Schriftelijke vraag nr. 7-1092

van Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) d.d. 3 maart 2021

aan de vice-eersteminister en minister van Economie en Werk

Kinderarbeid - Inbreuken - Vaststellingen - Proces-verbaal - Afwijkingen

kinderarbeid
officiële statistiek
geografische spreiding
overtreding

Chronologie

Vraag nr. 7-1092 d.d. 3 maart 2021 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Werk is een gewestelijke bevoegdheid en bijgevolg betreft deze vraag een transversale aangelegenheid.

Volgens de wet van 16 maart 1971 is het verboden om minderjarigen beneden de vijftien jaar arbeid te laten of doen verrichten.

Er kunnen echter individuele afwijkingen worden toegestaan voor de medewerking van kinderen als bijvoorbeeld acteur, zanger, muzikant aan uitvoeringen van culturele, wetenschappelijke, opvoedkundige of artistieke aard zoals onder andere toneel, ballet, circus, dans- of zangwedstrijden, modeshows, enz.

1) Werden er in 2020 inbreuken vastgesteld op de wet tegen kinderarbeid? Zo ja, hoeveel, opgesplitst per Gewest?

2) In hoeveel gevallen werd er proces-verbaal opgemaakt, opgesplitst per Gewest?

3) Hoeveel individuele afwijkingen werden er in 2020 toegestaan, opgesplitst per Gewest en al naargelang de aard van de activiteit?

Antwoord ontvangen op 25 maart 2021 :

Ik wil het geachte lid er vooreerst aan herinneren dat de Gewesten belangrijke bevoegdheden hebben op het gebied van het arbeidsmarktbeleid, maar dat de wetgeving betreffende het verbod op kinderarbeid deel uitmaakt van het arbeidsrecht en het dus de exclusieve bevoegdheid is van de federale overheid. Controle op kinderarbeid wordt uitgeoefend door de Arbeidsinspectie – Toezicht op de sociale wetten.

Het is verboden, volgens de bepalingen van artikel 7.1 van de arbeidswet van 16 maart 1971, om «kinderen arbeid te doen of laten verrichten of enige werkzaamheid buiten het kader van hun opvoeding of vorming te doen of laten uitvoeren. Het is in ieder geval verboden kinderen enige werkzaamheid te doen of laten uitvoeren die een nadelige invloed kan hebben op de ontwikkeling van het kind op pedagogisch, intellectueel of sociaal vlak, zijn fysieke, psychische of morele integriteit in gevaar brengt of die schadelijk is voor enig aspect van zijn welzijn».

1) & 2) In 2020 werden door de Arbeidsinspectie – Toezicht op de sociale wetten 45 inbreuken vastgesteld inzake kinderarbeid. Er werden 15 waarschuwingen gegeven en 30 processen-verbaal opgesteld.

Deze 45 inbreuken kunnen verdeeld worden als volgt:

Voor de duidelijkheid: in Vlaanderen werden er in 1 dossier 19 processen-verbaal opgesteld voor inbreuken kinderarbeid (tegen de organisator en tegen de verschillende ouders).

3) Er werden in 2020 in totaal 601 afwijkingen toegestaan door de Arbeidsinspectie – Toezicht op de sociale wetten. De statistische database maakt geen onderscheid tussen de gewesten of tussen de talen, zodat een dergelijke statistiek niet kan gegeven worden.

Wat betreft de aard van de activiteit:

Bemerking: sommige vragen om afwijking vallen onder verschillende categorieën.

Deze afwijkingen handelden over 3 186 kinderen.