Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-991

van Latifa Gahouchi (PS) d.d. 28 januari 2021

aan de minister van Pensioenen en Maatschappelijke Integratie, belast met Personen met een handicap, Armoedebestrijding en Beliris

Coronacrisis - Gevolgen - Sociale ongelijkheid - Bestrijding - Geïntegreerd beleid - Maatregelen (Covid-19)

epidemie
sociale ongelijkheid

Chronologie

28/1/2021Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 4/3/2021)
20/4/2021Antwoord

Vraag nr. 7-991 d.d. 28 januari 2021 : (Vraag gesteld in het Frans)

In het rapport «The inequality virus» dat door de niet-gouvernementele organisatie (ngo) Oxfam Solidariteit in de aanloop naar het World Economic Forum van Davos is gepubliceerd en dat gebaseerd is op een rondvraag bij 250 economen, staat te lezen dat de 1.000 rijkste mensen de verliezen ten gevolge van de pandemie al hebben goedgemaakt, maar dat de armste mensen daardoor het hardst zullen worden getroffen.

De ongelijkheden die het rapport opsomt zijn van uiteenlopende aard.

Vanuit sociologisch oogpunt is het zo dat de armste werknemers heel vaak niet kunnen telewerken en dat ze daardoor veel meer in contact komen met het virus.

Vervolgens zijn er alle factoren die te maken hebben met discriminatie, etnische origine of gender.

Zo zijn vrouwen bijvoorbeeld oververtegenwoordigd in de sectoren die het hardst getroffen zijn door de pandemie, zoals de sector van de eerstelijnszorg.

Oxfam meent dat ook internationaal de ongelijkheid nog toeneemt en neemt daarvoor als voorbeeld de distributie van vaccins.

Het is van het grootste belang dat de regeringen van de wereld niet dezelfde fout maken als in 2008-2009, toen 75 % van de wereldbevolking getroffen werd door bezuinigingsmaatregelen, wat de ongelijkheid heeft doen toenemen, aldus de ngo.

Deze vraag behoort tot de bevoegdheid van de Senaat omdat ze transversaal is, aangezien armoedebestrijding ook een bevoegdheid is van de deelstaten. Daarvan getuigt het Waalse plan voor de uitbanning van armoede voor 2020-2024.

Worden er contacten gelegd tussen de verschillende bestuursniveau om denksporen te overwegen voor een geïntegreerd beleid ter zake? Beschikt u over bijkomende informatie?

Antwoord ontvangen op 20 april 2021 :

Het rapport van Oxfam over «Het ongelijkheidsvirus» bevestigt helaas hoe kwetsbaar de armste bevolkingsgroepen zijn voor Covid-19. Deze crisis maakt de sociale ongelijkheid alleen maar schrijnender, zeker op gezondheidsvlak maar ook in het algemeen. Dat is uiteraard een schokkende vaststelling.

Sinds ik minister ben, bekommer ik mij om de gevolgen van de crisis voor de kwetsbaarste groepen. Daarom heb ik de taskforce voor Kwetsbare Groepen geactiveerd, met een budget van 75 miljoen euro. Deze taskforce bestaat uit de organisaties die actief zijn op het terrein, zoals de openbaar centra voor maatschappelijk welzijn (OCMW)-federaties, het Belgian Anti-Poverty Network (BAPN), de Nationale Hoge Raad voor personen met een handicap, de Coronacommissaris en vertegenwoordigers van de bevoegde ministers van de federale regering en de deelstaten, en andere belangrijke actoren.

Zo heeft de federale regering al verschillende maatregelen genomen die gebaseerd zijn op concrete vaststellingen op het terrein. Het thema gezondheid en ongelijkheid op het vlak van preventie en vaccinatie is uiteraard aan bod gekomen. De nationale vaccinatiestrategie zal rekening houden met alle kwetsbare groepen.

De uitdaging bestaat erin onze hele bevolking te bereiken. Communicatie en informatie zijn daarbij essentieel. De ervaringsdeskundigen spelen hierin een belangrijke rol, net als de toekomstige Community Health Managers. Hun taak bestaat erin op het terrein aanwezig te zijn, kwetsbare groepen naar de zorg te leiden, preventiestrategieën tegen Covid uit te werken, enz. Dit proefproject, opgestart door mijn collega van Volksgezondheid, is een initiatief van de taskforce voor Kwetsbare Groepen.

Naast de vaststelling dat de coronacrisis gepaard gaat met ongelijkheid op het vlak van gezondheid, is het uiteraard zeer belangrijk dat we dit probleem structureel aanpakken.

In dit opzicht werk ik aan een nieuw armoedebestrijdingsplan waarbij de hele regering betrokken wordt. Gender en gezondheid zullen uiteraard zeer belangrijke thema’s zijn. Ons systeem van sociale bescherming mag niemand in de kou laten staan. En we zullen dit allemaal rechtstreeks in samenspraak met de betrokken organisaties doen.

Ik ben ook van plan een actieve rol te spelen binnen de verschillende interministeriële conferenties en samen te werken volgens het principe dat we samen meer kunnen verwezenlijken dan elk apart.