3-62

3-62

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 10 JUNI 2004 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Mondelinge vragen

Mondelinge vraag van mevrouw Sabine de Bethune aan de minister van Financiën over «de budgettaire steun van het Internationaal Muntfonds aan Rwanda» (nr. 3-348)

Mevrouw Sabine de Bethune (CD&V). - Op woensdag 9 juni besprak de raad van bestuur van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) de tweede en derde review van de Poverty Reduction and Growth Facility (PRGF) voor Rwanda. In de marge daarvan werd wellicht 815.000 US dollar aan budgetsteun vrijgemaakt en werd tevens tot een versnelling van het proces van schuldverlichting aan Rwanda beslist.

Verschillende Belgische NGO's alsook EurAC, het Europees Netwerk voor Centraal-Afrika, hebben in het licht van de mogelijke betrokkenheid van dat land bij de recente gevechten in Oost-Congo, ervoor gepleit tijdelijk elke vorm van budgethulp aan Rwanda op te schorten tot de rol van de verschillende actoren in de regio uitgeklaard is. Indien de vredesakkoorden van Pretoria van juli 2002 niet worden nageleefd, bestaat het gevaar dat die hulp bijdraagt tot een escalatie van het conflict en de kansen op ontwikkeling van de Democratische Republiek Congo en van Rwanda ondermijnt.

Wat heeft het IMF gisteren met betrekking tot Rwanda uiteindelijk beslist? Heeft de Belgische vertegenwoordiger bij het IMF vanuit België in dit dossier specifieke richtlijnen gekregen? Zo ja, welke? Werd er voorafgaand overleg gepleegd tussen de verschillende EU-landen teneinde een eensgezind standpunt op de raad van bestuur van het IMF in te nemen? Is de Belgische regering bereid bij het IMF het standpunt te verdedigen dat elke vorm van steun, en zeker van budgethulp, aan landen in het gebied van de Grote Meren moet worden gekoppeld aan een aantal ijkpunten zoals recentelijk aanbevolen door de senaatscommissie Buitenlandse Zaken?

De heer Didier Reynders, minister van Financiën. - Het IMF heeft op 9 juni de tweede en de derde review van de Poverty Reduction and Growth Facility voor Rwanda goedgekeurd. Het betreft een faciliteit die enkel aan de 77 armste landen wordt toegekend om de armoede te bestrijden en de economische groei te stimuleren.

De Belgische vertegenwoordiger heeft na raadpleging van de tien landen die hij vertegenwoordigt de toekenning van de tweede en de derde review gesteund. Hij benadrukte de belangrijke inspanningen van Rwanda om de economische groei en de politieke stabiliteit van het land te bevorderen. Hij eiste echter ook van de Rwandese autoriteiten om alle punten van het IMF-programma in acht te nemen, in het bijzonder het matigen van de overheidsuitgaven en het engagement om vrede en veiligheid in de regio van de Grote Meren te ondersteunen.

Er werd voorafgaand overleg gepleegd tussen de EU-landen. Een grote meerderheid pleitte ervoor het programma te steunen.

In zijn statement heeft onze vertegenwoordiger inderdaad sterk aangedrongen op het belang van politieke en economische stabiliteit, niet alleen in Rwanda zelf, maar ook in het gehele gebied van de Grote Meren. De andere leden van onze constituante, die bestaat uit zeven landen van de huidige Europese Unie en Turkije, Belarus en Kazachstan, steunden ons hierin. Aangezien het IMF een financiële instelling is, verdedigt onze constituante deze ijkpunten vanwege hun impact op de economische en financiële stabiliteit van de regio.

Mevrouw Sabine de Bethune (CD&V). - Ik wil graag repliceren op basis van de aanbevelingen van de senaatscommissie voor Buitenlandse Zaken. We pleiten voor steun aan Rwanda en aan alle landen van Centraal-Afrika omdat die landen dat nodig hebben. Maar we vragen dat die steun en zeker de budgetsteun gekoppeld wordt aan ijkpunten. Ik vraag de minister dan ook met aandrang dat als richtlijn mee te geven aan onze vertegenwoordiger in het IMF.

Ons standpunt is verder dat alle landen die met Rwanda en de landen uit de regio onderhandelen, en België in het bijzonder, kordate taal moeten spreken als het gaat over mensenrechten. Daarover kunnen vandaag veel kritische bedenkingen gemaakt worden. In het geval van Rwanda zijn de incidenten van de voorbije weken allerminst geruststellend. Vandaar onze oproep om de steun uitdrukkelijk afhankelijk te maken van ijkpunten, wat vandaag niet het geval is.