Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-726

van Martine Taelman (Open Vld) d.d. 24 september 2015

aan de minister van Justitie

Lachgas - Gebruik als drug bij jongeren - Legal high - Handhaving - Preventie

verdovend middel
handel in verdovende middelen
drugverslaving

Chronologie

24/9/2015Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 29/10/2015)
24/11/2015Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-725
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-727

Vraag nr. 6-726 d.d. 24 september 2015 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Er is weer een nieuwe vorm van legal highs opgedoken. Deze drug maakt furore in Engeland en duikt momenteel ook steeds vaker bij jongeren in Nederland op. De actieve stof, distikstofoxide, is vrij in de handel te verkrijgen als een gaspatroon voor slagroomtoestellen. Het gas wordt in een ballon geschoten en vervolgens ingeademd. Deze drug veroorzaakt volgens diverse bronnen hersenschade. Vooral bij jongeren zouden de gezondheidsrisico's groot zijn.

Deze problematiek betreft een transversale gemeenschapsmaterie. Sinds de staatshervorming van 1980 is Vlaanderen bevoegd voor persoonsgebonden aangelegenheden zoals gezondheidszorg en welzijnszorg, ook "bijstand aan personen" genoemd. Toch blijft ook de federale overheid nog gedeeltelijk bevoegd voor het zorg- en gezondheidsbeleid. Vlaanderen is bevoegd voor de drugspreventie, terwijl de handhaving en de vervolging federaal zijn.

1) Krijgt de minister signalen die erop wijzen dat het gebruik van lachgas als drug, en in het bijzonder als partydrug bij jongeren, is toegenomen? Kent hij het fenomeen en heeft hij cijfers of andere gegevens, zoals ziekenhuisopnames, die wijzen op een toename van het fenomeen? Kan hij dat uitvoerig toelichten?

Zo neen, wil hij, gelet op de recente ontwikkelingen in Engeland en Nederland, het gebruik van lachgas onder jongeren laten onderzoeken?

2) Wat zijn de consequenties voor de gezondheid van het gebruik van lachgas, voornamelijk voor jongeren? Welke initiatieven heeft hij al genomen, al dan niet samen met de Gemeenschappen, om de gebruikers en met name jongeren te informeren?

3) In hoeverre wordt de openbare verkoop, handel en productie van lachgas als partydrug vervolgd? Beschikt hij over concrete cijfers inzake aanhoudingen en/of doorverwijzingen naar het parket en/of minnelijke schikkingen?

4) Is hij bereid met de deelentiteiten samen te zitten en een actieplan uit te werken om dit nieuwe fenomeen in te dijken? Zo ja, kan hij dat toelichten? Zo neen, waarom niet?

5) Kan hij aangeven of de huidige wetgeving volstaat om dit nieuwe fenomeen werkelijk te bestraffen en de verkoop en de handel van deze drug aan banden te leggen? Kan hij dat concreet toelichten en aangeven waar hij graag nieuwe wetgevende stappen had gedaan om legal highs zoals lachgas aan te pakken?

Antwoord ontvangen op 24 november 2015 :

Deze vraag valt onder de bevoegdheid van mijn collega de minister van Volksgezondheid.