Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat


Bulletin 2-46

ZITTING 2001-2002

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Vice-eerste minister en minister van Werkgelegenheid

Vraag nr. 1753 van mevrouw de Bethune d.d. 7 december 2001 (N.) :
Kinderrechten. ­ Aandacht voor deze kwestie in het beleid in 2001.

Sinds 15 januari 1992 is in België het UNO-Verdrag inzake de rechten van het kind van kracht. België is er dan ook toe gehouden de nodige maatregelen te nemen om de rechten van kinderen daadwerkelijk te realiseren. Deze opdracht vergt een volgehouden politieke wil en ook het vrijmaken van de nodige financiële middelen.

Daarom kreeg ik graag van u een antwoord op volgende vragen :

1. Welke concrete beleidsmaatregelen en acties hebt u in 2001 genomen ter bevordering van de rechten van het kind, en met welk resultaat ?

2. Hoeveel werd in 2001 effectief uitgegeven (volgens de rekeningen), in globo en per post ter bevordering van de rechten van het kind binnen uw bevoegdheidsdomein ?

Antwoord : 1. In concreto wordt alles verder in het werk gesteld om de gemeenschappen en de federale overheid aan te zetten tot de bekrachtiging van het Verdrag nr. 182 van de IAO betreffende de afschaffing van de ergste vormen van kinderarbeid. Momenteel is het verdrag reeds goedgekeurd door de federale overheid en de Duitstalige Gemeenschap.

In het kader van het « Internationaal Programma ter afschaffing van de kinderarbeid (IPEC) » werkt mijn administratie samen met Marokko en het IAB voor de financiering en de uitvoering van een programma ter bestrijding van risicovolle kinderarbeid.

2. Op de begroting van 2001 werd een bedrag van 5 000 000 frank ingeschreven als vrijwillige bijdrage aan het IPEC-programma (Internationaal Programma ter afschaffing van de kinderarbeid) van de IAO dat bestemd was voor het project in Marokko. Dit bedrag werd daadwerkelijk besteed.