(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans
Op 3 februari 1995 heeft de Ministerraad het actieplan « Toxicomanie-Drugs » goedgekeurd. Punt G van dit plan voorzag in het opmaken van « de Stand van zaken van het bestaand onderzoek » over drugsgebruik in België en sommige andere landen en de « wetenschappelijke evaluatie van de actie sociaal-sanitaire opvangcentra voor drugsgebruikers » (MSOC).
Het actieplan « Toxicomanie-Drugs » werd uitgevoerd in het kader van deel X (Netwerken van beleidsvoorbereidend onderzoek) van het vijf jaar durende programma van « Toekomstgericht sociaal-economisch onderzoek » goedgekeurd door de Ministerraad van 17 maart 1995. De programmadirectie en het beheer van dit onderzoeksprogramma zijn toevertrouwd aan de federale diensten voor wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden (DWTC).
De opdracht werd aan de ploeg bestaande uit de professoren De Ruyver (UG), coördinator, Casselman (KUL) en Noirfalise (ULg) gegeven de « Stand van zaken van het bestaand onderzoek » uit te voeren. Afgesloten op 30 juni 1996 kende het rapport een ruime verspreiding. De resultaten van het onderzoek werden voorgesteld op het vierde nationaal congres « Drugsbeleid 2000/Gestion des drogues en 2000 » op 9 en 10 oktober 1996 te Charleroi.
De DWTC zouden mede in overleg met andere betrokken departementen nagaan hoe het verder drugsonderzoek kan ingepast worden in het nieuw programma van sociaal-economisch onderzoek.
In het kader van de « Wetenschappelijke evaluatie van de actie sociaal-sanitaire opvangcentra voor drugsgebruikers » hebben de DWTC overeenkomstig de beslissing van de Ministerraad van 6 december 1996 een handboek van de MSOC's laten opstellen. De redactie ervan (Franse en Nederlandstalige versies) werd toevertrouwd aan de professoren De Ruyver (UG) en Noirfalise (ULg).
Op 18 september 1998 heeft de Ministerraad het handboek voor de evaluatie van de MSOC's goedgekeurd. Op 9 oktober 1998 hebben de DWTC hiertoe een oproep tot voorstellen gelanceerd.
Momenteel is de evaluatie van de kandidaturen bezig. Het contract zou vermoedelijk ingaan in de lente van 1999.
Graag kreeg ik een antwoord op volgende vragen :
1. Hoever staat de regering met het opmaken van « Stand van zaken van het bestaand onderzoek » over drugsgebruik in België en sommige andere landen en de « Wetenschappelijke evaluatie van de actie sociaal-sanitaire opvangcentra voor drugsgebruikers » (MSOC) ?
2. Welke zijn de plannen van de huidige regering met betrekking tot de aangehaalde problematiek ?
3. Hoe staat het met het contract ter evaluatie van de MSOC's ?
Antwoord : Ik heb de eer het geachte lid het volgende mee te delen.
1 en 2. In december 1999 gaf de minister van Justitie opdracht aan de Universiteit van Gent en de Katholieke Universiteit van Leuven om een onderzoek te voeren naar het huidig drugsbeleid in België. Op 27 januari 2000 nam de Ministerraad akte van het uiteindelijke onderzoeksrapport.
Op initiatief van de minister van Volksgezondheid onderzoekt momenteel een interkabinettenwerkgroep de globale drugsproblematiek.
De interkabinettenwerkgroep zal binnenkort een verslag voorleggen aan de Ministerraad over de volgende elementen : 1) de evaluatie van de huidige toestand; 2) de stand van zaken in de ons omringende landen en 3) de aanbevelingen van de regering.
3. De evaluatie van de MSOC's werd voorzien in het actieplan « Toxicomanie-Drugs » van 1995. Meer bepaald werd gesteld « de regering zal, op initiatief van de minister van Wetenschapsbeleid, een studie uitvoeren met het oog op het evalueren van de werking van de medisch-sociale opvangcentra voor drugsgebruikers en het bepalen en het analyseren van de vastgestelde effecten, in de negen stadscentra, op het vlak van de evolutie van de algemene problematiek inzake drugverslaving ».
De voorbereidende studie in opdracht van de DWTC (Diensten van de eerste minister inzake wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden) werd in 1997 gevoerd. Dit onderzoek resulteerde in een handleiding voor de toekomstige evaluatie van alle MSCO's waarbij gestreefd werd een eenvormige methodologie en evaluatiecriteria uit te werken. Deze handleiding werd uitgewerkt door de onderzoeksequipes van de Universiteit van Gent en van Luik.
De evaluatie zal bestaan uit de volgende delen : een descriptief gedeelte, een procesevaluatie en een effectenevaluatie. Het oogmerk van de evaluatie is tweevoudig :
een beleidsondersteunende werkwijze;
opvolging en eventuele bijsturing van de centra in casu.
Het eindverslag van de evaluatie zal gefinaliseerd zijn ten laatste eind maart 2001.