Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-953

van Latifa Gahouchi (PS) d.d. 26 januari 2021

aan de vice-eersteminister en minister van Economie en Werk

Banktarieven - Verhoging - Aanmoediging van internetbankieren - Kwetsbare personen - Digitale kloof - Probleem van toegang tot bankdiensten - Bevriezing van de tarieven - Invoering van een basisbankdienst

bankactiviteit
bank
kredietinstelling
digitale kloof
vaststelling van de prijzen
universele dienst
gelijke behandeling

Chronologie

26/1/2021Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 25/2/2021)
26/10/2022Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-954

Vraag nr. 7-953 d.d. 26 januari 2021 : (Vraag gesteld in het Frans)

De jaarlijkse aankondiging van de verhoging van de banktarieven is bijna een traditie geworden.

Die verhoging betreft vooral de diensten die ook online worden aangeboden.

Het sturen van rekeninguittreksels is daar een voorbeeld van; al in 2020 kondigden verschillende banken aan dat ze boven op de huidige verzendkosten een bijkomende bijdrage zouden aanrekenen die kan oplopen tot 5 euro per envelop.

Ook de tarieven voor stortingen van geld aan het loket en voor papieren overschrijvingen doen de kosten stijgen. Het is dus duidelijk dat de financiële instellingen hun klanten - op weinig subtiele wijze - dwingen om de internetbankdiensten te gebruiken, wat een probleem is voor veel consumenten.

In dat verband vroeg de consumentenorganisatie Test Aankoop onlangs een bevriezing van de banktarieven. Verschillende banken hebben immers begin 2021 verhogingen van hun banktarieven vanaf 1 april aangekondigd.

Ik deel de mening van de consumentenorganisatie dat een zichtrekening een essentiële dienst is. Gewone verrichtingen zouden dus makkelijk en betaalbaar moeten blijven voor iedereen.

Honderdduizenden mensen, de grootste slachtoffers van de digitale kloof, zullen deze beslissing in feite het meest voelen. Daarom sluit ik me aan bij degenen die pleiten voor een bevriezing van de tarieven vanaf 1 februari 2021.

Het bevriezen van de tarieven zou een overgangsperiode mogelijk maken tot aan de uitbreiding van een basisbankdienst zodat alle burgers de mogelijkheid krijgen over een rekening te beschikken waarmee ze hun tegoeden autonoom en tegen een redelijke prijs kunnen beheren.

Dit dossier betreft de gelijkheid van kansen en is dus transversaal. Het behoort bijgevolg tot de bevoegdheid van de Senaat.

Werd er contact genomen met de betrokken actoren om aan de bekommernissen van talrijke personen tegemoet te komen?

Antwoord ontvangen op 26 oktober 2022 :

Wat de bankkosten betreft, zijn contacten gelegd met de verschillende belanghebbenden om na te gaan of het nodig is op dit gebied (verhoging van de bankkosten, digitalisering van de bankkosten, enz.) op te treden en dit in overeenstemming met mijn bevoegdheden.

Naar aanleiding van een verslag van Financité dat eind 2019 aan mijn voorganger is overgemaakt en waarin met name het probleem van de digitale kloof voor de meest kwetsbaren aan de orde wordt gesteld, startte mijn administratie bovendien met een grondige studie van de digitalisering van de bankdiensten.

Ik volg de situatie dan ook op de voet om de effecten en gevolgen van de gedigitaliseerde bankdiensten voor consumenten, met name de meest kwetsbaren, te bepalen.

Ik wil hier ook verwijzen naar een studie van het Prijzenobservatorium van mei 2019 over e-bankieren, waarin een hele reeks indicatoren over bankkosten zijn opgenomen. Bovendien is er voor consumenten een website opgezet waarop bankkosten kunnen worden vergeleken. De Autoriteit voor financiële diensten en markten (Financial Services and Markets Authority FSMA) is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en de exploitatie van die site, en de betalingsdienstaanbieders moeten hun medewerking verlenen opdat de FSMA haar opdracht optimaal kan vervullen. Met dit instrument kan de consument gratis de kosten vergelijken van bepaalde diensten verbonden aan betaalrekeningen, maar het kan ook dienen als indicator voor verhogingen van bankkosten.

De wetgeving werd gewijzigd naar aanleiding van de omzetting van twee richtlijnen inzake betalingsdiensten (PAD en PSD II). Het doel van deze wetgevingen is de consumentenbescherming te verbeteren door te zorgen voor een grotere transparantie en vergelijkbaarheid van de door de banken aangerekende kosten. Dankzij deze grotere transparantie en vergelijkbaarheid van de kosten kunnen de consumenten de banken dus beter tegen elkaar uitspelen.

Elke kredietinstelling bepaalt echter autonoom haar commercieel beleid en daarin moet de concurrentie in principe een rol spelen. De banktarieven zijn niet onderworpen aan wettelijke prijscontrole, een bevoegdheid die na de zesde Staatshervorming grotendeels naar de Gewesten is overgeheveld. De verschillende banktarieven worden op transparante wijze door middel van tarieflijsten meegedeeld. Als de bank de raamovereenkomst wil wijzigen, moet zij de consument daarvan ten minste twee maanden voor de wijziging in werking treedt in kennis stellen. Indien de consument niet akkoord gaat met de verhogingen of het beleid van de bank, dan kan hij of zij het contract kosteloos opzeggen en relatief eenvoudig van bank veranderen via de bankoverstapdienst (bankwitching).

Tot slot ben ik ook op de hoogte van de petitie die in februari 2020 door Test-Aankoop is opgezet en die met name tot doel heeft de bankkosten te bevriezen.

Ik heb uitgebreid kennis kunnen nemen van de inhoud van de petitie, waarin de autoriteiten worden bevraagd over de cashloze maatschappij, de digitalisering van de bankdiensten en de verhoging van de bankkosten.

Ik volg deze kwestie dan ook op de voet.