Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-146

van Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) d.d. 22 november 2019

aan de vice-eersteminister en Minister van Justitie, belast met de Regie der gebouwen

Wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie (antidiscriminatiewet) - Inbreuken - Procedures - Cijfers

bestrijding van discriminatie
officiële statistiek

Chronologie

22/11/2019Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 26/12/2019)
30/9/2020Antwoord

Vraag nr. 7-146 d.d. 22 november 2019 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het antidiscriminatiebeleid is een bevoegdheid van zowel de deelstaten als de federale overheid. Dit betreft dus een transversale aangelegenheid.

In mei 2007 heeft de Belgische wetgever de antidiscriminatiewet moeten aanpassen aan de Europese regelgeving (cf. wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie en richtlijn 2000/78/EG van de Raad van 27 november 2000 tot instelling van een algemeen kader voor gelijke behandeling in arbeid en beroep).

1) Kan u meedelen hoeveel procedures de jongste vijf jaar werden ingediend wegens inbreuk op de antidiscriminatiewet, per Gewest, en al naargelang het gaat over:

a) nationaliteit-ras;

b) geslacht;

c) leeftijd;

d) seksuele geaardheid;

e) burgerlijke staat;

f) geloof;

g) politieke overtuiging;

h) gezondheidstoestand / handicap?

2) a) In hoeveel gevallen gaf de procedure aanleiding tot een veroordeling, voor elk van deze parameters afzonderlijk?

b) In hoeveel gevallen moest er een schadevergoeding betaald worden?

3) In hoeveel gevallen werd de procedure opgestart door:

a) Unia;

b) het Instituut voor de gelijkheid van mannen en vrouwen;

c) een belangenvereniging;

d) de benadeelde zelf?

Antwoord ontvangen op 30 september 2020 :

Op basis van de beschikbare gegevens is het niet mogelijk alle gestelde vragen te beantwoorden.

De MaCH- en PJG-computersystemen bieden de mogelijkheid een voornaamste tenlastelegging en secundaire tenlasteleggingen te registreren. De in de tabellen opgenomen zaken betreffen de misdrijven vastgesteld op grond van de volgende voornaamste of secundaire tenlasteleggingscodes:

–  56A – Racisme;

–  56B – Xenofobie;

–  56C – Discriminatie, met uitzondering van de gevallen van racistische, xenofobe of homofobe discriminatie, of van discriminatie op grond van het geslacht of van een handicap;

–  56D – Discriminatie op grond van het geslacht;

–  56E – Homofobie;

–  56F – Discriminatie op basis van een handicap.

Als meerdere van de voornoemde codes in het dossier worden vermeld, wordt bij deze analyse alleen rekening gehouden met de voornaamste tenlasteleggingscode.

De gegevens geëxtraheerd door de statistisch analisten van het College van procureurs-generaal worden in de volgende tabellen weergegeven:

–  de eerste drie tabellen geven een overzicht, (1) per tenlasteleggingscode/contextcode en per gerechtelijk arrondissement, vervolgens (2) per tenlasteleggingscode/contextcode en per jaar van instroom en tot slot (3) per wijze van instroom en per jaar van instroom, van het aantal dossiers inzake discriminatie dat tussen 1 januari 2014 en 31 december 2018 bij de correctionele parketten is ingestroomd;

–  tabel 4 geeft per tenlasteleggingscode en per gerechtelijk arrondissement het aantal dossiers inzake discriminatie weer dat werd ingevoerd in het informaticasysteem van de jeugdparketten, PJG.

De eerste drie tabellen gebruiken de strafzaak als rekeneenheid, waarbij eenzelfde zaak een of meer beklaagden kan tellen.

Voor tabel 4 moet een «zaak» worden beschouwd als «een minderjarige in een soort zaak (MOF, VOS of Noch MOF / Noch VOS) onder een notitienummer». Eenzelfde notitienummer kan naar één of meer minderjarigen verwijzen. Iedere minderjarige wordt dus gerekend als een eenheid per soort zaak en per notitienummer.

De gegevens van deze analyse zijn geen indicatie voor de daadwerkelijke criminaliteit betreffende misdrijven van discriminatie. De kwantitatieve gegevens in de tabellen geven immers enkel de dossiers weer die bij de parketten aanhangig zijn gemaakt.

Verzamelde gegevens en context ervan:

Tabel 1: Aantal zaken van discriminatie ingestroomd bij de correctionele parketten van België tussen 1 januari 2014 en 31 december 2018.

Gegevens weergegeven per tenlasteleggingscode/contextcode geregistreerd volgens gerechtelijk arrondissement (a en % in rij).


56A – Racisme

56B – Xenofobie

56C – Discriminatie, met uitzondering van de gevallen van racistische, xenofobe of homofobe discriminatie, of van discriminatie op grond van het geslacht of van een handicap

56D – Discriminatie op grond van het geslacht

56E – Homofobie

56F – Discriminatie op basis van een handicap

Context homofobie

Context racisme/xenofobie

TOTAAL

a

%

a

%

a

%

a

%

a

%

a

%

a

%

a

%

a

%

arrondissement Antwerpen

658

77,23

21

2,46

109

12,79

16

1,88

37

4,34

4

0,47

1

0,12

6

0,70

852

100,00

arrondissement Limburg

117

74,52

3

1,91

18

11,46

2

1,27

7

4,46

1

0,64

3

1,91

6

3,82

157

100,00

arrondissement Brussel

765

79,69

11

1,15

90

9,38

32

3,33

51

5,31

8

0,83

.

.

3

0,31

960

100,00

parket Brussel

640

81,32

10

1,27

54

6,86

25

3,18

49

6,23

6

0,76

.

.

3

0,38

787

100,00

parket Halle-Vilvoorde

125

72,25

1

0,58

36

20,81

7

4,05

2

1,16

2

1,16

.

.

.

.

173

100,00

arrondissement Leuven

87

75,00

2

1,72

20

17,24

3

2,59

2

1,72

2

1,72

.

.

.

.

116

100,00

arrondissement Waals-Brabant

122

71,76

9

5,29

22

12,94

5

2,94

12

7,06

.

.

.

.

.

.

170

100,00

arrondissement West-Vlaanderen

190

79,50

4

1,67

18

7,53

5

2,09

18

7,53

4

1,67

.

.

.

.

239

100,00

arrondissement Oost-Vlaanderen

298

50,25

16

2,70

198

33,39

21

3,54

59

9,95

1

0,17

.

.

.

.

593

100,00

arrondissement Luik

528

75,00

19

2,70

57

8,10

25

3,55

71

10,09

1

0,14

1

0,14

2

0,28

704

100,00

arrondissement Namen

142

63,68

13

5,83

38

17,04

6

2,69

18

8,07

2

0,90

1

0,45

3

1,35

223

100,00

arrondissement Luxemburg

112

69,57

2

1,24

17

10,56

3

1,86

18

11,18

.

.

3

1,86

6

3,73

161

100,00

arrondissement Henegouwen

455

70,32

24

3,71

74

11,44

11

1,70

78

12,06

4

0,62

.

.

1

0,15

647

100,00

parket Bergen-Doornik

233

64,01

19

5,22

44

12,09

8

2,20

56

15,38

3

0,82

.

.

1

0,27

364

100,00

parket Charleroi

222

78,45

5

1,77

30

10,60

3

1,06

22

7,77

1

0,35

.

.

.

.

283

100,00

FEDERAAL PARKET

10

100,00

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

10

100,00

TOTAAL

3 484

72,10

124

2,57

661

13,68

129

2,67

371

7,68

27

0,56

9

0,19

27

0,56

4 832

100,00

Bron: gegevensbank van het College van procureurs-generaal – Statistisch analisten.

Tabel 2: Aantal zaken van discriminatie ingestroomd bij de correctionele parketten van België tussen 1 januari 2014 en 31 december 2018.

Gegevens weergegeven per tenlasteleggingscode / contextcode geregistreerd volgens jaar van instroom van de zaak (a en % in kolom).


2014

2015

2016

2017

2018

TOTAAL

a

%

a

%

a

%

a

%

a

%

a

%

56A – Racisme

846

77,61

700

74,55

626

71,38

586

65,55

726

70,35

3 484

72,10

56B – Xenofobie

33

3,03

26

2,77

23

2,62

23

2,57

19

1,84

124

2,57

56C – Discriminatie, met uitzondering van de gevallen van racistische, xenofobe of homofobe discriminatie, of van discriminatie op grond van het geslacht of van een handicap

107

9,82

119

12,67

123

14,03

140

15,66

172

16,67

661

13,68

56D – Discriminatie op grond van het geslacht

5

0,46

9

0,96

30

3,42

29

3,24

56

5,43

129

2,67

56E – Homofobie

88

8,07

80

8,52

69

7,87

108

12,08

26

2,52

371

7,68

56F – Discriminatie op basis van een handicap

3

0,28

5

0,53

5

0,57

6

0,67

8

0,78

27

0,56

Context racisme/xenofobie

5

0,46

.

.

.

.

2

0,22

20

1,94

27

0,56

Context homofobie

3

0,28

.

.

1

0,11

.

.

5

0,48

9

0,19

TOTAAL

1 090

100,00

939

100,00

877

100,00

894

100,00

1 032

100,00

4 832

100

Bron: gegevensbank van het College van procureurs-generaal – Statistisch analisten.

Tabel 3: Aantal zaken van discriminatie ingestroomd bij de correctionele parketten van België tussen 1 januari 2014 en 31 december 2018.

Gegevens weergegeven per wijze van instroom volgens het jaar van instroom van de zaak (a en % in rij).


(1) politiediensten

(2) inspectiediensten

(3) klachten & burgerlijkepartijstellingen

(4) andere zendingen

onbekend/error

TOTAAL

a

%

a

%

a

%

a

%

a

%

a

%

2014

905

83,03

21

1,93

39

3,58

125

11,47

.

.

1 090

100,00

2015

789

84,03

10

1,06

32

3,41

94

10,01

14

1,49

939

100,00

2016

734

83,69

7

0,80

47

5,36

73

8,32

16

1,82

877

100,00

2017

707

79,08

25

2,80

39

4,36

94

10,51

29

3,24

894

100,00

2018

885

85,76

20

1,94

46

4,46

29

2,81

52

5,04

1 032

100,00

BELGIË

4 020

83,20

83

1,72

203

4,20

415

8,59

111

2,30

4 832

100,00

Bron: gegevensbank van het College van procureurs-generaal – Statistisch analisten.

Tabel 3 geeft het aantal zaken van discriminatie weer dat tussen 1 januari 2014 en 31 december 2018 bij de correctionele parketten van België is ingestroomd. De zaken zijn uitgesplitst volgens de wijze van instroom.

De zaken voor het federaal parket zijn opgenomen in de categorie «onbekend / error», omdat de wijzen van instroom ervan verschillen van de wijzen van instroom die gangbaar zijn bij de correctionele parketten.

De wijze van instroom verwijst naar de aard en de auteur van het document dat aan de oorsprong van de correctionele zaak ligt.

Tabel 4: Aantal MOF-zaken van discriminatie dat tussen 1 januari 2014 en 31 december 2018 is behandeld door de jeugdafdelingen van de parketten. Gegevens weergegeven per gerechtelijk arrondissement en per tenlasteleggingscode (a en % in rij).

 

56A – Racisme

56B – Xenofobie

56C – Discriminatie, met uitzondering van de gevallen van racistische, xenofobe of homofobe discriminatie, of van discriminatie op grond van het geslacht of van een handicap

56D – Discriminatie op grond van het geslacht

56E – Homofobie

Totaal

a

%

a

%

a

%

a

%

a

%

a

%

arrondissement Antwerpen

18

56,25

1

3,13

4

12,50

2

6,25

7

21,88

32

100,00

arrondissement Limburg

3

60,00

1

20,00

1

20,00

.

.

.

.

5

100,00

arrondissement Brussel

22

39,29

1

1,79

15

26,79

3

5,36

15

26,79

56

100,00

parket Brussel

17

36,96

1

2,17

12

26,09

3

6,52

13

28,26

46

100,00

parket Halle-Vilvoorde

5

50,00

.

.

3

30,00

.

.

2

20,00

10

100,00

arrondissement Leuven

2

28,57

.

.

1

14,29

.

.

4

57,14

7

100,00

arrondissement Waals-Brabant

5

41,67

1

8,33

2

16,67

.

.

4

33,33

12

100,00

arrondissement West-Vlaanderen

6

33,33

.

.

.

.

1

5,56

11

61,11

18

100,00

arrondissement Oost-Vlaanderen

15

31,25

.

.

23

47,92

3

6,25

7

14,58

48

100,00

arrondissement Luik

13

43,33

1

3,33

2

6,67

1

3,33

13

43,33

30

100,00

arrondissement Namen

13

65,00

2

10,00

3

15,00

.

.

2

10,00

20

100,00

arrondissement Luxemburg

7

63,64

.

.

3

27,27

.

.

1

9,09

11

100,00

arrondissement Henegouwen

22

59,46

1

2,70

5

13,51

2

5,41

7

18,92

37

100,00

parket Bergen-Doornik

11

61,11

1

5,56

4

22,22

1

5,56

1

5,56

18

100,00

parket Charleroi

11

57,89

.

.

1

5,26

1

5,26

6

31,58

19

100,00

TOTAAL

126

45,65

8

2,90

59

21,38

12

4,35

71

25,72

276

100,00

Bron: gegevensbank van het College van procureurs-generaal – Statistisch analisten.