Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-1286

van Jean-Paul Wahl (MR) d.d. 21 februari 2017

aan de minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO's, Landbouw en Maatschappelijke Integratie

Vrouwelijk ondernemerschap - Plan ter ondersteuning - Maatregel « sensibilisering, vorming en opleiding » - Synergie met de deelstaten

ondernemingsgeest
zelfstandig beroep
bewustmaking van de burgers
vrouw
positie van de vrouw
oprichting van een onderneming
economische steun

Chronologie

21/2/2017Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 23/3/2017)
17/3/2017Antwoord

Vraag nr. 6-1286 d.d. 21 februari 2017 : (Vraag gesteld in het Frans)

Onlangs verscheen in de pers een artikel over bemoedigende cijfers inzake vrouwelijk ondernemerschap. Die konden worden opgesteld dankzij de barometer van de Federale Overheidsdienst (FOD) Economie (zie Jean Paul Bombaerts, “L'activité indépendante séduit les femmes”, in L'Écho, 4 februari 2017, blz. 8). De afgelopen tien jaar kiezen veel vrouwen voor een loopbaan als zelfstandige, ze vertegenwoordigen 33% van de zelfstandigen in het land (cijfers voor het jaar 2015). De barometer maakt integraal deel uit van het plan voor de bevordering van het vrouwelijk ondernemerschap van maart 2016. In dat plan vinden we eveneens een maatregel voor “sensibilisering, vorming en opleiding van jongeren en vrouwen die een zelfstandige activiteit starten of dat van plan zijn”.

In het Informatieverslag betreffende de opvolging van de toepassing van het Actieplatform van de Vierde VN-Wereldvrouwenconferentie van Peking (Stuk Senaat 6-97/1-5-2014/2015), belicht de Senaat het belang van het vrouwelijk ondernemerschap. Het verslag voorziet in “het voortzetten van ondersteunende acties voor vrouwelijk ondernemerschap aan de hand van kredieten, opleiding, netwerking, betere visibiliteit en waardering van good practices”.

1) Kunt u ons meedelen hoever het staat met de maatregel “sensibilisering, vorming en opleiding”, van het plan voor de bevordering van het vrouwelijk ondernemerschap.

2) Werd voor de waardering van good practices en samenwerking met de deelstaten contact genomen met uw Vlaamse, Franstalige en Brusselse ambtgenoten om het vrouwelijk ondernemerschap te steunen, in het bijzonder de "vorming en opleiding"?

Antwoord ontvangen op 17 maart 2017 :

Ik heb de eer het geachte lid te informeren over het volgende: 

1.      De maatregel betreffende de sensibilisering en de vorming heeft vooral de vorm aangenomen van een projectoproep met het oog op de ondersteuning van initiatieven die genomen werden of zullen worden door de netwerken van het vrouwelijk ondernemerschap.

Het Plan voor de bevordering van het vrouwelijk ondernemerschap voorziet ook de sensibilisering, vorming en opleiding van jongeren, maar ook van vrouwen die een zelfstandige activiteit willen opstarten of die dat overwegen. Sensibilisering, vorming en opleiding zijn net de doelstellingen van de projecten die ondersteund zullen worden in het kader van een projectoproep die ik deze maand heb gelanceerd en waarmee ik dus nog een maatregel van het plan realiseer. 

Kunnen deelnemen aan deze projectoproep, alle organismen, verenigingen en Belgische promotoren die een project of een initiatief zullen voorstellen dat het volgende nastreeft:

De geselecteerde projecten zullen een subsidie genieten over een periode van drie jaar.

Deze projectoproep werd gelanceerd in maart van dit jaar.

Deze organismen hebben 2 maanden de tijd om hun projecten in te dienen. De informatie en de praktische modaliteiten om deel te nemen aan de projectoproep bevinden zich op de website van de Federale Overheidsdienst (FOD) Economie:  http://economie.fgov.be/nl/ondernemingen/leven_onderneming/vrouwelijk-ondernemerschap/#.WL5qcm_hDmE

2. Er zal in de loop van 2017 contact opgenomen worden met mijn ambtgenoten van de deelstaten.