3-137

3-137

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 1 DECEMBER 2005 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Mondelinge vraag van de heer Joris Van Hauthem aan de minister van Mobiliteit over «de actuele toestand in de onderhandelingen over de verdeling van de nacht- en dagvluchten van en naar de luchthaven van Zaventem» (nr. 3-881)

De heer Joris Van Hauthem (VL. BELANG). - Ik trap wellicht een open deur in als ik beweer dat minister Landuyt aan het dossier dat hij van zijn voorganger Anciaux heeft overgeërfd, nog maar weinig plezier heeft beleefd.

De minister wordt niet alleen geconfronteerd met twee deelregeringen wier standpunten haaks op elkaar staan, hij kijkt ook aan tegen steeds meer rechterlijke uitspraken die het opnemen voor het milieu. Ten einde raad heeft hij op een bepaald ogenblik de vakbonden aangespoord om artikel 23 van de Grondwet in te roepen waarin het recht op arbeid wordt gewaarborgd.

Tenzij ik mij vergis, zakt de moed de minister in de schoenen. Op 28 november heeft hij immers aan De Tijd verklaard dat vóór 2008, het jaar waarin DHL een groot deel van zijn activiteiten delocaliseert, wellicht geen akkoord zal worden bereikt. Ik citeer: `Een globaal akkoord is alleen mogelijk met veel politieke moed. Ik zie echter geen enkele politicus die een akkoord durft te sluiten. Beslissingen nemen is blijkbaar moeilijker dan een stelling innemen.'

Volgens Vlaams minister Peeters blijft de bal echter in het kamp van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest liggen.

De Brusselse minister-president van zijn kant dringt nog eens aan op een bijsturing van het huidige spreidingsplan. Dit niet doen vóór 2008 zou zijns inziens dramatisch zijn voor de omwonenden en voor de luchthaven.

De Brusselse minister-president sluit zich overigens aan bij de dreigementen van de Brusselse minister van Economie Cerexhe. Hij eist een oplossing vóór begin 2006 eist, zo niet zal de Brusselse regering dwangsommen eisen van de federale regering voor elk vliegtuig dat de Brusselse geluidsnormen overschrijdt.

Het initiatief ligt echter hoe dan ook bij de federale minister van mobiliteit.

Als wij de Vlaamse minister van Milieu daarover ondervragen in het Vlaams Parlement, antwoordt hij onomwonden dat hij wacht op een initiatief van de federale regering alvorens wat dan ook te ondernemen.

Hoe moeten wij al die uitspraken interpreteren?

Zal de minister nog een initiatief nemen vóór 2008? Waar liggen er volgens de minister nog knelpunten? Op een bepaald ogenblik heeft hij immers aangekondigd dat een akkoord nakend was.

Hoe reageert de minister op de dreigementen van de Brusselse regering om de dwangsommen toch te eisen als er vóór begin 2006 geen akkoord is?

De heer Renaat Landuyt, minister van Mobiliteit. - Op 7 november heb ik een stand van zaken opgemaakt en aangestipt op welk vlak we beslissingen kunnen nemen.

Om de discussie vooruit te helpen zouden we in eerste instantie voor eens en voor altijd een akkoord moeten bereiken over het gebruik van baan 25 L. De Vlaamse regering heeft voorgesteld om die baan frequenter te gebruiken. We moeten dus in alle rust en objectiviteit nagaan wat terzake de mogelijkheden zijn. Als daarover een akkoord mogelijk is op basis van een studie, kan de rest van het debat misschien objectiever verlopen.

Ik stel ook voor het geluidsinstituut effectief op te richten. Daarmee kunnen we tijd winnen. De Vlaamse regering zou de optie om de nachtvluchten vanaf september 2008 te beperken tot 18.000 per jaar moeten formaliseren in de vergunning die ze geeft aan de luchthavenuitbater. Ondertussen heeft de federale regering het wetsontwerp inzake de vliegwet, die de manier van beslissen vastlegt, goedgekeurd. Het ontwerp is voor advies overgezonden naar de Raad van State. We doen dus al het mogelijke om er autonoom of in samenspraak voor te zorgen dat de luchthaven wordt uitgebaat op een manier die voor iedereen draaglijk is.

De Brusselse regering blijft bij haar standpunt dat ze, zolang er onderhandeld wordt, geen dwangsommen zal opeisen.

De heer Joris Van Hauthem (VL. BELANG). - Ik dank de minister voor zijn antwoord. Er was inderdaad wel een akkoord over een aantal zaken, zoals het beperken van het aantal nachtvluchten tot 18.000, de totale geluidsoverlast, uitgedrukt in QC, enzovoort.

De minister zei ook dat hij autonoom of in samenspraak met de regeringen zal voortwerken. De geluidsnormen moeten immers worden geharmoniseerd en er moet een akkoord worden bereikt over het gebruik van de banen.

Dat staat echter haaks op zijn insinuatie dat hij tot 2008 misschien niets meer zal doen. Op dat punt heb ik geen antwoord gekregen. Daarom vraag ik nu explicieter of de minister van plan is de regeringen opnieuw rond de tafel te brengen om te spreken over de eventuele harmonisering van de geluidsnormen en het gebruik van de banen, en zo ja, binnen welke termijn? Als hij nu echter zegt dat hij niets zal doen tot 2008 omdat er eerst nog lokale en federale verkiezingen worden gehouden en de politieke moed nu ontbreekt, blijft het dossier natuurlijk geblokkeerd. De Brusselse regering zegt dat ze geen dwangsommen zal opeisen zolang er onderhandeld wordt. Dan moet de minister echter wel blijven onderhandelen. Hij heeft mij niet duidelijk gezegd of hij dat effectief zal doen.

Ik vraag dus nogmaals of de minister binnen afzienbare tijd de regeringen opnieuw rond de tafel zal brengen.

De heer Renaat Landuyt, minister van Mobiliteit. - De onderhandelingen zijn nog aan de gang. We gaan op dit ogenblik na op welke wijze we de impact van een frequenter gebruik van de baan 25 L kunnen objectiveren. We gaan dus stapsgewijze vooruit.