Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-1458

van François Desquesnes (cdH) d.d. 12 mei 2017

aan de minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO's, Landbouw en Maatschappelijke Integratie

Südzuckergroep - Europese herstructureringssteun - Productie van een overgangsquotum van inulinesiroop - Veroordeling - Boete - Opsplitising - Toewijzing van het bedrag

suikerindustrie
geldboete
industriële herstructurering
steun aan ondernemingen
Belgisch Interventie- en Restitutiebureau

Chronologie

12/5/2017Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 15/6/2017)
13/6/2017Antwoord

Vraag nr. 6-1458 d.d. 12 mei 2017 : (Vraag gesteld in het Frans)

Aan een Belgische dochter van de suikergigant Südzucker werd door het hof van beroep van Brussel een boete opgelegd omdat ze tijdens de campagne 2006-2007 een overgangsquotum inulinesiroop heeft geproduceerd, terwijl ze Europese herstructureringssteun genoot. Het gaat om een totaal bedrag van 38,2 miljoen euro, dat verlaagd werd tot 13,8 miljoen euro, na aftrek van de reeds gedane betaling van 24,3 milljoen euro.

Deze boete werd in 2007 aan het bedrijf opgelegd door het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau (BIRB), dat sedertdien, na de zesde staatshervorming, werd geregionaliseerd .

Waals minister van Landbouw Collin antwoordde op een vraag die ik tot hem richtte, dat het protocol tussen de federale Staat en de gewesten over het beheer van de lasten uit het verleden bepaalt dat de administratieve en financiële verantwoordelijkheid voor die dossiers bij de federale Staat ligt (FOD Economie). De dossiers zouden ressorteren onder het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF), een Europees Fonds dat betrekking heeft op de eerste pijler van het Gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) en de eigen middelen (belastingen geïnd voor rekening van de Europese Unie). De federale Staat zou in beide gevallen 20 % kunnen behouden van de boete die moet gestort worden op de begroting van de Europese Unie, ter dekking van de beheers- en inningskosten.

1) Welk deel van de boete heeft betrekking op de “herstructureringssteun” en welk deel heeft betrekking op de “heffing wegens overschrijding van het quotum” in deze dossiers?

2) Welke bedragen houdt de federale Staat voor zich? Waarvoor zal dit geld worden gebruikt? Zal het aan de landbouw worden besteed?

3) Wie zal het geld krijgen, gelet op de regionalisering van het BIRB sinds deze zaak aan het rollen ging? Welke bedragen zullen bij het federaal Landbouwfonds terechtkomen?

Antwoord ontvangen op 13 juni 2017 :

Het druist in tegen het beginsel van de scheiding der machten om commentaar te geven betreffende de evolutie in een nog steeds hangende gerechtelijke procedure, daar er nog een voorziening in Cassatie kan worden ingediend.