2-65

2-65

Belgische Senaat

Parlementaire handelingen

WOENSDAG 19 JULI 2000 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Vraag om uitleg van de heer Michiel Maertens aan de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken over «de werkzaamheden van het Interdepartementaal Comité in de strijd tegen de wapentrafieken» (nr. 2-203)

De voorzitter. - De heer Antoine Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken, antwoordt namens de heer Louis Michel, vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken.

De heer Michiel Maertens (AGALEV). - De problematiek van de wapentrafiek met ons land als draaischijf, vormt één van de grootste problemen van de maatschappij waarmee de opeenvolgende regeringen met de regelmaat van een klok werden en worden geconfronteerd.

Het probleem van de wapens in het algemeen vormt één van de prioriteiten van de huidige regering. Het project 26 van het federaal veiligheids- en detentieplan heeft tot doel deze problematiek in zijn geheel te herzien. Dit moet nochtans interdepartementaal gebeuren.

Het interdepartementaal comité tegen de wapentrafiek, opgericht in 1998 en volledig ressorterend onder de bevoegdheid van de minister van Buitenlandse Zaken is, naar verluidt, sedert het begin van deze regeerperiode onregelmatig samengekomen. De jongste vergadering diende plaats te vinden op 6 juni ll. maar werd uitgesteld en nog niet opnieuw samengeroepen.

Toch werden reeds verschillende illegale wapentrafieken sedert het begin van deze regeerperiode gemeld, o. m. te Oostende met helikopters voor Kabila en militair radiomaterieel voor Delhi, telkens zonder vergunning. En dit is blijkbaar maar het spreekwoordelijke topje van de ijsberg. Uit de literatuur over dit onderwerp in de voorbije twaalf maanden gepubliceerd, blijkt dat Justitie daarover heel wat informatie heeft, ook al wordt er niet opgetreden. Het probleem blijkt immers te liggen in het feit dat, in tegenstelling tot onze buurlanden Duitsland, Luxemburg en Nederland, in ons land geen specifieke wettelijke instrumenten meer voorhanden zijn tegen wapenhandel via derde landen. De oude wet van 3 januari 1933 is immers nog altijd van toepassing, terwijl de wet van 5 augustus 1991 over de extra- en intracommunautaire internationale transporten van oorlogswapens en militair materieel en de extracommunautaire transporten van lichtere wapens, beheerst wordt door de E. U. -richtlijn 91/477, die sinds 1994 in werking is getreden maar nog steeds niet volledig in Belgisch recht werd omgezet. We zitten dus in een rechtsvacuüm en het geëigende comité, dat de minister van Justitie moet adviseren, werkt niet.

Graag had ik vernomen waarom de richtlijn 91/477 na zes jaar nog steeds niet volledig in Belgisch recht werd omgezet. In welke domeinen moet dit nog gebeuren en voor wanneer is dit gepland?

Waarom is het interdepartementaal comité zo onregelmatig samengekomen tijdens deze regeerperiode? Waarom werd de vergadering van 6 juni uitgesteld en wat zijn de knelpunten in dit verband precies?

Wat zijn eventueel de bijkomende voorstellen van de minister om deze zware problematiek te activeren en te finaliseren en wanneer zien we het einde van de tunnel?

De heer Antoine Duquesne, minister van Binnenlandse Zaken. - Ten eerste is de minister van Justitie bevoegd om voorstellen te doen om de richtlijn 91/477 in het Belgisch recht om te zetten. De heer Maertens kan zijn vraag dan ook beter aan hem stellen.

Ten tweede schrijft het koninklijk besluit van 9 februari 1999, dat in het Belgisch Staatsblad van 26 mei 1999 is gepubliceerd, tot oprichting van het Interdepartementaal Coördinatiecomité ter bestrijding van Illegale Wapentransfers, het ICIW, niet voor hoe vaak het comité moet bijeenkomen. De laatste vergadering werd uitgesteld omdat er onder meer praktische problemen waren gerezen in verband met de agenda's van de co-voorzitters.

Ten derde, hoewel het departement van Buitenlandse Zaken ongetwijfeld een bijdrage kan leveren tot de discussie over het bestrijden van illegale wapentransfers, staan vooral de douanediensten en de parketten in de frontlijn in de strijd tegen de illegale wapentrafieken. Het ministerie van Justitie bereidt een nieuwe wetgeving voor een betere controle op het binnenlands wapenbezit en de binnenlandse wapenhandel voor.

De heer Michiel Maertens (AGALEV). - Dit antwoord voldoet helemaal niet. Het gaat hier niet om tafeltennis, maar om wapens. Vorige week heb ik de minister van Justitie over deze materie een vraag gesteld en hij verwees me naar de minister van Buitenlandse Zaken. Deze laatste verwijst me vandaag terug naar zijn collega van Justitie. Ik weet niet meer tot wie ik mij moet wenden. Dan kan toch niet.

- Het incident is gesloten.