(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans
De tekst van deze vraag is dezelfde als die van vraag nr. 432 aan de vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Vervoer, die hiervoor werd gepubliceerd (blz. 000).
Antwoord : In antwoord op haar vraag heb ik de eer het geachte lid de gevraagde informatie te verstrekken.
Wat de bestuursdirectie van de uitkeringen aan gehandicapten betreft werd geen enkele specifieke maatregel genomen om een gezinsvriendelijk beleid te stimuleren.
Wel dient vermeld te worden dat de wetgeving terzake in tweeërlei opzicht rekening houdt met de gezinssituatie van de gehandicapte persoon.
Vooreerst varieert het bedrag van de inkomensvervangende tegemoetkoming naargelang dat de gehandicapte persoon beschouwd wordt als iemand met personen ten laste (dat wil zeggen iemand die gehuwd is, een huishouden vormt of ten minste een kind van minder dan 25 jaar ten laste heeft voor wie hij kinderbijslag ontvangt), als alleenstaande of als samenwonende. De huidige jaarlijkse bedragen zijn respectievelijk : 341 355 frank, 255 999 frank en 107 681 frank.
Vervolgens variëren de grensbedragen toegepast op het gezinsinkomen waarmee wordt rekening gehouden om het recht op uitkeringen te bepalen, volgens de gezinssituatie :
1. Wat de inkomensvervangende tegemoetkoming betreft
Rechthebbende met personen ten laste : 12 500 frank.
Alleenstaande : 10 000 frank.
Samenwonende : 6 250 frank.
2. Wat de integratietegemoetkoming betreft
Rechthebbende met personen ten laste : 353 835 frank.
Alleenstaande : 265 999 frank.
Samenwonende : 176 931 frank.
3. Wat de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden betreft
Rechthebbende met personen ten laste : 371 670 frank.
Alleenstaande : 279 905 frank.
Samenwonende : 185 836 frank.
Wat de bestuursdirectie van het maatschappelijk welzijn betreft, zijn de maatregelen die getroffen worden ter bestrijding van de armoede steeds gericht op de totale groep van kansarmen en geven zij dus geen aanleiding tot positieve discriminatie van gezinnen.
Bij de toekenning van het bestaansminimum of van de financiële steun wordt rekening gehouden met de gezinssituatie van de begunstigde. Afhankelijk van de categorie waartoe de begunstigde behoort, ontvangt hij immers een ander bedrag. De maandelijkse bedragen die sinds 1 juni 1999 worden toegekend, zijn de volgende :
voor een gezinshoofd : 28 445 frank;
voor een alleenstaande met kinderlast : 28 445 frank;
voor een alleenstaande : 21 334 frank;
voor een samenwonende : 14 223 frank.
De maatregelen betreffende de opvang van asielzoekers zijn zowel voor gezinnen als voor alleenstaanden geldig.
Gezinnen worden niet betrokken bij het beleidsvoorbereidend werk binnen mijn departement.
In de begroting van 1999 werden geen middelen ingeschreven en geen uitgaven gedaan ter ondersteuning van het gezin.