kan akkoord gaan met de inhoud van deze aanpassing.
De commissie beslist dat het hier gaat het om een zuiver technische verbetering die als tekstcorrectie kan worden aangebracht; bijgevolg trekt mevrouw Faes haar amendement in, ervan uitgaande dat de Kamer van volksvertegenwoordigers zal instemmen met deze tekstcorrectie.
Artikelen 9 en 10
Deze artikelen geven geen aanleiding tot opmerkingen.
Artikel 11
Er wordt voorgesteld ontwerpartikel 49/1 te verdelen in leden in plaats van paragrafen.
De commssie stemt in met deze technische aanpassing.
Amendement nr. 3
Mevrouw Faes dient amendement nr. 3 in (stuk Senaat, nr. 5-1770/2) dat ertoe strekt, in het voorgestelde artikel 49/1, § 1, de woorden « strafuitvoeringsrechter » te vervangen door de woorden « strafuitvoeringsrechtbank ».
Artikel 49 van de wet externe rechtspositie behoort tot hoofdstuk II van Titel VI van de Wet externe rechtspositie en handelt over de straffen van meer dan 3 jaar, waarvoor de strafuitvoeringsrechtbank bevoegd is. In art. 8/9 wordt de bevoegdheid om het woonverbod aan te passen of te milderen gegeven aan de strafuitvoeringsrechter. Zoals blijkt uit het verslag van de Kamer was het echter de bedoeling om het woonverbod te integreren in de gehele beoordeling van de strafuitvoering. In art. 8/9 wordt dan ook foutief « strafuitvoeringsrechter » vermeld, terwijl het « strafuitvoeringsrechtbank » moet zijn.
De minister kan akkoord gaan met de inhoud van deze aanpassing.
De commissie beslist dat het hier gaat om een zuiver technische verbetering die als tekstcorrectie kan worden aangebracht; bijgevolg trekt mevrouw Faes haar amendement in, ervan uitgaande dat de Kamer van volksvertegenwoordigers zal instemmen met deze tekstcorrectie.
Artikelen 12 en 13
Deze artikelen geven geen aanleiding tot commentaar.
Artikel 14
Er wordt voorgesteld ontwerpartikel 95/1 onder te verdelen in leden in plaats van paragrafen.
De commissie stemt in met deze technische aanpassing.
Artikel 15
Dit artikel geeft geen aanleiding tot opmerkingen.
Artikel 16 (nieuw)
Amendement nr. 1
De heer Vanlouwe dient amendement nr. 1 in (stuk Senaat, nr. 5-1770/2) teneinde een artikel 16 in de wet in te voegen. De indiener stelt voor artikel 21bis van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering aan te vullen om rekening te houden met het arrest van 25 oktober 2012 van het Hof van Cassatie.
Aangezien dit amendement het wetsontwerp nr. 5-1769 betreft, trekt de heer Vanlouwe dit in.
V. STEMMINGEN
De amendementen 1 tot 3 worden ingetrokken.
De artikelen 1 tot 15 worden eenparig aangenomen door de 12 aanwezige leden.
Het verbeterde wetsontwerp in zijn geheel wordt eenparig aangenomen door de 12 aanwezige leden.
Vertrouwen wordt geschonken aan de rapporteur voor het opstellen van dit verslag.
De rapporteur, | De voorzitter, |
Hassan BOUSETTA. | Alain COURTOIS. |