Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-1297

van Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) d.d. 23 februari 2017

aan de vice-eersteminister en minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met de Regie der gebouwen

Comité P - Klachten wegens racisme

Vaste Comités van Toezicht op de politie- en inlichtingendiensten
politie
racisme
officiële statistiek
geografische spreiding

Chronologie

23/2/2017Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 30/3/2017)
9/12/2018Dossier gesloten

Heringediend als : schriftelijke vraag 6-2317

Vraag nr. 6-1297 d.d. 23 februari 2017 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het antidiscriminatiebeleid is een bevoegdheid van zowel de deelstaten als de federale overheid. Dit betreft dus een transversale bevoegdheid.

Steeds meer politie-inspecteurs klagen over het feit dat ze steeds weer het verwijt krijgen van racisme wanneer ze in aanraking komen met personen van vreemde origine. Niet zelden durven politie-inspecteurs niet meer optreden zoals het hoort uit vrees dat er tegen hen een klacht zal ingediend worden wegens racisme bij het Comité P.

1) Is de geachte minister op de hoogte van deze evolutie ?

2) Hoeveel klachten wegens vermeend racisme werden er bij het Comité P de jongste drie jaar ingediend tegen politie-inspecteurs, opgesplitst per Gewest en per politiezone ?

3) In hoeveel gevallen gaf dit aanleiding tot een onderzoek ?

4) Over welke verweermiddelen beschikt een politie-inspecteur wanneer hij beschuldigd wordt van racisme ?

5) In hoeveel van deze gevallen kon uit het onderzoek afgeleid worden dat de klacht ongegrond was ?

6) Hoe wordt gereageerd op ongegronde klachten ?