Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-844

van Fatima Ahallouch (PS) d.d. 12 november 2020

aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met de Nationale Loterij, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing

Transitmigranten - Vluchtelingenkamp van Froyennes - Afbraak - Werk van de vrijwilligers - Verslagenheid - Coördinatie van de acties - Betere afstemming tussen de bevoegdheidsniveaus

illegale migratie
politieke vluchteling
vrijwilligerswerk
Waals Gewest
migrant

Chronologie

12/11/2020Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 17/12/2020)
25/1/2021Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-843

Vraag nr. 7-844 d.d. 12 november 2020 : (Vraag gesteld in het Frans)

Op 8 oktober 2020 werd een kamp van transitmigranten in Froyennes afgebroken door de federale politie.

Een vijftiental jongeren, vooral afkomstig van Eritrea, werden administratief aangehouden en hun karige bezittingen werden in beslag genomen en weggegooid.

Het betreft een zeer kwetsbare groep waarmee een lokaal burgercollectief zeer regelmatig samenwerkte.

De vrijwilligers zijn ontmoedigd door het politieoptreden. De vertrouwensrelatie die ze hebben opgebouwd met die jonge mannen en vrouwen die in een zeer moeilijke situatie zitten wordt erdoor tenietgedaan.

Het Waals Gewest heeft een omzendbrief aan de lokale besturen gericht om hen te herinneren aan de twee belangrijkste functies die ze moeten vervullen:

– sensibilisering van de bevolking die op hun grondgebied verblijft (burgers en transitmigranten);

– coördinatie van de actoren op het terrein, wat zou bijdragen aan een efficiëntere actie.

Hoe kan men vanuit dat kader het optreden van de politie evalueren?

Ik heb deze vraag ook aan uw collega van het Waals Gewest gesteld. Aangezien deze materie ook onder het federale niveau valt, is de Senaat bevoegd voor deze vraag, omdat ze transversaal is.

De voornoemde omzendbrief verwijst naar de Belgische Grondwet en naar internationale verdragen die België binden op het vlak van het respect voor de menselijke waardigheid van personen die zich op zijn grondgebeid bevinden.

Hoe kunnen de verschillende bevoegdheidsniveaus beter op elkaar worden afgestemd om een dergelijke situatie te voorkomen?

Het is moeilijk om met deze groep mensen te werken, des te meer omdat het vrijwilligers zijn die hun tijd en energie daaraan wijden.

Werd er contact genomen met de deelstaten om te trachten de acties te coördineren om zodoende een echte gelijkheid van kansen te garanderen voor die zeer kwetsbare groep?

Antwoord ontvangen op 25 januari 2021 :

Het antwoord op deze vraag komt toe aan de federale politie. Ik verwijs u dan ook door naar de minister van Binnenlandse Zaken, mevrouw Annelies Verlinden.