Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-180

van Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) d.d. 28 november 2019

aan de vice-eersteminister en Minister van Justitie, belast met de Regie der gebouwen

Gevangenissen - Zelfmoorden - Aantal - Strijd - Beleidsmaatregelen

strafgevangenis
zelfmoord
officiële statistiek
gedetineerde

Chronologie

28/11/2019Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 2/1/2020)
19/12/2019Antwoord

Vraag nr. 7-180 d.d. 28 november 2019 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Verschillende aspecten van Justitie werden overgedragen aan de deelstaten en bijgevolg betreft deze vraag om een transversale aangelegenheid.

1) Kan u meedelen hoeveel zelfmoorden er geweest zijn in de gevangenissen tijdens de laatste drie jaar, opgesplitst per jaar en per instelling ? Wat is de evolutie ten opzichte van voorgaande jaren ?

2) Welke beleidsmaatregelen werden er genomen om in de mate van het mogelijke het aantal zelfmoorden tegen te gaan ?

Antwoord ontvangen op 19 december 2019 :

Hierbij alle cijfers:

2010: 46 overlijdens waarvan 19 zelfmoorden
2011: 49 overlijdens waarvan 12 zelfmoorden
2012: 47 overlijdens waarvan 13 zelfmoorden
2013: 56 overlijdens waarvan 14 zelfmoorden
2014: 59 overlijdens waarvan 18 zelfmoorden
2015: 44 overlijdens waarvan 16 zelfmoorden
2016: 53 overlijdens waarvan 12 zelfmoorden
2017: 44 overlijdens waarvan 13 zelfmoorden
2018: 49 overlijdens waarvan 16 zelfmoorden

Zelfdoding is een moeilijke problematiek en zelfmoordpreventie in de gevangenissen is een complexe materie waarbij diverse initiatieven worden ingezet en waarbij verschillende instanties betrokken zijn, waaronder de Gemeenschappen in het kader van hulp aan personen. De verschillende initiatieven die het Directoraat-generaal Penitentiaire Inrichtingen (DG EPI) zelf en samen met externe partners neemt op het vlak van de zelfmoordpreventie geven vorm aan het huidige beleid.

De personeelsleden van de penitentiaire inrichtingen nemen suïcidepreventie op in hun dagdagelijks beleid. Een verhoogde waakzaamheid door de medische en psychosociale diensten bij het onthaal van en bij elk contact met een gedetineerde maakt deel uit van de standaardprocedure. Wanneer zij signalen opmerken dat een gedetineerde mogelijks suïcidaal is, melden zij dit aan de gevangenisdirectie en aan het (ander) bewakend personeel, zodat de gedetineerde meer nauwlettend kan worden geobserveerd (ook ’s nachts). Er bestaan uitgeschreven instructies rond visuele controle en procedures wanneer suïcidaal gedrag wordt vastgesteld.

Ook de penitentiair bewakingsassistenten vervullen een belangrijke preventieve rol. Wanneer zij suïcidaal gedrag vaststellen, verwijzen zij de gedetineerde onmiddellijk naar de bevoegde autoriteit (gevangenisdirectie, psychosociale dienst of zorgequipe) en kunnen preventieve veiligheidsmaatregelen genomen worden. Bij suïcidale gedetineerden zullen de psychosociale en medische diensten en ook de gevangenisdirecties meer actieve opvolging verzekeren en overleg plegen. Daarnaast zal er steeds een doorverwijzing gebeuren naar de diensten van de gemeenschappen voor hulpverlening in dit verband.

Gezien de belangrijke rol van het gevangenispersoneel op het vlak van zelfmoordpreventie, wordt er binnen de penitentiaire opleidingen ook bijzondere aandacht aan besteed. Penitentiaire bewakingsassistenten krijgen in de basisopleiding het vak « suïcidepreventie » gedurende zeven uur. De focus ligt onder andere op het detecteren van signalen van zelfmoordneiging, op het melden ervan en op het gepast reageren. Het DG EPI werkte bij het ontwikkelen van de cursussen onder andere samen met expertisecentra op vlak van suïcidepreventie. Daarnaast organiseren de opleidingscentra voor penitentiair personeel ook een tweedaagse flitstraining « suïcidepreventie », die toegankelijk is voor alle personeelsleden van het DG EPI. Deze opleiding kan op vraag van een lokale inrichting worden georganiseerd of wanneer er voldoende personeelsleden op de wachtlijst staan. Verder werd in 2016 een opleiding « train-the-trainer » gesprekstechnieken georganiseerd in het kader van suïcidepreventie. Sinds 2017 is het luik « gesprekstechnieken » opgenomen in de tweedaagse flitstraining « suïcidepreventie » en dus toegankelijk voor alle personeelsleden.

Bovendien is er in de gevangenissen aandacht voor hulpverlening specifiek gericht op suïcidepreventie, zowel structureel als ad hoc. Binnen vele gevangenissen bestaat een multidisciplinaire werkgroep rond suïcide waarin betrokken diensten van het DG EPI samen met partners van onder andere de Vlaamse Gemeenschap aan tafel zitten. De gevangenis van Gent heeft enkele jaren geleden samen met de universiteit Gent een plan uitgewerkt waarin zowel preventie van suïcide als nazorg (na gelukte suïcide) aan bod komen. Een aantal andere gevangenissen hebben zich hierop gebaseerd om lokaal ook een dergelijk plan uit te werken. Sinds kort is binnen het DG EPI bovendien ook een multidisciplinaire werkgroep opgestart rond suïcidepreventie die het lokale niveau overstijgt met als doel « best practices » binnen de gevangenissen te delen. Dit project zit in de beginfase. Het DG EPI lanceerde verder al eigen inrichtingsgebonden initiatieven en werkt ook structureel samen met de diensten van de Gemeenschappen rond zelfmoordpreventie, aangezien het ook tot hun bevoegdheden behoort.

Tenslotte, langs Vlaamse kant is er bovendien een samenwerking met de centra voor geestelijke gezondheidszorg in verschillende gevangenissen.

Langs Waalse kant werkt het DG EPI samen met de « services d’aide aux justiciables ».