Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-913

van Fatima Ahallouch (PS) d.d. 17 december 2020

aan de minister van Pensioenen en Maatschappelijke Integratie, belast met Personen met een beperking, Armoedebestrijding en Beliris

Personen met beperkte mobiliteit - Openbaar vervoer - Toegankelijkheid - Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) - Gewestelijke maatschappijen voor openbaar vervoer - Beleid inzake personen met beperkte mobiliteit - Maatregelen - Overleg

lichamelijk gehandicapte
openbaar vervoer
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
faciliteiten voor gehandicapten
spoorwegstation
transportinfrastructuur

Chronologie

17/12/2020Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 21/1/2021)
26/1/2021Rappel
10/2/2021Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-912
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-914

Vraag nr. 7-913 d.d. 17 december 2020 : (Vraag gesteld in het Frans)

Het huidige beleid ter ondersteuning van mindervaliden is verdeeld over verschillende bevoegdheidsniveaus. De federale overheid vervult een hoofdrol.

Een aantal onderdelen van het beleid ten gunste van mindervaliden vallen onder de sociale zekerheid. Rekening houdend met de bevoegdheden die onder de deelstaten vallen, is de transversale aard van deze vraag aangetoond.

Ter gelegenheid van de Internationale Dag voor mensen met een beperking vernam ik via de pers dat het nieuwe station in de wijk het Rad en nabij de COOVI-campus in Anderlecht, dat door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) is ingehuldigd op 13 december 2020, toegankelijk zal zijn voor personen met een beperkte mobiliteit, maar dat de trein zelf niet toegankelijk is voor personen in een rolstoel.

De NMBS legt uit dat het assistentiesysteem voor personen in een rolstoel, waarin nochtans heel wat stations voorzien, niet mogelijk is bij gebrek aan voldoende personeel. Op dit ogenblik biedt de NMBS die vorm van persoonlijke assistentie enkel aan in de meest gebruikte stations.

In België kunnen in slechts 21 van de 546 stations personen met een beperkte mobiliteit zich helemaal zelfstandig naar het perron begeven en de trein zonder assistentie nemen, met andere woorden in minder dan 4 % van de stations. Die 21 stations zijn volledig toegankelijk voor personen met een beperkte mobiliteit en beschikken ook over de mogelijkheid van assistentie door het personeel dat ter plaatse komt om een persoon met beperkte mobiliteit op de trein te helpen, bijvoorbeeld door het plaatsen van een oprijplaat; 94 stations zijn niet volledig toegankelijk, maar beschikken over een assistentieaanbod; 70 stations zijn volledig toegankelijk, maar beschikken niet over persoonlijke assistentie. In 361 stations is jammer genoeg geen van beide aanwezig. In het station van Moeskroen, waar ik de trein neem, een station dat veel gebruikt wordt door pendelaars, is geen enkele faciliteit aanwezig, wat toch niet normaal is voor de personen met een beperkte mobiliteit in België.

De pers vermeldt een positief punt: de toekomstige treinen zullen toegankelijker zijn dan de huidige: «Als de deur opent zal een uitschuiftrede de afstand tussen trein en perron overbruggen, zodat reizigers met beperkte mobiliteit zelfstandig kunnen op- en afstappen».

We hebben echter vernomen dat de NMBS M7-rijtuigen heeft aangekocht. De Nationale Hoge Raad voor Personen met een Handicap (NHRPH) heeft de bestelling van die rijtuigen aangeklaagd omdat ze niet passen in de beoogde uniformering van de hoogte van de perrons en de rijtuigen.

Op het vlak van het NMBS-beleid voor personen met een beperkte mobiliteit, zijn de Europese verplichtingen duidelijk. Wat zal er terechtkomen van het geïntegreerd plan van de NMBS en Infrabel voor de verhoging van de perrons en de volledige toegankelijkheid voor de periode 2020-2030?

Volgens de Franstalige werkgroep voor toegankelijkheid, de vzw «Collectif Accessibilité Wallonie-Bruxelles», vereist een volledig toegankelijk station een lift of een oprijbrug voor elk perron; de perrons moeten verhoogd worden tot 76 cm, er moeten gidslijnen komen; er moet minstens één loket of automaat toegankelijk zijn voor rolstoelgebruikers. Wat is de stand van zaken?

Werd er contact genomen met uw collega's van de deelstaten over dit moeilijke probleem van de toegankelijkheid van het openbaar vervoer voor alle personen met een handicap?

Antwoord ontvangen op 10 februari 2021 :

De toegankelijkheid van de Belgische stations is een prioriteit van deze regering. Daarom heeft de regering het plan 2020-2025 van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) goedgekeurd. Volgens dit plan zullen tegen 2025 tweeënzeventig stations aangepast worden.

Omdat ik deze kwestie zo belangrijk vind, heb ik bij de directie van de NMBS al aangedrongen op een oplossing voor dit probleem. De conclusie van dit constructieve gesprek was dat de NMBS zich ertoe verbindt voortaan steeds rechtstreeks te overleggen met de Nationale Hoge Raad voor personen met een handicap (NHRPH). Ik zal deze dialoog zeker ondersteunen en erop toezien dat de sector nauwer betrokken wordt bij de aanpassingen en de aankoop van materieel.

Voor de technische kant van de zaak, bijvoorbeeld over de hoogte van de perrons, verwijs ik u graag door naar mijn collega die bevoegd is voor de NMBS. Ik wil u wel al meedelen dat ik, in overleg met de bevoegde federale ministers en met de inbreng van de NHRPH, binnenkort een handicapactieplan zal lanceren dat met name betrekking heeft op de algemene toegankelijkheid. Het uiteindelijke doel is dat de publieke ruimte en alle overheidsdiensten structureel toegankelijk zijn voor iedereen.

Het is in het belang van de personen met een handicap dat de verschillende bevoegdheidsdomeinen goed op elkaar afgestemd zijn, zowel federaal als interfederaal. Ze mogen niet het slachtoffer zijn van de versnippering van de bevoegdheden. In die zin lijkt de interministeriële conferentie mij de beste plaats om deze onderwerpen te bespreken.