Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-1149

van Peter Van Rompuy (CD&V) d.d. 5 maart 2021

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën, belast met de Coördinatie van de fraudebestrijding

Belastingen en heffingen - Inningspercentages - Oninbaar gestelde belastingen en heffingen - Overzicht - Inningscyclus - Kosten om bedragen te innen

inning der belastingen
officiële statistiek

Chronologie

5/3/2021Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/4/2021)
28/4/2021Antwoord

Vraag nr. 7-1149 d.d. 5 maart 2021 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Motivering van het transversale karakter van de schriftelijke vraag: de inkomsten van de federale overheid hebben een impact op de (gezamenlijke) overheidsfinanciën die voor de Europese Unie als één aanzien worden.

De federale overheid heeft de ambitie om belastingen en heffingen op een doeltreffende manier te innen.

Daarom volgende vragen:

1) Graag kreeg ik een overzicht van de inningspercentages van belastingen en heffingen door de federale overheid voor de afgelopen tien jaar. Graag kreeg ik:

– cijfer per jaar;

– cijfer per belasting of heffing.

2) Graag kreeg ik een overzicht van oninbaar gestelde belastingen en heffingen door de federale overheid voor de afgelopen tien jaar. Graag kreeg ik:

– cijfer per jaar;

– cijfer per belasting of heffing.

3) Hoe ziet de inningscyclus van de federale overheid eruit?

4) Welke kosten (bedrag) maakte de federale overheid afgelopen tien jaar om (niet) volledig betaalde bedragen aan heffingen en belastingen te innen? Graag kreeg ik:

– cijfer per jaar;

– cijfer per fase in de cyclus;

– cijfer per belasting of heffing;

– cijfer voor de inning van heffingen en belastingen die uiteindelijk oninbaar werden verklaard.

5) Hoe evalueert de geachte minister deze cijfers?

Antwoord ontvangen op 28 april 2021 :

De meegedeelde gegevens betreffen het jaar 2014 en volgende. Om technische redenen (ingebruikname van een nieuwe informaticatoepassing voor de invordering van de belasting over de toegevoegde waarde – btw) is het niet mogelijk om de gevraagde gegevens van voor 2014 mee te delen.

In de tabellen worden volgende afkortingen gebruikt:

– Directe belastingen: DB;

– Vennootschapsbelasting: VenB;

– Personenbelasting: PB;

– Bedrijfsvoorheffing: BV;

– Administratieve boeten: AB;

– Belasting niet-inwoners / natuurlijke personen: BNI/np;

– Belasting niet-inwoners / rechtspersonen: BNI/rp;

– Belasting over de toegevoegde waarde: btw.

1) De tabellen hieronder vermelden voor elke belasting of voorheffing het ingekohierde bedrag per jaar, het inningspercentage (spontane betalingen op de vervaldag) en het invorderingspercentage (het tweede percentage bevat het eerste):

Vennootschapsbelasting:


Ingekohierd bedrag

Inningspercentage (spontane betalingen op vervaldag)

Invorderingspercentage op 22 maart 2021 (betalingen na invordering)

2014

5 340 375 106

66,83 %

83,81 %

2015

6 222 466 294

73,07 %

88,20 %

2016

9 161 374 252

62,41 %

76,09 %

2017

7 660 316 389

78,29 %

93,58 %

2018

7 697 686 196

76,43 %

92,58 %

2019

6 365 700 789

58,89 %

74,77 %

2020

5 395 018 074

60,26 %

73,00 %

Personenbelasting:


Ingekohierd bedrag

Inningspercentage (spontane betalingen op vervaldag)

Invorderingspercentage op 22 maart 2021 (betalingen na invordering)

2014

3 093 220 707

62,38 %

92,43 %

2015

3 961 019 811

67,98 %

96,24 %

2016

4 394 669 636

70,89 %

97,08 %

2017

4 406 643 490

72,81 %

95,47 %

2018

4 607 550 301

71,61 %

95,26 %

2019

5 041 561 535

71,38 %

93,55 %

2020

5 074 759 981

68,12 %

84,05 %

Administratieve boeten:


Ingekohierd bedrag

Inningspercentage (spontane betalingen op vervaldag)

Invorderingspercentage op 22 maart 2021 (betalingen na invordering)

2014

15 301 473

10,75 %

66,19 %

2015

21 440 707

13,52 %

70,19 %

2016

24 471 942

13,68 %

71,61 %

2017

25 584 776

12,48 %

69,37 %

2018

27 673 210

14,86 %

69,18 %

2019

24 235 989

19,26 %

59,97 %

2020

12 970 475

11,66 %

39,55 %

Belasting niet-inwoners / natuurlijke personen:


Ingekohierd bedrag

Inningspercentage (spontane betalingen op vervaldag)

Invorderingspercentage op 22 maart 2021 (betalingen na invordering)

2014

175 446 481

74,62 %

97,78 %

2015

180 957 007

78,64 %

97,61 %

2016

192 620 692

74,44 %

97,02 %

2017

193 029 091

74,12 %

97,70 %

2018

207 461 973

68,17 %

93,96 %

2019

215 908 972

68,49 %

88,99 %

2020

200 630 238

68,28 %

87,99 %

Belasting niet-inwoners / rechtspersonen:


Ingekohierd bedrag

Inningspercentage(spontane betalingen op vervaldag)

Invorderingspercentage op 22 maart 2021 (betalingen na invordering)

2014

48 871 254

53,66 %

75,53 %

2015

270 988 810

67,71 %

92,49 %

2016

135 641 083

80,76 %

94,64 %

2017

220 154 457

78,98 %

95,70 %

2018

203 596 256

56,33 %

93,14 %

2019

229 091 546

71,61 %

87,92 %

2020

223 588 764

24,66 %

34,52 %

Voor de bedrijfsvoorheffing en de btw, die te betalen zijn bij de aangifte, zijn de gegevens opgenomen in twee verschillende tabellen, de ene met de aangegeven bedragen, en de andere met de bedragen die werden opgenomen in een uitvoerbare titel (zie verduidelijking bij het antwoord op vraag 3)).

Aangegeven bedrijfsvoorheffing:


Aangegeven bedrag

Inningspercentage (spontane betalingen)

2014

43 135 152 537

99,09 %

2015

43 246 075 590

99,14 %

2016

43 270 010 997

99,28 %

2017

45 142 973 180

99,25 %

2018

45 401 761 743

99,28 %

2019

45 033 336 330

99,26 %

2020

45 251 269 552

99,05 %

Ingekohierde bedrijfsvoorheffing:


Ingekohierd bedrag

Inningspercentage (spontane betalingen op vervaldag)

Invorderingspercentage op 22 maart 2021 (betalingen na invordering)

2014

519 040 188

59,16 %

88,79 %

2015

544 249 477

63,72 %

89,22 %

2016

447 595 060

66,37 %

89,17 %

2017

407 887 989

63,62 %

88,75 %

2018

403 125 300

63,58 %

89,12 %

2019

454 517 957

62,99 %

85,68 %

2020

472 293 896

18,41 %

79,11 %

Aangegeven btw:


Aangegeven bedrag

Inningspercentage (spontane betalingen)

2014

39 686 465 277

98,21 %

2015

40 400 348 046

98,42 %

2016

41 320 945 588

98,50 %

2017

43 841 179 371

98,59 %

2018

45 476 764 652

98,93 %

2019

46 598 102 802

98,93 %

2020

45 811 301 265

98,55 %

btw (+ boeten) opgenomen in een uitvoerbare titel:


Bedrag opgenomen in een uitvoerbare titel

Invorderingspercentage (betalingen na invordering)

2014

1 738 375 148

64,44 %

2015

2 477 162 492

62,31 %

2016

1 563 581 398

63,56 %

2017

1 559 001 150

67,24 %

2018

1 510 978 361

59,94 %

2019

2 377 558 563

59,37 %

2020

2 576 196 272

37,51 %

2) De tabel hieronder vermeldt per jaar de oninvorderbare bedragen voor elke belasting of voorheffing:


2014

2015

2016

2017

2018

2019

2020

VenB

679 808 923

415 868 785

521 086 306

770 202 613

572 407 213

515 618 190

533 590 158

PB

163 077 360

91 254 906

166 675 747

139 816 854

127 266 594

119 057 408

105 502 088

BV

69 363 667

43 005 775

61 558 190

64 433 674

56 802 918

57 527 493

51 490 732

AB

6 326 812

3 080 814

3 994 743

4 659 306

4 849 558

5 308 031

8 834 291

BNI/np

5 457 627

3 024 100

3 473 439

2 449 747

2 233 184

11 695 585

2 272 232

BNI/rp

16 468 471

2 800 512

13 683 262

4 075 950

1 934 764

6 064 761

16 853 418

btw

725 344 515

650 253 073

947 380 020

581 774 055

551 483 188

852 782 429

393 635 101

Totaal

1 665 847 375

1 209 287 965

1 717 851 707

1 567 412 199

1 316 977 419

1 568 053 897

1 112 178 020

3) Het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schulden, dat in werking is getreden op 1 januari 2020, heeft de invordering binnen mijn administratie geharmoniseerd.

Uitgezonderd de btw en de bedrijfsvoorheffing maken de vermelde belastingen steeds het voorwerp uit van een inkohiering. Zij moeten betaald worden op de vervaldag vermeld in het verstuurde aanslagbiljet.

De btw en de bedrijfsvoorheffing moeten op periodieke vervaldagen gelijktijdig worden aangegeven en betaald. Bij gebrek aan een aangifte of betaling op deze periodieke vervaldagen, en na onderzoek, worden de bedragen inzake bedrijfsvoorheffing ingekohierd, of opgenomen in een innings- en invorderingsregister inzake btw. Vervolgens wordt er een aanslagbiljet (BV) of een betaalbericht (btw) verstuurd met vermelding van een vervaldag.

In geval van niet betaling van de fiscale schuld op de vervaldag wordt er een aanmaning tot betalen verstuurd ten vroegste tien dagen na de wettelijke vervaldag.

Wanneer vervolgens de fiscale schuld nog steeds niet is betaald, kan de gedwongen invordering ten vroegste één maand na de verzending van de aanmaning worden aangevat. De gedwongen invordering bestaat hoofdzakelijk uit vereenvoudigde beslagen onder derden in handen van de werkgever, de klanten, de banken en de notarissen (beslag op de sommen en waarden die deze onder zich houdt bij het verlijden van een akte). In functie van het dossier kan de invordering ook worden toevertrouwd aan een gerechtsdeurwaarder.

4) De tabel hieronder vermeldt de gemaakte kosten inzake directe belastingen (vennootschapsbelasting, personenbelasting, bedrijfsvoorheffing, administratieve boeten, belasting niet-inwoners / natuurlijke personen en belasting niet-inwoners / rechtspersonen) en inzake btw, per jaar:


DB

btw

Totaal

2014

42 130 411,38

16 038 157,44

58 168 568,82

2015

35 446 096,93

12 450 976,79

47 897 073,72

2016

35 348 580,68

12 281 002,12

47 629 582,80

2017

34 502 743,74

12 735 323,80

47 238 067,54

2018

34 023 210,95

12 153 682,09

46 176 893,04

2019

33 450 873,64

9 190 745,64

42 641 619,28

2020

19 533 770,72

6 075 938,69

25 609 709,41

Het is niet mogelijk om deze kosten op te splitsen per afzonderlijke fase in de cyclus.

Ik benadruk dat mijn administratie geen enkele kost aanrekent voor het verzenden van de aanmaning tot betalen.

De tabel hieronder vermeldt de oninvorderbare kosten in hoofde van de schuldenaars voor de invordering van de directe belastingen, die jaarlijks ten laste werden genomen door de Belgische Staat:

2014

4 302 443,88

2015

3 383 244,88

2016

4 677 523,00

2017

4 306 624,28

2018

5 204 159,56

2019

5 010 009,46

2020

7 654 319,97

5) Deze cijfers kunnen als volgt worden geïnterpreteerd.

Het grootste deel van de belastingen wordt spontaan betaald, met een zeer hoog percentage voor de aangegeven bedrijfsvoorheffing en btw. De overige belastingen vertonen een lager en gevarieerd invorderingspercentage volgens de aard van de belasting (bijvoorbeeld het lagere invorderingspercentage van de administratieve boeten).

Het uiteindelijke invorderingspercentage bewijst het nut van de gedwongen invorderingsmaatregelen. Deze leiden achteraf nog tot de recuperatie van minstens de helft van de niet spontaan betaalde bedragen, zelfs nog meer inzake personenbelasting en de belasting niet-inwoners / natuurlijke personen (meestal is het percentage aan betalingen nog hoger dan 90 %).

Tenslotte, het gemiddelde jaarlijkse percentage van de oninvorderbare bedragen is relatief laag (zie hieronder).


Percentage oninvorderbaar

VenB

8,38 %

PB

2,98 %

BV

0,13 %

AB

24,43 %

BNI/np

2,24 %

BNI/rp

4,65 %

btw

1,55 %

Totaal

1,46 %