Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-1190

van Véronique Durenne (MR) d.d. 2 april 2021

aan de vice-eersteminister en minister van Economie en Werk

Betaald verlof bij miskraam - Eventuele invoering

moederschap
zwangerschapsverlof
betaalde vakantie
dood

Chronologie

2/4/2021Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 6/5/2021)
5/5/2021Antwoord

Vraag nr. 7-1190 d.d. 2 april 2021 : (Vraag gesteld in het Frans)

Betaald rouwverlof is een transversale vraag op basis van de wet op de arbeidsovereenkomsten evenals op basis van de bevoegdheden waarover de Gewesten en Gemeenschappen op dat vlak beschikken met betrekking tot de werknemers die onder hun gezag staan.

Op 24 maart 2021 nam het Nieuw-Zeelandse parlement unaniem een nieuwe wet aan die aan vrouwen die een miskraam hebben gehad of van een doodgeboren kind zijn bevallen, evenals aan hun partner, een bijzonder verlof van drie dagen toekent. Daardoor zijn werknemers in Nieuw-Zeeland die een dergelijk drama hebben meegemaakt niet meer genoodzaakt ziekteverlof te nemen.

Met die nieuwe wetgeving blijkt Nieuw-Zeeland, dat trouwens als eerste land ter wereld vrouwenstemrecht invoerde, in 1893, eens te meer zijn voortrekkersrol te spelen in de strijd voor vrouwenrechten.

In België bestaat een dergelijk verlof nog niet, maar ik stel met genoegen vast dat er iets beweegt op dat vlak in de deelstaten. Zo heeft het Waals Parlement op woensdag 3 maart 2021 een resolutie aangenomen met als doel het verlof voor Waalse ambtenaren bij het overlijden van een kind op te trekken tot tien dagen. (doc. Parlement wallon, nº 115 (2019 2020) - Nº 4). Een gelijkaardige tekst ligt ter bespreking in het parlement van de Franse Gemeenschap (doc. Parlement de la Communauté française, nº 208 (2020 2021) - Nos 1 et 2).

1) Wat is de mening van de minister over dit Nieuw-Zeelandse initiatief?

2) Zou hij steun verlenen aan de invoering van een betaald verlof van drie dagen aan vrouwen die getroffen worden door mortinataliteit – wat staat voor de dood van een levensvatbare foetus tijdens de zwangerschap of tijdens de arbeid?

Antwoord ontvangen op 5 mei 2021 :

Ik verwelkom uiteraard elk initiatief ter verbetering van de rechtspositie van werknemers die worden geconfronteerd met het verlies van een kind voor of na de geboorte, bijvoorbeeld door betaald verlof toe te kennen.

Ik zou erop willen wijzen dat onze reglementatie in dit opzicht reeds in bepaalde rechten voorziet.

Ik doel met name op het rouwverlof, dat is geregeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 28 augustus 1963 betreffende klein verlet. Dit artikel bepaalt dat in geval van overlijden van een kind de werknemer recht heeft op drie dagen rouwverlof.

Deze dagen worden toegekend om de betrokkene in staat te stellen te voldoen aan administratieve, religieuze of niet-confessionele, gezins- en andere verplichtingen in verband met het overlijden.

Het koninklijk besluit van 28 augustus 1963 is een minimumregeling. Een individuele of collectieve arbeidsovereenkomst kan in ieder geval steeds gunstiger bepalingen bevatten.

Bovendien wordt momenteel in de Kamer gediscussieerd over de uitbreiding van het rouwverlof bij het overlijden van een kind. Ik hoop dat deze werkzaamheden een gunstig vervolg kunnen krijgen, zodat het rouwverlof kan worden verbeterd tot 10 dagen.

Tot slot wil ik erop wijzen dat de werknemer vanaf het moment van de geboorte ook aanspraak kan maken op geboorteverlof, zoals bepaald in artikel 30, § 2 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten. Evenzo zijn de regels inzake bescherming van het moederschap van toepassing in geval van bevalling.

In 2018 werd onder de vorige regering de wet op de bescherming van het moederschap aangepast om te bepalen dat wanneer de werkneemster bevalt, werkonderbreking alleen wordt toegestaan als de zwangerschap minimaal 180 dagen heeft geduurd vanaf de datum van conceptie. Wij hebben nog geen feedback ontvangen over eventuele moeilijkheden na deze wijziging.