Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-61

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 19 september 2019

aan de minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel, Armoede-bestrijding, Gelijke Kansen en Personen met een beperking

Seksuele misdrijven - Verjaringstermijn - Opvang slachtoffers

seksueel geweld
slachtoffer
slachtofferhulp
verjaring van de vordering
ziekenhuis
verzamelen van gegevens
minderjarigheid
jongere
gerechtelijk onderzoek

Chronologie

19/9/2019Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 24/10/2019)
4/11/2019Antwoord

Vraag nr. 7-61 d.d. 19 september 2019 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Seksueel geweld is een zaak van alle overheden in ons land. Uiteraard zijn de Gemeenschappen bevoegd omdat welzijn en gezondheid bij uitstek gemeenschapsaangelegenheden zijn. Bovendien zijn deze overheden ook bevoegd voor het preventiebeleid. Maar natuurlijk is ook de federale overheid bevoegd in het kader van justitie en politie en in het kader van het gelijkekansenbeleid.

Te vaak wordt seksueel geweld, hoofdzakelijk tegen vrouwen, weggelachen of niet ernstig genomen. Nochtans heeft de VN-Veiligheidsraad seksueel geweld in 2008 uitgeroepen tot een oorlogsmisdaad. Bij een oorlogsmisdaad bestaat er géén verjaringstermijn. Waarom schaft men de verjaringstermijn dan ook niet af bij seksueel geweld? Zie ook het Verdrag van Istanbul ter zake.

Twee jaar geleden voerde mevrouw Keygnaert van de UGent, op vraag van toenmalige staatssecretaris Elke Sleurs, een onderzoek uit naar de opvang van slachtoffers van seksueel grensoverschrijdend gedrag (SGG) in de Oost-Vlaamse ziekenhuizen. Er werd een checklist opgemaakt rond de optimale opvang van slachtoffers. De resultaten hiervan waren niet zo schitterend. De belangrijkste vaststelling was dat bijna geen enkele pediater op de hoogte is van de procedure rond de SAS (de seksueleagressieset) en dat zij daar ook geen opleiding voor wensen te volgen. Men kan zich dan ook afvragen wat er gebeurt als een minderjarige of een kind zich aanmeldt voor een SAS-afname?

Daarom werd besloten om – op basis van de checklist – het onderzoek binnen alle Vlaamse ziekenhuizen te verrichten zodat «de beste opvangplaatsen» konden worden geselecteerd om degelijke zorgcentra op te richten.

Daarom kreeg ik graag een antwoord op de volgende vragen:

1) Waar zijn de resultaten van het onderzoek binnen alle Vlaamse ziekenhuizen te vinden? Zijn deze afgewerkt? Wat zijn de besluiten?

2) Hoe gaat men om met SAS bij minderjarigen? Zijn alle betrokkenen binnen het ziekenhuis op de hoogte van de gerechtelijke procedures? Dit is uitermate belangrijk met het oog op het verzamelen van bewijsmateriaal door de centra.

3) Welke opleidingen hebben de personeelsleden gevolgd?

4) Werken er ervaringsdeskundigen binnen deze zorgcentra?

5) Uit navraag blijkt dat slachtoffers er terecht kunnen, maar hoe zit het met de nazorg?

Een slachtoffer kan nadien niet voor langere tijd in het zorgcentrum blijven. Wat zal de geachte minister daaraan doen?

Nu kan de persoon één dag of nacht in het ziekenhuis (psychiatrie of dagkliniek?) verblijven na alle onderzoeken, maar dan wel op eigen kosten. Dit lijkt me onaanvaardbaar.

Uit contact met vluchthuizen blijkt dat er onvoldoende opvang is, dat er lange wachtlijsten bestaan en dat er 's nachts en in het weekend meestal niemand beschikbaar is.

6) Slachtoffers hebben recht op maximaal twintig gratis afspraken bij een psycholoog. Tijdens deze raadplegingen kan men vragen dat er een politieagent komt, zodat men klacht kan indienen. Is dit echter voldoende om een vertrouwenssfeer te doen ontstaan? Kunnen de slachtoffers snel in contact komen met de politie? Hoe verlopen deze procedures?

7) Is er sprake van informed consent? Hoe verloopt het onderzoek concreet? Hoe lang duurt de procedure in het totaal (de onderzoeken zelf, het wachten op de politie, de periode waarin de patiënt kan bekomen, de tijd om een vertrouwenspersoon in te schakelen, enz., inbegrepen)? Hoe voorkomt men het risico op secundaire traumatisering? Welke regelgeving is er exact van toepassing voor het indienen en verwerken van de klacht?

8) Wat gebeurt er tijdens de nacht en in het weekend? Hoeveel speciaal opgeleid personeel is er vierentwintig uur op vierentwintig aanwezig in deze vertrouwenscentra?

Antwoord ontvangen op 4 november 2019 :

Voor vraag 1) verwijs ik u graag door naar mijn collega, mevrouw Maggie De Block, minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, die de opdracht gaf aan het International Centre for Reproductive Health (ICRH) Vlaamse ziekenhuizen te bevragen over de opvang van slachtoffers van seksueel overschrijdend gedrag aan de hand van een enquête.

Voor vraag 2) tot en met 8) kan ik u het volgende meedelen.

In 2016 voerde de Universiteit Gent – International Centre for Reproductive Health in opdracht van het federale gelijkekansenbeleid een haalbaarheidsstudie uit naar de mogelijkheid om in België centra seksueel geweld te ontwikkelen. In het kader van deze studie werden onder meer slachtoffers van seksueel geweld geïnterviewd, opdat zij als ervaringsdeskundigen hun noden ter zake konden aangeven.

Uit deze studie vloeide het Belgische model zorgcentra na seksueel geweld (hierna: zorgcentra) voort. Eind 2017 werden drie zorgcentra geopend. In een zorgcentrum kunnen slachtoffers van seksueel geweld alle mogelijke bijstand krijgen op één plaats. De Zorgcentra zijn vierentwintig op vienentwintig uur en zeven op zeven dagen bereikbaar en het slachtoffer staat er centraal. Bij aanmelding aan het zorgcentrum, wordt het slachtoffer opgevangen door een forensisch verpleegkundige.

De personeelsleden van de zorgcentra, zijnde de forensisch verpleegkundigen, casemanagers en psychologen, worden opgeleid. De opleiding bestaat uit een gezamenlijke basisopleiding voor alle ZSG-medewerkers, naast een functie-specifieke opleiding.

De opleiding werd ontwikkeld op basis van de goede praktijken uit het buitenland, internationale richtlijnen en wetenschappelijke literatuur en werd verder verfijnd met input van de medische, forensische en psychologische werkgroepen.

Na de eerste medische zorgen volgt het forensisch onderzoek, uitgevoerd door de forensisch verpleegkundige.

Dit onderzoek gebeurt aan de hand van een forensisch stappenplan, een nieuw ontwikkelde procedure naast de klassieke seksuele agressie set (SAS). Een eerste belangrijk verschil tussen beide procedures bestaat in de persoon die het onderzoek uitvoert. In een ziekenhuis zonder ZSG wordt de SAS afgenomen door een arts van wacht, een gynaecoloog, een uroloog, wetsdokter, enz. In een ZSG wordt het een forensisch stappenplan altijd uitgevoerd door een speciaal daarvoor opgeleide forensisch verpleegkundige onder actieve supervisie van artsen van wacht. Gezien deze verpleegkundigen dagelijks deze onderzoeken uitvoeren, leidt deze manier van werken tot meer accurate afnames. Voor slachtoffers onder de vijftien jaar komt er altijd een pediater en een multidisciplinair team waaronder een psycholoog bij kijken. De afname gebeurt ook op maat van het slachtoffer. Het onderzoek is minder invasief dan de afname van een SAS. Door de manier van staalafname bij het forensisch stappenplan is de periode waarin staalafname nuttig kunnen gebeuren ook langer dan bij een SAS.

Informed Consent wordt verzekerd doordat het slachtoffer, voor het onderzoek, een toestemmingsformulier «forensisch onderzoek na seksueel geweld» ondertekent.

Indien het slachtoffer op het ZSG aangeeft klacht te willen neerleggen, verwittigt de forensisch verpleegkundige een zeden-inspecteur. Deze specifiek gevormde zedeninspecteur neemt een gefilmd verhoor af, in een daartoe ingerichte ruimte op het ZSG. Voor minderjarigen of kwetsbare meerderjarige personen wordt een audiovisueel verhoor (het zogenaamde «TAM-verhoor») georganiseerd, conform de nieuwe omzendbrief TAM.

Een slachtoffer kan tot twintig afspraken maken bij de ZSG-psycholoog. Tevens staat de psycholoog in voor een effectieve doorverwijzing naar gepaste hulpverlening buiten het ZSG-aanbod. Daarnaast staat de casemanager in nauw contact met Slachtofferonthaal voor wat de juridische opvolging betreft.

Voor meer informatie met betrekking tot de ZSG en hun werking, verwijs ik u graag door naar de wetenschappelijke evaluatie die binnen afzienbare tijd zal worden vrijgegeven.