(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans
De tekst van deze vraag is dezelfde als die van vraag nr. 432 aan de vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer, die hiervoor werd gepubliceerd (blz. 445).
Antwoord : 1. Internationale Samenwerking geeft bijdragen aan een aantal internationale organisaties die in het kader van hun mandaat activiteiten ontplooien die rechtstreeks of onrechtstreeks het gezin ondersteunen, onder andere Unicef en UNFPA.
Voorts wijs ik erop dat ontwikkelingssamenwerking bijna per definitie gezinsvriendelijk is, omdat armoedebestrijding in de partnerlanden haar hoofddoel is.
Gunstigere levensomstandigheden zijn ongetwijfeld vooral ook voor gezinnen van belang.
Ik vestig verder uw aandacht op enkele bijzondere programma's inzake bestrijding van gezinsgeweld (met name in Peru), op het feit dat een aantal NGO's in diverse landen speciale aandacht hebben voor het gezin, en op het gegeven dat « gender » (rekening houden met de specifieke positie van man en vrouw in de samenleving) een belangrijk dwarsthema is van onze ontwikkelingssamenwerking.
2. Op basis van de basisallocatie voor conflictpreventie (41.35.24) van de begroting 1999 werd 25 miljoen frank (te betalen in twee schijven) toegekend aan Unicef voor het programma « Kinderen en gewapende conflicten ». In oktober 1999 werd de overeenkomst terzake ondertekend.
Dit programma omvat drie luiken :
A. Steun aan uit Oeganda ontvoerde kinderen
Het doel van het project is :
a) opsporing, identificatie en repatriëring van 250 (in een eerste fase) kinderen die ontvoerd werden in Oeganda en meegenomen naar guerrillakampen in Zuid-Soedan;
b) psycho-sociale opvang en begeleiding voor de teruggekeerde kinderen en hereniging met hun familie.
Resultaten
Verschillende uit Oeganda ontvoerde kinderen werden reeds opgespoord en overgebracht naar Khartoem, de hoofdstad van Soedan, waar zij onder de hoede zijn van Unicef en UNHCR.
Deze organiseren individuele interviews en verzamelen de documenten die noodzakelijk zijn voor de repatriëring van de kinderen en voor de hereniging met hun families. Zij krijgen ook medische en sociale bijstand.
Begin januari 2000 zouden er een 21-tal ontvoerden van Khartoem naar Kampala zijn overgevlogen, vergezeld van vertegenwoordigers van Unicef en UNHCR.
B. Demobilisatie en reïntegratie van kindsoldaten in de Democratische Republiek Congo
De specifieke doelstellingen zijn :
a) advocacy en steun aan het uitwerken van een beleid ter voorkoming van aanwerving van kindsoldaten;
b) identificatie van de kindsoldaten;
c) uitwerken van een demobilisatieprogramma voor kindsoldaten;
d) sociale reïntegratie van deze kinderen.
C. Steun aan de Child Protection Section op de hoofdzetel van Unicef
Deze sectie legt zich in het bijzonder toe op het uitwerken van richtlijnen en beleidsnormen voor hulpacties (advocacy, projecten en programma's) betreffende kinderen in gewapende conflicten. Via analyse van de resultaten van programma's terzake zullen lessen worden getrokken met het oog op determinering van de beste manieren om deze problematiek aan te pakken, rekening houdend met duurzaamheid en kostenefficiëntie.
3. In de uitvoering van het Unicef-programma in Oeganda wordt samengewerkt met onder andere The Concerned Parenthood Federation dat een Oegandese federatie is, opgericht door ouders van de ontvoerde kinderen.
4. Op de begroting 1999 werd er binnen de BA 31.35.01 (Bijdragen aan instellingen met een internationale bestemming en van plurisectoriële aard) voor Unicef 100 miljoen frank voorzien en voor UNFPA 125 miljoen frank, rekening houdend met de budgetherschikkingen van eind 1999.
5. Ten laste van de begroting 1999 werd er in 1999 binnen de BA 31.35.01 100 miljoen frank effectief uitgegeven voor Unicef en 90 miljoen voor UNFPA. De resterende 35 miljoen voor UNFPA ten laste van de begroting 1999 zullen in 2000 geordonnanceerd worden.
Op basis van de basisallocatie voor conflictpreventie via internationale instellingen (BA 41.35.24) werd er 15 miljoen frank uitbetaald voor het Unicef-project « Kinderen en gewapende conflicten ».