Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-2122

van Anne Barzin (MR) d.d. 11 januari 2019

aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel, Armoedebestrijding, Gelijke kansen en Personen met een beperking

Leerplicht - Verlagen van de leerplicht naar de leeftijd van drie jaar - Overleg met de Gemeenschappen - Financiële impact voor de Gemeenschappen

schoolplicht
kleuterschool

Chronologie

11/1/2019Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 14/2/2019)
23/5/2019Einde zittingsperiode

Herindiening van : schriftelijke vraag 6-1581

Vraag nr. 6-2122 d.d. 11 januari 2019 : (Vraag gesteld in het Frans)

Artikel 1 van de wet van 29 juni 1983 houdende de leerplicht bepaalt: “Voor de minderjarige is er leerplicht gedurende de periode van twaalf jaren die aanvangt met het schooljaar dat begint in het jaar waarin hij de leeftijd van zes jaar bereikt en eindigt op het einde van het schooljaar in het jaar tijdens hetwelk hij achttien jaar wordt.”

Sinds enkele jaren is er sprake van de verlaging van de leeftijd waarop de leerplicht begint.

Verschillende studies hebben aangetoond dat de kleuterschool zeer belangrijk is in de schoolloopbaan van kinderen, wat betreft de socialisatie, taalbeheersing en leerprocessen. Kinderen die niet naar de kleuterklas gaan, ondervinden meer moeilijkheden in het eerste leerjaar.

In februari 2016 keurde de Senaat een informatierapport goed betreffende de noodzakelijke samenwerking tussen de federale overheid, de Gemeenschappen en de Gewesten inzake de gezamenlijke aanpak van de strijd tegen kinderarmoede in ons land, Senaat, nr. 6-162 /1 tot 4).

Dat document wijst op het belang van het kleuteronderwijs in de strijd tegen de armoede en beveelt aan om de leerplicht op drie jaar te brengen.

Aangezien het om een aangelegenheid gaat die is opgenomen in de wet van 29 juni 1983 betreffende de leerplicht en onderwijs in het algemeen onder de bevoegdheid valt van de deelstaten; aangezien de Senaat het probleem al behandeld heeft in een informatieverslag over kinderarmoede en in dat verband drie beleidsniveau's betrokken waren, betreft het een transversale aangelegenheid.

Ik heb volgende vragen:

1) Wat vindt de staatssecretaris van dit voorstel om de leerplicht te laten aanvangen op de leeftijd van drie jaar?

2) Hoe schat zij de samenwerking tussen de gemeenschappen in met betrekking tot dit dossier? Is er overleg gepland?

3) Werd de financiële impact van een dergelijke maatregel voor de deelstaten al geanalyseerd? Zo ja, wat zijn daarvan de conclusies?