Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-2183

van Lionel Bajart (Open Vld) d.d. 15 januari 2019

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, en van Defensie, belast met Beliris en Federale Culturele Instellingen

Algemene Dienst Inlichting en Veiligheid (ADIV) - « Operation Vigilant Guardian » - Verdachte die veiligheidsdispositief Zaventem filmt in november 2015 - Melding - Doorstroming van de informatie tussen de diensten

geheime dienst
terrorisme
informatieverwerking
toegang tot de informatie

Chronologie

15/1/2019Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 14/2/2019)
18/2/2019Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 6-1691

Vraag nr. 6-2183 d.d. 15 januari 2019 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Ik verwijs naar het recente bijzonder interessante jaarverslag van het Comité I.

Deze vraag betreft de belangrijke kwestie van de informatiedoorstroming (intern en extern).

Uit drie casussen kon het Comité I afleiden dat de informatiestroom in het kader van de « Operation Vigilant Guardian » vanop het terrein niet tot alle geledingen en mogelijk betrokken diensten was doorgedrongen.

In een verslag van november 2015 melden de militairen die in het kader van « Operation Vigilant Guardian » (OVG) instaan voor de inlichtingengaring dat een persoon vanuit de wagen het veiligheidsdispositief van de militairen filmde. Betrokkene had daarbij zijn aangezicht bedekt.

Wat betreft het transversaal karakter van deze vraag : in het Vlaams regeerakkoord wordt aandacht besteed aan het voorkomen van radicalisering en is er sprake van het oprichten van een cel met experten uit de diverse beleidsdomeinen om radicalisering te voorkomen, te detecteren en te remediëren, met één centraal aanspreekpunt en in samenwerking met andere overheden. De coördinatie van deze cel gebeurt door het Agentschap Binnenlands Bestuur. Vooral inzake de proactieve aanpak en de handhaving vervult de federale overheid een sleutelrol. In de toekomst zal ook een federale ambtenaar van de federale overheidsdienst (FOD) Binnenlandse Zaken deel uitmaken van deze cel. Het betreft aldus een transversale aangelegenheid met de gewesten. Ik verwijs tevens naar het recente actieplan van de Vlaamse regering ter preventie van radicaliseringsprocessen die kunnen leiden tot extremisme en terrorisme.

Ik had hieromtrent dan ook volgende vragen :

1) Wat was de inhoud van de melding in november 2015 over een persoon die zijn gezicht verborg toen hij het veiligheidsdispositief van de militairen aan de luchthaven van Zaventem filmde ? Werd deze persoon of werden de beelden die werden gemaakt naderhand teruggevonden ? Of werd de identiteit van deze persoon naderhand achterhaald en werden de aangegeven feiten naderhand vastgesteld ? Werden er concrete opvolgacties ondernomen ? Zo ja, welke ? Zo neen, waarom niet ?

2) Met wie, met welke diensten en op welk tijdstip werd deze gedetailleerde melding op de luchthaven van Zaventem in november 2015 gedeeld ? Graag een gedetailleerd overzicht.

3) Wordt de informatie van de eenheden die opereren onder « Operation Vigilant Guardian » inzake de vermeende aanwezigheid van verdachte individuen of ingeseinde personen vandaag systematisch en snel gedeeld met alle betrokken diensten, waaronder het Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse (OCAD), de politiediensten en de Veiligheid van de Staat (VSSE) ? Kunt u dit uitvoerig toelichten ? Is er hieromtrent een protocol opgesteld ?

4) Werd deze melding over het filmen van het veiligheidsdispositief door ADIV behandeld en geëvalueerd ? Zo ja, wanneer en wat was de inschatting ? Werd deze informatie - al dan niet onder voorwaardelijke wijze - verder gedeeld ? Wat werd er met dit rapport gedaan eenmaal het werd doorgegeven aan de ADIV ?

Antwoord ontvangen op 18 februari 2019 :

1) De ADIV beschikt wel over een OVG-rapport van november 2015 dat de in de vraag genoemde feiten beschrijft, namelijk een persoon met een verborgen gezicht, die het beveiligingssysteem van de OVG-soldaten op patrouille uit zijn auto filmt. De feiten deden zich echter niet in Zaventem voor, maar op de Anspach Boulevard. Wat de inhoud van het rapport betreft, vermeldt de OVG-patrouille, naast de reeds genoemde feiten en na een controle bij de politiediensten, dat de eigenaar van de betreffende auto naar verluidt geradicaliseerd was en al bekend was bij de politie. Deze persoon zou naar Syrië zijn gegaan en teruggekomen nadat hij van gedachten was veranderd over de jihad. Het rapport eindigt met de opmerking dat het individu nu bekend is om te proberen jongeren te ontmoedigen om naar Syrië te vertrekken. De ADIV weet niet of de gefilmde persoon of beelden achteraf teruggevonden werden. Er bestaat geen zekerheid over de identiteit van de persoon. Dit is een conclusie op basis van de eigenaar van de auto; er kon geen formele identificatie worden gemaakt omdat de individuele gebruiker zijn gezicht verborgen hield.

2) Het OVG-patrouilleverslag werd de dag na het incident doorgestuurd naar de ADIV en de Federale Politie. Het rapport is geschreven op 28 november 2015.

3) Dit is precies dezelfde vraag als in punt 4 van vraag nr. 6-2177. Wij verwijzen u daarom naar het reeds gegeven antwoord.

4) Na evaluatie vonden antiterrorisme-analisten het niet nuttig om verder te gaan. Zoals vermeld in punt 1 is de mogelijke identiteit van de bij het voorval betrokken persoon het gevolg van een onzekere en dus onbruikbare conclusie. De relevantie van het doorsturen van een rapport dat geen andere "activeerbare" elementen bevat naar andere diensten, zoals VSSE of OCAD, wordt hierdoor in twijfel getrokken. Als gevolg hiervan heeft de ADIV naar aanleiding van dit rapport, dat al in handen was van de politie, geen concrete vervolgstappen ondernomen. De deelname van ADIV aan platformen waarin informatie wordt doorgegeven in aanwezigheid van leden van de politiediensten, OCAD of VSSE laat nu toe het infoflux te verbeteren.