3-116 | 3-116 |
Mevrouw Sabine de Bethune (CD&V). - Zondag 12 juni is het vaderdag. Naar aanleiding daarvan verschijnt er een SuperPapa-krant waaraan Vlaams minister van Gelijke Kansen, Kathleen Van Brempt, haar medewerking verleent. SuperPapa.be werd de laureaat 2005 van het Fonds Hugo Van Mierlo dat opgericht werd binnen de Koning Boudewijnstichting.
De `nieuwe man' staat dus volop in de belangstelling, zo ook recentelijk in het doctoraat van Suzana Koelet van de VUB over Standvastige verschillen, een analyse van theoretische benaderingen over de verdeling van het huishoudelijk werk tussen vrouwen en mannen op basis van tijdsbudgetonderzoek.
In dat tijdsbestedingsonderzoek van de TOR-onderzoeksgroep die verbonden is aan de VUB, wordt de situatie van de `zorgende ouder' bekeken in de periode van 1988 tot 1999 en daaruit blijkt dat voltijds werkende vrouwen per week gemiddeld 8 uur meer aan zorgtaken wijden dan voltijds werkende mannen.
De jongste jaren hebben parlement en regering meerdere initiatieven genomen om de thematische verloven voor mannen en vrouwen uit te breiden.
Wat is volgens de meest recente cijfers het absolute en het procentuele aandeel van mannen en vrouwen in het nemen van tijdskrediet en thematische verloven:
Welke maatregelen heeft de regering genomen om mannen en vaders te stimuleren zorgtaken op te nemen in het gezin?
Mevrouw Freya Van den Bossche, minister van Werk. - De regering heeft de jongste jaren een aantal initiatieven genomen inzake de combinatie arbeid en gezin. Sommige daarvan, onder meer het moederschapsverlof zijn alleen van toepassing op vrouwen. Vele andere initiatieven hebben betrekking op mannen en vrouwen: zorgverlof, adoptieverlof, ouderschapsverlof. De maatregelen moeten ertoe leiden dat vrouwen en steeds meer mannen een tijdje verlof opnemen om taken op zich te nemen in gezinsverband en dat ouders de mogelijkheid krijgen op een wettelijke, maar goedkope manier taken te laten vervullen door anderen, bijvoorbeeld via de dienstencheques.
De belangrijkste reden waarom mannen zo weinig verlof opnemen is van sociologische aard. Mannen zijn vaak de belangrijkste kostwinner in het gezin. Als ze voor ouderschapsverlof kiezen, dan is het relatieve loonverlies binnen het gezin vaak groter dan wanneer de vrouw het verlof opneemt.
De overheid kan het ouderschapsverlof niet opleggen. Ze kan alleen de randvoorwaarden creëren.
De cijfers die ik hier kan meedelen, hebben betrekking op de periode mei 2004-april 2005. Het tijdskrediet wordt voor 39% door mannen en voor 61% door vrouwen opgenomen. Het ouderschapsverlof wordt voor 16% door mannen en voor 84% door vrouwen opgenomen. Bij zorgverlof gaat het om 25% mannen en 75% vrouwen en bij palliatief verlof gaat het om 23% mannen en 77% vrouwen.
In 2003 werkten 41% van de vrouwen en 6,4% van de mannen deeltijds.
De meer gedetailleerde cijfers zal ik eerstdaags aan mevrouw de Bethune bezorgen.