Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-531

van Martine Fournier (CD&V) d.d. 29 april 2020

aan de minister van Buitenlandse Zaken en van Defensie

Coronacrisis - Belgen die in het buitenland verblijven - Repatriëring - Aantal - Tijdschema - Principes - Kosten - Samenwerking met de deelstaten (Covid-19)

infectieziekte
epidemie
Belgen in het buitenland
remigratie

Chronologie

29/4/2020Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 28/5/2020)
22/7/2020Antwoord

Vraag nr. 7-531 d.d. 29 april 2020 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Motivering van het transversale karakter van de schriftelijke vraag: de federale en Vlaamse administratie hebben elk verschillende buitenlandse posten. Enerzijds kan er samenwerking zijn in de coronacrisis, maar anderzijds is het ook mogelijk dat het federale niveau Vlaanderen helpt.

De geachte minister van Buitenlandse Zaken liet in de media weten dat er meer dan tienduizend Belgen vast zaten in het buitenland toen de coronacrisis uitbrak. Verschillende van hen zijn gerepatrieerd. We mogen zeggen dat de dienst Buitenlandse Zaken, de ambassades en de diplomatieke posten uitstekend werk hebben gedaan.

Toch zitten er vandaag nog altijd mensen in het buitenland. Terughalen is niet altijd mogelijk, soms is het ook de uitdrukkelijke wens van de burgers om te blijven.

Tot slot heeft Vlaanderen ook verschillende buitenlandse huizen om het contact tussen de Vlaamse en buitenlandse economie te versterken. Het is onduidelijk wat hun rol is tijdens het oplossen van deze crisis.

Daarom volgende vragen:

1) Kan de geachte minister een overzicht geven van het aantal gerepatrieerde Belgen? Met daarbij enkele bijvragen:

a) Uit welk land werden de Belgen gerepatrieerd?

b) Uit welke provincie (of Gewest) kwamen de gerepatrieerde Belgen?

2) Wanneer zijn de diensten begonnen met het terughalen van Belgen?

3) Tot welke datum werden Belgen terug gehaald uit het buitenland?

4) Welke principes zijn er gehanteerd om Belgen terug te halen?

5) Wat is de totale kostprijs voor het terughalen van de Belgen in het buitenland?

6) Worden de kosten van de repatriëring gedragen door de burgers of de federale overheid? Zijn er overeenkomsten met Vlaanderen in deze?

7) Welke rol hebben de gewestelijke diplomatieke posten gehad tijdens het terughalen van burgers? Is er samengewerkt tussen de gewestelijk en federale administraties in het buitenland?

8) Werden er specifieke opdrachten uitgevoerd voor de gewestelijke administratieve diensten in het buitenland?

Antwoord ontvangen op 22 juli 2020 :

In totaal werden reeds 7 332 Belgen gerepatrieerd door de FOD Buitenlandse Zaken.

1. B) Deze werden vanuit volgende landen gerepatrieerd : Spanje, Marokko, Tunesië, Senegal, Gambia, Mali, Niger, Zuid Afrika, Algerije, Egypte, Democratische Republiek Congo, Peru, Rwanda, Burundi, Colombia, Dominicaanse Republiek, Ecuador, Kameroen en Ghana.

Daarnaast werden er ook ongeveer 3000 Belgen vanuit zowat alle uithoeken van de wereld door andere EU lidstaten terug gebracht.

De FOD houdt geen statistieken bij die toestaat een verdere verdeling per provincie of Gewest te maken.

De eerste repatriëring uit Wuhan startte op 30 januari 2020.

Op 30 mei vond de laatste repatriëring in sensu stricto plaats.

Het gedeelte van de kostprijs dat ten laste van de passagier is die gebruik maakte van een repatriëring varieerde per bestemming tussen 200 euro en 500 euro. Voor vluchten via het Europees mechanisme zijn lidstaten vrij een prijs te bepalen. Naar gelang de aard van de vlucht varieert dus het gedeelte dat de burger dient te betalen.

Het voornaamste principe dat gehanteerd werd is het feit dat het onmogelijk of zeer moeilijk was om via normale commerciële middelen terug naar België te keren binnen een afzienbare tijd. In gebieden waar veel Belgen gestrand waren, zoals in Marokko of Tenerife, werd steeds voorrang gegeven aan medische urgenties, humanitaire redenen of sociale redenen.

De totale kostprijs is nog niet bekend, aangezien de afspraken tussen lidstaten en het Europees mechanisme nog niet volledig werden afgerond. Het totaal budget van de door België ingelegde vluchten overstijgt de 5 miljoen euro niet. Een belangrijk deel hiervan wordt ook terugbetaald door de Europese Commissie. Er zijn geen overeenkomsten met de deelstaten in deze materie.

In diplomatieke posten werd ad hoc zeer goed samengewerkt met vertegenwoordigers van andere ministeries in het algemeen. Ook vanuit Brussel waren er regelmatig contacten tussen de verscheidene administratieve niveaus. Uiteraard konden deze collega’s en hun families ook zelf gebruik maken van het repatriëringsaanbod.