3-202 | 3-202 |
De voorzitter. - de heer Didier Donfut, staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken, antwoordt.
Mevrouw Sabine de Bethune (CD&V). - Kinderen van 0 tot 21 jaar met een handicap kunnen in de regeling voor werknemers een toeslag krijgen bij hun kinderbijslag.
Vandaag zijn er twee systemen volgens de geboortedatum van het kind. Kinderen geboren voor 2 januari 1996 hebben recht op een toeslag als ze minstens 66% gehandicapt zijn. Voorts werd er een nieuw systeem ingevoerd op 1 mei 2003, voor kinderen geboren vanaf 2 januari 1996. Bedoeling was om tot een eerlijker systeem te komen zodat men niet enkel afhankelijk is van de arbitraire 66%-regel. Voortaan wordt rekening gehouden met:
1. de gevolgen op lichamelijk en psychisch vlak,
2. de gevolgen op het vlak van de activiteit en de participatie van het kind,
3. de gevolgen voor de familiale omgeving.
Het regeerakkoord bepaalde dat de leeftijdsgrens aangepast zou worden zodat meer kinderen zouden kunnen genieten van het nieuwe en billijker systeem. Op een mondelinge vraag van juni 2006 (3-1190) antwoordde de minister dat vanaf 1 januari 2007 alle rechthebbenden die geboren werden na 1 januari 1993 een beroep kunnen doen op het nieuwe systeem. Ik krijg echter het bericht van meerdere ouders dat hun aanvraag nog niet mogelijk is. De Rijksdienst voor Kinderbijslag en dus wellicht ook de andere kinderbijslagfondsen hebben nog geen richtlijnen gekregen.
Waarom is de nieuwe regeling nog niet toepasbaar? Vanaf wanneer kunnen rechthebbenden wel een aanvraag indienen?
Zal de nieuwe regeling met terugwerkende kracht ingang vinden, m.a.w. zullen de rechthebbenden ook voor de maand januari 2007 kunnen genieten van het nieuwe systeem?
De heer Didier Donfut, staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken. - Ten aanzien van het koninklijk besluit dat voorziet in de uitbreiding van de toepassing van de nieuwe evaluatieregeling tot de kinderen die geboren zijn na 31 december 1992 en uiterlijk op 1 januari 1996, namelijk het koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 56septies en 63 van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders en van het koninklijk besluit van 28 maart 2003 tot uitvoering van de artikelen 47, 56septies en 63 van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders en van artikel 88 van de programmawet van 24 december 2002, werd de adviesprocedure afgerond met het advies van de Raad van State, dat verstrekt werd op 3 januari 2007.
De publicatie in het Belgisch Staatsblad mag eerstdaags worden verwacht.
Het koninklijk besluit zal van toepassing zijn op alle aanvragen die vanaf 1 januari 2007 worden ingediend. De beslissingen hebben terugwerkende kracht tot mei 2003. De terugwerkende kracht was nodig omdat de nieuwe evaluatieregeling voor kinderen geboren na 1 januari 1996, destijds eveneens vanaf deze datum van toepassing was.
De kinderbijslaginstellingen werden op 21 december 2006 over dit koninklijk besluit ingelicht. Wij hebben hierover ook een aantal klantvriendelijke richtlijnen verstrekt. Daar ambtshalve herzieningen per definitie geen terugwerkende kracht hebben, heb ik gevraagd dat de kinderbijslaginstellingen erop zouden toezien dat, als mocht blijken dat naar aanleiding van een ambtshalve herziening een hoger bedrag aan bijkomende kinderbijslag kan worden toegekend, zij het betrokken gezin erover zouden inlichten dat zij een herzieningsaanvraag kunnen indienen, zodat de nieuwe evaluatieregeling eventueel met terugwerkende kracht van toepassing wordt.
Ik heb de kinderbijslaginstellingen ook gevraagd om in de loop van januari 2007 een brief te richten aan de gezinnen met een kind dat geboren is na 31 december 1992 en voor 2 januari 1996, met een omstandige toelichting over de nieuwe evaluatieregeling in het geval het kind op 1 januari 2007 reeds rechtgevend is op bijkomende kinderbijslag op grond van de oude evaluatieregeling. Hetzelfde dient te gebeuren als het kind op 1 januari 2007 niet rechtgevend is op bijkomende kinderbijslag omdat deze eerder op grond van de oude evaluatieregeling werd geweigerd.
Bijgevolg zijn de voorwaarden vervuld om de uitbreiding van de leeftijdscategorie gezinsvriendelijk te laten verlopen.