3-54

3-54

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 29 APRIL 2004 - OCHTENDVERGADERING

(Vervolg)

Vraag om uitleg van mevrouw Sabine de Bethune aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid over «het dreigend tekort aan kinderartsen» (nr. 3-232)

Mevrouw Sabine de Bethune (CD&V). - Volgens het vakblad De Huisarts hebben ziekenhuizen steeds meer moeite hebben om kinderartsen te vinden. Alsmaar meer kinderartsen verlaten het ziekenhuis en kiezen voor een zelfstandige praktijk. Daardoor hebben de Belgische ziekenhuizen 497 pediaters te kort. Vooral in de kleine Vlaamse steden wordt het probleem nijpend.

Er is geen algemeen tekort aan kinderartsen. Ze verlaten het ziekenhuis ofwel om een privé-praktijk te beginnen, ofwel om naar het buitenland te trekken. Sommigen stoppen op vijftig jaar. Zo werkt nog maar 20% van de kinderartsen uitsluitend in een ziekenhuis, heeft 40% een gemengde activiteit en werkt nog eens 40% volledig zelfstandig.

Volgens De Huisarts is een van de grootste problemen voor de ziekenhuispediaters de hoge werkdruk. Vooral de permanenties en wachtdiensten zijn voor velen van hen slopend.

Via de media verneem ik dat op vrijdag 7 mei de Belgische kinderartsen die werken in ziekenhuizen, alleen dringende raadplegingen zullen uitvoeren. Met die actie willen ze protesteren tegen de slechte verloning en de hoge werkdruk.

De artsen vragen de minister meer middelen. Ze zeggen niet te zullen staken, maar de Belgische vereniging van artsensyndicaten roept alle ziekenhuispediaters op die dag voor het kabinet van de minister te komen betogen.

In zijn recente verklaringen over het probleem heeft de minister het over rationalisering van de sector en samenvoegen van de diensten. Uit de reactie van de artsen maak ik evenwel op dat zij de door de minister aangereikte oplossingen niet afdoende vinden en van oordeel zijn dat hij hun specialisme onvoldoende ernstig neemt. Aangaande de ziekenhuispediatrie spreken ze van een chronische onderfinanciering.

Graag had ik van de minister vernomen hoe hij de situatie analyseert en welke voorstellen hij formuleert om het dreigend tekort aan kinderartsen op te vangen. Is hij bereid extra middelen vrij te maken?

Alleszins wil ik ervoor pleiten de ziekenhuispediatrie te waarderen als elk andere specialisme. Het behoeft trouwens geen betoog dat ze noodzakelijk is voor het welzijn van onze kinderen.

De heer Rudy Demotte, minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid. - Medisch-inhoudelijk gezien is elk type pathologie dat in een ziekenhuis wordt behandeld, voor elke pediater heel interessant. Een oplossing zoeken geeft een hoge graad van job satisfaction. Dat artsen zich afkeren van de ziekenhuisgeneeskunde heeft volgens mij dan ook niets te maken met medische desinteresse voor de patiënten. Het probleem is de lage economische rendabiliteit van de ziekenhuispediatrie. Dat geldt trouwens ook voor andere weinig technische disciplines.

Om daar iets tegen te doen stelt de sector zelf onder meer voor een beleidshonorarium in te voeren voor elke patiënt die in een ziekenhuis wordt behandeld, ook in de daghospitalisatie. Een andere mogelijkheid is het verhogen van het toezichtshonorarium.

Dat vergt uiteraard extra middelen en de budgetten zijn jammer genoeg beperkt. We onderzoeken momenteel of we naast een injectie met bijkomende middelen, de reeds beschikbare middelen niet doelmatiger kunnen inzetten. We gaan meer bepaald na in hoeverre dat kan door de implementatie van de door de sector uitgewerkte pediatrische zorgprogramma's.

We zullen natuurlijk ook kijken of er nog meer voorstellen komen ofwel van de sector, ofwel van mijn administratie.

Mevrouw Sabine de Bethune (CD&V). - Ik dank de minister voor zijn antwoord en pleit ervoor het debat op parlementair vlak voort te zetten. Wij worden natuurlijk ook door de sector gecontacteerd en vernemen op die manier wat de mensen verlangen.

De voorzitter. - We zetten onze werkzaamheden voort vanmiddag om 15 uur.

(De vergadering wordt gesloten om 12.35 uur.)