Belgische Senaat
Parlementaire handelingen
VERGADERINGEN VAN DONDERDAG 25 JANUARI 1996
INHOUDSOPGAVE :
- VERONTSCHULDIGD :
- BOODSCHAPPEN :
- Kamer van volksvertegenwoordigers Non-evocaties.
- MEDEDELINGEN :
- Europees Parlement.
- Arbitragehof.
- Assemblée van de Westeuropese Unie.
- Raad voor de mededinging.
- Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding.
- SAMENSTELLING VAN COMMISSIES (Wijziging) :
- VOORSTELLEN (Inoverwegingneming) :
(1), (2) en (3).
- Mevrouw Maximus c.s.
Wetsvoorstel tot aanvulling van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987.
- De heer Santkin.
Wetsvoorstel tot wijziging en aanvulling van de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek houdende de regels betreffende de huurovereenkomsten met betrekking tot de hoofdverblijfplaats van de huurder in het bijzonder.
- Mevrouw Milquet :
- Wetsvoorstel tot wijziging van de artikelen 1226 en 1228 tot 1233 van het Burgerlijk Wetboek en tot opheffing van artikel 1152 van hetzelfde wetboek;
- Wetsvoorstel houdende wijziging van een aantal bepalingen van het Burgerlijk Wetboek betreffende de afstamming.
- De heer Coveliers.
Wetsvoorstel betreffende de liberalisering van de duivensport.
- De heer Foret en mevrouw Cornet d'Elzius :
- Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur teneinde de bepalingen met betrekking tot de doorzichtigheid van het bestuur toepasbaar te maken op de provinciale overheden;
- Wetsvoorstel tot wijziging van de provinciewet met het oog op een betere informatie van de provincieraadsleden;
- Wetsvoorstel tot wijziging van de provinciewet;
- Wetsvoorstel tot wijziging van artikel 104 van de provinciewet teneinde de voorzitter van de bestendige deputatie zijn stemrecht te ontnemen.
- De heer Goovaerts.
Wetsvoorstel houdende aanvulling van het Burgerlijk Wetboek wat de bescherming van het privé-leven betreft.
- De heren Pinoie, Daras, de dames Thijs, Cornet d'Elzius, Leduc en de heren Mouton, Hostekint en Nothomb.
Wetsvoorstel tot wijziging van de provinciewet.
- De heer Destexhe c.s.
Voorstel van resolutie betreffende de bescherming van het Tibetaanse volk en zijn cultuur.
- De heer Coveliers.
Voorstel tot instelling van een parlementaire onderzoekscommissie belast met het onderzoek naar de factoren die de Belgische politiek hebben bepaald in de maanden voorafgaand, tijdens het uitbreken en tijdens de uitvoering van de genocide in Ruanda.
- MONDELINGE VRAGEN :
- Mondelinge vraag van de heer Hostekint aan de minister van Landsverdediging over « de deelname van België aan de VN-troepenmacht in Oost-Slavonië ».
- Mondelinge vraag van de heer Ceder aan de Vice-Eerste minister en minister van Begroting over « het Brusselse Congressenpaleis ».
- Mondelinge vraag van de heer Boutmans aan de Vice-Eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken over « de parkeerboetes opgelegd aan `VIP's' in Blankenberge ».
- Mondelinge vraag van de heer Devolder aan de Vice-Eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken over « de Schaarbeekse hoofdpolitiecommissaris ».
- Mondelinge vraag van de heer Hatry aan de minister van Tewerkstelling en Arbeid over « de uitsluiting van de Nationale Confederatie van het kaderpersoneel uit het wetsontwerp betreffende de oprichting van een Europese Ondernemingsraad ».
- Mondelinge vraag van de heer Loones aan de Vice-Eerste minister en minister van Financiën en Buitenlandse Handel over « de controle op de uitreiking van BTW-ontvangstbewijzen bij restaurantbezoek ».
- Mondelinge vraag van de heer Destexhe aan minister van Justitie over « het al dan niet in-beschuldiging-stellen van kolonel Marchal en de verklaringen van de heer Andries, gepensioneerd auditeur-generaal ».
- Mondelinge vraag van de heer Goris aan de minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen over « de overgangsmaatregelen inzake de vestiging van zelfstandige boekhouders ».
- Mondelinge vraag van mevrouw Lizin aan de staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking over « de samenwerking met Angola ».
- Mondelinge vraag van mevrouw Bribosia-Picard aan de staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking over « de Commissie Vrouwen en Ontwikkeling bij het ABOS ».
- REGELING VAN DE WERKZAAMHEDEN :
- VOORSTEL VAN DE VOORZITTER :
- WETSONTWERPEN (Stemmingen) :
- Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie en de socialistische republiek Vietnam inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, ondertekend te Hanoi op 24 januari 1991.
- Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie en de republiek Georgië inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, ondertekend te Brussel op 23 juni 1993.
- Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie en de Algerijnse Democratische Volksrepubliek inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, ondertekend te Algiers op 24 april 1991.
- Wetsontwerp houdende instemming met het protocol tussen de Regering van het koninkrijk België en de regering van de Franse Republiek betreffende het kraamgeld, ondertekend te Brussel op 26 april 1993.
- Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tot oprichting van het Fonds voor ontwikkeling van de inheemse volken in Latijns-Amerika en de Caraïben, gedaan te Madrid op 24 juli 1992.
- Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de produktie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, en van de drie bijlagen, gedaan te Parijs op 13 januari 1993.
- Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord over het wegvervoer tussen het koninkrijk België, de republiek Estland, de republiek Letland, de republiek Litouwen, het groothertogdom Luxemburg en het koninkrijk der Nederlanden, ondertekend te Athene op 11 juni 1992.
- MOTIE (Stemming) :
- Motie ingediend tot besluit van de vraag om uitleg van mevrouw Lizin aan de staatssecretaris voor Veiligheid en staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie en Leefmilieu, gesteld op 17 januari 1996 in openbare vergadering van de commissie voor de Financiën en voor de Economische Aangelegenheden.
- WETSONTWERPEN (Indiening) :
- Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie en de oosterse republiek Uruguay inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen, en protocol, ondertekend te Brussel op 4 november 1991.
- Wetsontwerp houdende instemming met het Akkoord over het wegvervoer tussen het koninkrijk België, de republiek Estland, de republiek Letland, de republiek Litouwen, het groothertogdom Luxemburg en het koninkrijk der Nederlanden, ondertekend te Athene op 11 juni 1992.
- Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen het koninkrijk België en de Arabische republiek Egypte tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen, ondertekend te Kaïro op 3 januari 1991.
- Wetsontwerp houdende instemming met de Overeenkomst tussen het koninkrijk België en de Verenigde Mexicaanse Staten tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen, en van het protocol, ondertekend te Mexico op 24 november 1992.
- Wetsontwerp houdende instemming met de wijziging en met de aanpassingen van het Protocol van Montreal betreffende de stoffen die de ozonlaag afbreken, aangenomen te Kopenhagen op 25 november 1992.
- Wetsontwerp houdende instemming met het Zetelakkoord tussen het koninkrijk België en de Europese Vrjihandelsassociatie, ondertekend te Brussel op 27 januari 1993.
- Wetsontwerp houdende instemming met het Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten over de nadere regelen voor het sluiten van gemengde verdragen, ondertekend te Brussel op 8 maart 1994.
- VOORSTELLEN (Indiening) :
(1) en (2).
- De heren Pinoie, Daras, de dames Thijs, Cornet d'Elzius, Leduc en de heren Mouton, Hostekint en Nothomb.
Wetsvoorstel tot wijziging van de provinciewet.
- De heer Santkin.
Wetsvoorstel tot wijziging en aanvulling van de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek houdende de regels betreffende de huurovereenkomsten met betrekking tot de hoofdverblijfplaats van de huurder in het bijzonder.
- De heer Coveliers.
Wetsvoorstel betreffende de liberalisering van de duivensport.
- De heer Foret en mevrouw Cornet d'Elzius :
- Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur teneinde de bepalingen met betrekking tot de doorzichtigheid van het bestuur toepasbaar te maken op de provinciale overheden;
- Wetsvoorstel tot wijziging van de provinciewet met het oog op een betere informatie van de provincieraadsleden;
- Wetsvoorstel tot wijziging van de provinciewet;
- Wetsvoorstel tot wijziging van artikel 104 van de provinciewet teneinde de voorzitter van de bestendige deputatie zijn stemrecht te ontnemen.
- De heer Goovaerts.
Wetsvoorstel houdende aanvulling van het Burgerlijk Wetboek wat de bescherming van het privé-leven betreft.
- De heer Destexhe.
Voorstel van resolutie betreffende de bescherming van het Tibetaanse volk en zijn cultuur.
- Mevrouw Thijs.
Voorstel van resolutie betreffende de behandeling van kinderen in weeshuizen in de volksrepubliek China.
- De heer Coveliers.
Voorstel tot instelling van een parlementaire onderzoekscommissie belast met het onderzoek naar de factoren die de Belgische politiek hebben bepaald in de maanden voorafgaand aan, tijdens het uitbreken en tijdens de uitvoering van de genocide in Ruanda.
- VRAGEN OM UITLEG (Indiening) :
- De heer Vandenberghe
aan de minister van Justitie over « de weerslag van de resolutie van het Hof van cassatie op de werkzaamheden van de door de minister aangeduide deskundigen in verband met het onderzoek naar de `Bende van Nijvel' ».
- De heer Boutmans
aan de minister van Ambtenarenzaken over « het Hoog Comité van toezicht ».
- Mevrouw De Bethune
aan de Vice-Eerste minister en minister van Binnenlandse Zaken over « de werking van de Dienst Vreemdelingenzaken ».
- De heer Destexhe
aan de Eerste minister over « de inlichtingen waarover België beschikte in verband met de voorbereiding van de volkenmoord in Ruanda en de bedreigingen jegens Belgen ».
- Mevrouw Dua
aan de minister van Sociale Zaken over « particuliere abortuscentra ».
- De heer Anciaux
aan de minister van Justitie over « de uitlevering aan Spanje van twee vermeende ETA-militanten ».
- De heer Hatry
aan de Vice-Eerste minister en minister van Financiën over « de onafhankelijkheid van de Nationale Bank van België ten opzichte van de Belgische Regering, een eis waaraan moet worden voldaan tijdens de tweede fase van de Economische en Monetaire Unie ».
- De heer Anciaux
aan de minister van Buitenlandse Zaken over « de werking van de Belgische ambassade in Zaïre inzake adopties ».
- De heer Hatry
aan de minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen over « de tegenstrijdige verklaringen van leden van de Regering over het aantal nieuwe ondernemingen ».
- De heer Destexhe
aan de minister van Buitenlandse Zaken over « de Tsjetsjeense crisis ».