Schriftelijke vraag nr. 7-262

van Peter Van Rompuy (CD&V) d.d. 7 januari 2020

aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, en van Asiel en Migratie

Onbelast bijverdienen - Cijfers - Evaluatie

belastingontheffing
aanvullend inkomen
deeleconomie
officiële statistiek
incidenteel werk
maatschappelijke positie
geografische spreiding

Chronologie

Vraag nr. 7-262 d.d. 7 januari 2020 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Motivering van het transversale karakter van de schriftelijke vraag: de federale wetgeving heeft een impact op Vlaamse bevoegdheden zoals welzijn, sport en cultuur (verenigingsleven).

Sinds 15 juli 2018 kunnen burgers tot 6 000 euro per jaar onbelast bijverdienen. Concreet komen occasionele klussen, verenigingswerk en taken in het kader van deeleconomie in aanmerking.

Daarom volgende vragen:

1) Hoeveel burgers maakten reeds gebruik van de mogelijkheid van onbelast bijverdienen? Graag kreeg ik:

a) de cijfers per maand;

b) de cijfers per provincie;

c) een opdeling naar occasionele klussen, verenigingswerk en taken in het kader van deeleconomie;

d) een opdeling naar werknemers (die minstens vier vijfde werkt), zelfstandige in hoofdberoep en gepensioneerde.

2) Voor welk bedrag werd reeds gebruik gemaakt van onbelast bijverdienen? Graag kreeg ik:

a) de cijfers per maand;

b) de cijfers per provincie;

c) een opdeling naar occasionele klussen, verenigingswerk en taken in het kader van deeleconomie;

d) een opdeling naar werknemers (die minstens vier vijfde werkt), zelfstandige in hoofdberoep en gepensioneerde.

3) Hoeveel uren presteerden de burgers samen via het systeem van onbelast bijverdienen? Graag kreeg ik:

a) de cijfers per maand;

b) de cijfers per provincie;

c) een opdeling naar occasionele klussen, verenigingswerk en taken in het kader van deeleconomie;

d) een opdeling naar werknemers (die minstens vier vijfde werkt), zelfstandige in hoofdberoep en gepensioneerde.

4) Hoe evalueert de geachte minister deze evolutie?

Antwoord ontvangen op 17 februari 2020 :

1) en 2) Hierna vindt u de gevraagde cijfergegevens. Deze gegevens hebben betrekking op het jaar 2018 en zijn afkomstig uit de databank «bijklussen» van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ)De RSZ beschikt niet over gegevens inzake de deeleconomie. Voor de deeleconomie zijn het de deeleconomieplatformen die de vereiste gegevens overmaken aan de FOD Financiën.De gegevens betreffen de jaarlijkse statistieken voor 2018, dewelke statistisch «stabieler» zijn ten opzichte van de maandcijfers.

3) De derde vraag kan niet worden beantwoord aangezien de aangiften in het kader van de bijkomende activiteiten niet toelaten om het aantal gepresteerde uren af te leiden.

4) Het onbelast bijverdienen raakt steeds meer en meer ingeburgerd wat zeer positief is.