Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-79

van Lode Vereeck (Open Vld) d.d. 23 oktober 2014

aan de minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO's, Landbouw en Maatschappelijke Integratie

Federale overheid - Telewerken - Overzicht - Inspectiebezoeken - Cybercrime - Kostenbesparingen

computercriminaliteit
computerpiraterij
werk op afstand
arbeidsinspectie
overheidsapparaat
ministerie
arbeidsveiligheid
officiële statistiek
gezondheid op het werk
overheidsadministratie

Chronologie

23/10/2014Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 27/11/2014)
27/11/2014Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-69
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-70
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-71
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-72
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-73
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-74
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-75
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-76
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-77
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-78
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-80
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-81
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-82
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-83
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-84
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-85
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-86

Vraag nr. 6-79 d.d. 23 oktober 2014 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Op grond van het koninklijk besluit van 22 november 2006 betreffende het telewerk in het federaal administratief openbaar ambt hebben personeelsleden van de federale overheidsdiensten de mogelijkheid om telewerk te verrichten. Deze flexibele werkvorm is mogelijk voor zowel contractuelen, mandaathouders, stagiairs als statutairen. Ook occasioneel telewerk is, mits toestemming van de hiërarchische meerdere, toegestaan in het geval het personeelslid specifieke problemen heeft om naar zijn/haar werkplaats te gaan.

De interne preventiedienst kan bij de telewerker controleren of de maatregelen inzake veiligheid en gezondheid op de werkplek nageleefd worden. Dergelijke controle of inspectiebezoek kan ook op aanvraag van de telewerker worden uitgevoerd.

Ik heb volgende vragen met betrekking tot de diensten (Federale en Programmatorische Overheidsdiensten), instellingen en organisaties die onder de bevoegdheden van de geachte minister/ geachte staatssecretaris ressorteren:

1) Hoeveel van het totaal aantal personeelsleden, zowel in absolute aantallen als in procent, werkt thans: a) occasioneel thuis; b) structureel thuis.

2) a) Hoeveel inspectiebezoeken werden er in de periode 2009-2014 uitgevoerd door de interne preventiedienst?

b) Hoeveel hiervan gebeurden er op aanvraag van de telewerker?

c) In hoeveel gevallen was de telewerkplek niet conform de maatregelen inzake veiligheid en gezondheid op de werkplek? Welk gevolg werd aan deze vaststellingen gegeven en door wie werden desgevallend de kosten gedragen om de telewerkplek in overeenstemming te brengen met de geldende regels inzake veiligheid en gezondheid?

3) Hoeveel gevallen van cybercrime en/of spionage werden er vastgesteld bij telewerkers in de periode 2009-2014? Welke (bijkomende) beveiligingsmaatregelen werden er dientengevolge getroffen?

4) Werd de eventuele kostenbesparing voor de federale dienst, instelling of organisatie wegens telewerk ooit al in kaart gebracht?

a) Zo ja, wat zijn de belangrijkste bevindingen en conclusies van deze studie? Welk bedrag wordt jaarlijks uitgespaard wegens de implementatie van de flexibele werkvorm 'telewerk' in de desbetreffende federale dienst, instelling of organisatie?

b) Zo nee, waarom niet? Acht de minister/ de staatssecretaris een dergelijke studie nuttig?

Antwoord ontvangen op 27 november 2014 :

Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen (FAVV)

1) a) In de periode van 1 januari 2014 tot en met 31 oktober 2014 hebben 290 personeelsleden occasioneel thuis gewerkt. Het gaat om 39,42 % van de sedentaire personeelsleden die zelf 54,9 % van het personeelsbestand van het FAVV uitmaken.

Een groot deel van het personeelsbestand van het FAVV bestaat echter uit rondreizende personeelsleden (595 op 1 318 of 45,1 %) waarvan het thuiswerk , meer bepaald de administratieve verwerking in het kader van een efficiënt tijdsbeheer , met hun activiteiten verbonden is en deel uitmaakt van hun gewone activiteiten. Deze personeelsleden werden niet in bovenvermelde cijfers opgenomen.

1) b) Binnen het FAVV werkt een personeelslid, zijnde 0,14 % van de sedentaire personeelsleden, structureel thuis.

2) a) Er werden in de periode 2009-2014 geen inspectiebezoeken bij de telewerker uitgevoerd door de interne preventiedienst teneinde na te gaan of de veiligheid en gezondheid op de werkplek worden nageleefd.

2) b) Zonder voorwerp.

2) c) Zonder voorwerp.

3) Er werden in de periode 2009-2014 geen gevallen van cybercrime en / of spionage vastgesteld.

Het FAVV maakt geen gebruik van videochat of cloud computing. Het is voor de personeelsleden die thuiswerken mogelijk om via een beveiligde VPN-verbinding toegang te hebben tot alle informatie (gemeenschappelijke schijven en dergelijke), net zoals op het kantoor.

Via interne communicatie worden de personeelsleden van het FAVV regelmatig gewezen op de gevaren van cloud-oplossingen en het gebruik van bijvoorbeeld Cloud Sharing. Bovendien bestaat er ook een ICT-gedragscode, die werd aangepast in 2013, waarin een aantal aandachtspunten inzake beveiligingsmaatregelen werden opgenomen.

In de toekomst wordt ook een messagingsysteem voorzien in het kader van de implementatie van het nieuwe mailingsysteem dat voorzien is voor de volgende maanden.

Het Agentschap zet aldus een beleid op touw dat rekening houdt met de veiligheidsaspecten, binnen de grenzen van zijn financiële middelen.

4) Nee, gelet op het feit dat er relatief weinig mensen thuiswerken, werd dit nog niet in kaart gebracht.

4) a) Zonder voorwerp.

4) b) Het thuis- en telewerk kan zeker nog verbeteren en het FAVV werkt daaraan, onder andere via het project Fixaflex, de opstart van het satellietwerk en op langere termijn met andere vormen van « co-working ».

Anders en flexibeler werken wordt steeds belangrijker. In de toekomst, zullen in functie van de ontwikkeling van gepaste IT-tools, nieuwe projecten opgezet worden.

CODA

1) a) Occasioneel thuiswerk : 25 %.

1) b) Structureel thuiswerk : 5 %.

2) a) Nul. Enkel de personen die beschikken over een laptop van het CODA doen aan thuiswerk. Deze laptops zijn heel goed beschermd.

2) b) Nul.

2) c) /

3) /

4) Nee

4) a) /

4) b) Ook als er een aantal personen van thuis werken, verandert er niets omdat het CODA vooral in laboratoria werkt.

Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen (RSVZ)

1) Het aantal personeelsleden van het RSVZ dat sinds 1 januari 2014 occasioneel telewerk doet, bedraagt 100 personen. Dit vertegenwoordigt 13,56 % van het totaal aantal personeelsleden.

Het aantal personeelsleden van het RSVZ dat op datum van 1 oktober 2014 structureel telewerk doet bedraagt 135 personen. Dit vertegenwoordigt 18,32 % van het totaal aantal personeelsleden.

2) a) In de periode 2009-2014 werden er vier inspectiebezoeken door de interne preventiedienst uitgevoerd.

2) b) Er vond geen enkel bezoek plaats op aanvraag van de telewerker.

2) c) Een van deze vier bezoeken betrof een personeelslid met specifieke gezondheidsproblemen. Er werd hem voor het werken thuis een identieke aangepaste stoel geleverd, als deze die op de centrale diensten beschikbaar is. Ook werd de werkpost bijgeregeld.

3) Er werden geen gevallen van cybercrime en / of spionage vastgesteld bij telewerkers in de periode 2009-2014. De telewerkers van het RSVZ kunnen enkel gebruik maken van de toepassingen en gegevens van het RSVZ door middel van een volledig afgeschermde en geïsoleerde Citrix-omgeving. Hierbij wordt de beveiligde Citrix-client gebruikt die beschikbaar is voor verschillende platformen zoals Windows, Linux, Apple Mac, iOS, Android, Windows Phone, enz. Vermits er geen rechtstreekse toegang mogelijk is tot professionele data zijn er geen bijkomende veiligheidsmaatregelen nodig.

4) Nee.

4) a) /

4) b) Aangezien het telewerk op het RSVZ officieel van start is gegaan vanaf 1 juni 2013 en het elektronisch dossier geleidelijk wordt geïmplementeerd in alle diensten, is het in dit stadium voorbarig om de kostenbesparing te evalueren die door de implementatie van deze flexibele werkvorm wordt gerealiseerd. Een dergelijke studie zal vast en zeker relevant zijn wanneer de diensten van het RSVZ zullen zijn verhuisd in 2015 naar een nieuw gebouw en alle personeelsleden toegang zullen hebben tot telewerk.

Federale Overheidsdienst (FOD) Economie 

Ik verwijs het geachte lid naar het antwoord gegeven op dezelfde vraag door mijnheer de vice-eerste minister en minister van Economie, Werk en Consumenten (nr.6-70).

FOD Sociale Zekerheid – DG Zelfstandigen

Ik verwijs het geachte lid naar het antwoord gegeven op dezelfde vraag door mevrouw de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid (n°r. 6-76).

Programmatorische Overheidsdienst (POD) Maatschappelijke Integratie

1) a) In 2013 werkten er 84 personeelsleden occasioneel thuis. Dit is 50,30 % van het totaal aantal personeelsleden (n = 167). Sinds 1 mei 2014 is het mogelijk om structureel thuis te werken. In 2014 zal het aantal personeelsleden dat occasioneel thuiswerkt dus lager zijn.

1) b) Er werken 61 personeelsleden structureel thuis. Dit is 36,53 % van het totaal aantal personeelsleden (n = 167). Er werken 17 personeelsleden als mobiele telewerker, voor wie mobiliteit noodzakelijk deel uitmaakt van de functie. Dit is 10,18 % van het totaal aantal personeelsleden (n = 167).

2) a) Er werden geen inspectiebezoeken uitgevoerd in de periode 2009-2014.

2) b) Er was geen enkele aanvraag tot inspectiebezoek van een telewerker.

2) c) Zonder voorwerp.

3) Er werden geen gevallen van cybercrime en / of spionage vastgesteld. De POD Maatschappelijke Integratie vertrouwt op zijn partners FEDICT en SMALS, de beheerders van de twee netwerken waarvan hij gebruik maakt, om de databeveiliging van zijn systemen te verzekeren en voortdurend te verbeteren. De telewerkers kunnen enkel verbinding maken met het intern netwerk van de POD Maatschappelijk Integratie via de VPN-systemen van de beheerders van zijn IT-platformen.

4) Ja.

4) a) Op heden betekent thuiswerken nog geen significante kostenbesparing voor de POD Maatschappelijke Integratie. Bovendien vergoedt de POD Maatschappelijke Integratie, conform het koninklijk besluit van 22 november 2006 betreffende het telewerk in het federaal administratief openbaar ambt, de kosten van de verbindingen en de communicatie die verband houden met het structureel telewerk.

Een toekomstige kostenbesparing zal gerealiseerd worden door, mede dankzij het structureel telewerk, significant te besparen op de huurlasten doch in de wetenschap dat structureel telewerk ook een structurele kost met zich meebrengt. De baten zullen voor de POD Maatschappelijke Integratie evenwel een veelvoud van de kosten zijn. Om deze kostenbesparing te bewerkstelligen heeft de POD Maatschappelijke Integratie op 4 februari 2014 een officiële aanvraag tot verhuis ingediend bij de Regie der Gebouwen.

Na voltooiing van dit project zouden de kosten betreffende het huren van de lokalen en in het bijzonder de huurlasten met minstens 28 % moeten verminderen.

4) b) Een dergelijke studie is nuttig.