(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans
In het rapport opgesteld door het Belgische coördinatie-comité ter voorbereiding van de Wereldconferentie over vrouwen (Peking 1995), in opdracht van de minister van Buitenlandse Zaken en de minister van Tewerkstelling en Arbeid, belast met het gelijke-kansenbeleid, worden cijfergegevens verstrekt over de deelname van vrouwen aan diplomatieke examens in de periode 1982-1991.
Hierbij kunnen een aantal opmerkelijke feiten worden vastgesteld : zo ligt het inschrijvingspercentage voor deze examens opvallend lager bij vrouwen dan bij mannen, zijn vrouwen minder vaak aanwezig op het examen dan hun mannelijke collega's en slagen ze minder vaak voor de examens, wat in tegenspraak is met het slaagpercentage van vrouwen bij universitaire examens, waarin zij meestal betere resultaten behalen dan de mannen.
Graag had ik van de geachte minister een antwoord bekomen op de volgende vragen :
1. Werden in 1997 en 1998 diplomatieke examens georganiseerd?
2. Wat was voor elk van deze examens het inschrijvingspercentage en het aanwezigheidspercentage van mannen, respectievelijk vrouwen?
3. Wat was voor elk van deze examens het slaagpercentage van mannen, respectievelijk vrouwen?
4. Voor de kandidaten die niet slaagden in het diplomatieke examen :
hoeveel mannelijke, respectievelijk vrouwelijke kandidaten faalden bij de schriftelijke proeven;
hoeveel mannelijke, respectievelijk vrouwelijke kandidaten faalden bij de mondeling examen voor de jury?
5. Wat was voor elk van deze examens de samenstelling naar geslacht van de examenjury's?
Dienen er met betrekking tot de samenstelling naar geslacht van deze examenjury's bepaalde regels te worden nageleefd?
Antwoord : Het diplomatiek examen wordt georganiseerd door het Vast Wervingssecretariaat, dat onder de voogdij van de minister van Ambtenarenzaken ressorteert. Elke vraag betreffende de organisatie en de uitslagen van dit examen dient dus gesteld te worden aan mijn collega, de minister van Ambtenarenzaken.
Het departement Buitenlandse Zaken ziet er van zijn kant nauwgezet op toe dat, wat de toegang tot de diplomatieke carrière betreft, mannen en vrouwen volkomen op voet van gelijkheid worden behandeld.
Het standpunt van mijn departement in deze aangelegenheid komt onder meer uitgebreid aan bod tijdens de informatiecampagnes met betrekking tot de diplomatieke carrière, die, ten behoeve van universitaire instellingen en andere betrokken organisaties, door mijn diensten worden georganiseerd.