Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-1945

van Simone Susskind (PS) d.d. 18 juli 2018

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, belast met Beliris en Federale Culturele Instellingen

Myanmar - Rohingya-volk -Schendingen van de mensenrechten - Naleving - Economische betrekkingen met Myanmar - Verschillende benadering door de Gewesten - Overleg - Eventuele gedragscode

Birma/Myanmar
rechten van de mens
Amnesty International
etnische discriminatie
buitenlandse handel

Chronologie

18/7/2018Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 16/8/2018)
28/1/2019Rappel
23/5/2019Einde zittingsperiode

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1911

Vraag nr. 6-1945 d.d. 18 juli 2018 : (Vraag gesteld in het Frans)

Al maandenlang zien we met afschuw hoe de Rohingya in Myanmar vervolgd worden en het slachtoffer zijn van geweldplegingen.

In het verslag over 2017-2018 meldt Amnesty International dat de toestand inzake mensenrechten zeer sterk is achteruitgegaan:

- 665000 Rohingya zijn naar buurland Bangladesh gevlucht om de misdaden tegen de menselijkheid te ontvluchten in de staat Arakan;

- wie niet weggevlucht was, werd onderworpen aan een soort van apartheidssysteem: het leger beging massale menserechtenschendingen tegen burgers uit de etnische minderheden, onderwierp ze aan standrechtelijke executies, beging allerlei vormen van moord en doodslag, liet mensen gedwongen verdwijnen, hield ze willekeurig vast, folterde ze, verkrachttte ze massaal en mishandelde ze, en verplichtte ze tot dwangarbeid;

- het leger maakt zich ook schuldig aan zware schendingen van het internationaal humanitair recht: de overheid bleef verhinderen dat humanitaire hulp tot bij de getroffen bevolkingsgroepen kon komen;

- de vrije meningsuiting werd nog steeds beperkt;

- de religieuze intolerantie, met name tegenover moslims, is toegenomen;

- er is nog altijd sprake van straffeloosheid voor de voortdurende schendingen van de mensenrechten en voor die uit het verleden.

Amnesty International meldt dat het leger, dat vaak onder één hoed speelde met de grenspolitie en de lokale milities, een onbepaald aantal Rohingyavrouwen, -mannen en -kinderen heeft gedood, ze heeft gefolterd en mishandeld, ze heeft verkracht of Rohingyavrouwen en -meisjes aan andere vormen van seksueel geweld onderworpen, landmijnen heeft geplaatst en Rohingyadorpen heeft platgebrand in het kader van een campagne die de Hoge VN-Commissaris voor mensenrechten bestempelt als een klassiek voorbeeld van etnische zuivering. Het optreden van de veiligheidsdiensten is een misdaad tegen de menselijkheid, aldus Amnesty International.

De regering van Myanmar verwierp de beschuldigingen van schending van de mensenrechten en hield op geen enkele manier rekening met de oproepen om een onderzoek te voeren en de daders ter verantwoording te roepen.

In die omstandigheden hebben tal van federale en regionale parlementsleden de wil geuit om actie te ondernemen. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft beslist om niet deel te nemen aan de economische missie naar Myanmar in november 2017. Het effect van die beslissing werd afgezwakt doordat de andere Gewesten en de federale overheid wel zoals gepland hebben deelgenomen aan die economische missie.

Bijgevolg is de Belgische houding incoherent en tast ze onze geloofwaardheid aan wanneer we aandringen op een betere naleving van de mensenrechten in de landen waarmee we handel drijven.

Op de website van de Agence wallonne à l'exportation (Awex) wordt de lof gezwaaid over Myanmar: na een halve eeuw van isolement en internationale sanctie zou Myanmar zich sinds vijf jaar geleidelijk openen voor de wereld, wat leidde tot een economische groei van 5 tot 7% in diezelfde periode, aldus de website. Het dynamisme in sectoren als oil & gas, telecommunicatie en de bouw genereren een gestage groei, die voor de komende jaren op 8% wordt geraamd. De relatieve economische en politieke stabiliteit, de toestroom van internationale investeringen, de hervormingen in de financiële en de bankensector en van de zakenwereld, de oprichting van speciale economische zones (SEZ - Special Economic Zones), de ontwikkeling van het toerisme zijn allemaal factoren die bijdragen aan een gunstige economische context, stelt Awex.

Kunt u, rekening houdend met de situatie van voortdurende schending van de mensenrechten en van etnische zuivering het intiatief nemen voor overleg met de drie Gewesten van het land?

Zo zou ons land efficiënte maatregelen kunnen nemen die sporen met ons beleid inzake mensenrechten op het gebied van buitenlandse handel en die de regering van Myanmar tot een reactie kunnen aanzetten. Het doel zou moeten zijn om een einde te maken aan praktijken waar we niet achter kunnen staan.

Moeten de federale overheid en de Gewesten ter zake geen gedragscode afspreken die in dergelijke omstandigheden systematisch wordt toegepast?