Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat


Bulletin 1-84

ZITTING 1998-1999

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Minister van Tewerkstelling en Arbeid, belast met het Beleid van gelijke kansen voor mannen en vrouwen

Vraag nr. 1315/9 van mevrouw de Bethune d.d. 15 september 1998 (N.) :
Samenwerking met de Raad van de gelijke kansen voor mannen en vrouwen in 1997.

De tekst van deze vraag is dezelfde als van vraag nr. 1315/2 aan de vice-eerste minister en minister van Economie en Telecommunicatie, belast met Buitenlandse Handel, die hiervoor werd gepubliceerd (blz. 4405).

Antwoord : Het geachte lid gelieve hierna het antwoord op de gestelde vraag te willen vinden.

1. Op 5 augustus 1996 verzocht ik de Raad van de gelijke kansen voor mannen en vrouwen een advies uit te brengen omtrent de naamgeving van het kind. Dit advies werd mij op 21 maart 1997 bezorgd. Vervolgens liet de raad een telefonische steekproef houden bij een representatieve nationale proefgroep. De resultaten van deze steekproef werden mij eveneens bezorgd.

2. In de loop van 1997 werd op diverse vlakken de nauwe samenwerking en het overleg tussen mijn diensten en de raad verdergezet. Dit gebeurde zowel via het uitbrengen van adviezen die de raad mij bezorgde als via overlegvergaderingen tussen mijn medewerkers en het Bureau van de raad.

Op het vlak van de gelijke beloning en functiewaardering werd in 1997, het in juli 1996 aangevatte onderzoeksproject « van punten naar munten », verdergezet. Dit project werd door mijn kabinet in samenwerking met de raad gevoerd. De uiteindelijke bedoeling van het project is om op basis van de verslagen van de diverse werkbezoeken een aantal beleidsvoorstellen te formuleren die kunnen dienen voor een verbetering van het Europese en Belgische beleid inzake gelijke beloning en functiewaardering.

3. De raad heeft in de loop van 1997 zeven adviezen uitgebracht rond diverse onderwerpen.

Naar aanleiding van het advies betreffende de vrouwen bij de krijgsmacht organiseerde ik, samen met mijn collega van Landsverdediging, een persconferentie tijdens dewelke verschillende initiatieven naar voren werden gebracht die tegemoet komen aan de aanbevelingen van de raad.

Naar aanleiding van het advies betreffende de vrouwen bij de Belgische politiediensten zorgde ik voor het financieel ondersteunen van de vereniging van Belgische politievrouwen en werd er een basis gelegd voor het opzetten, in samenwerking met de provinciale coördinatoren gelijke kansen, van provinciale netwerken.

Het advies betreffende de genitale verminkingen waarin de raad op 13 juni 1997 enkele aanbevelingen aangaande deze problematiek formuleerde zorgde er mee voor dat het verbod op genitale verminkingen werd opgenomen in het wetsontwerp tot strafrechtelijke bescherming van minderjarigen.

Mijn vertegenwoordigers in de Raad van de gelijke kansen voor mannen en vrouwen zorgen voor een regelmatige uitwisseling in verband met de projecten en adviezen van de raad op het vlak van de gelijke kansen. Deze constructieve samenwerking wordt ook in de toekomst verdergezet.