Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-1224

van Véronique Jamoulle (PS) d.d. 22 december 2016

aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Antibiotica - Gebruik bij dieren - Consumptie - Impact op de volksgezondheid - Evaluatie - Samenwerking met de deelstaten - Europese maatregelen en onderzoek - Stand van zaken

antibioticum
welzijn van dieren
volksgezondheid
veterinair product
gezondheidsinspectie
inspectie van geneesmiddelen
antimicrobiële resistentie

Chronologie

22/12/2016Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 26/1/2017)
15/2/2017Antwoord

Vraag nr. 6-1224 d.d. 22 december 2016 : (Vraag gesteld in het Frans)

De leden van het Europees Parlement hebben onlangs een rapport goedgekeurd dat de maatregelen voor het gebruik van antibiotica bij dieren verstrengt (cf. Rapport over een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik (COM(2014)0558 - C8-0164/2014 - 2014/0257(COD)).

Dit is, gelet op onze resistentie tegen antibiotica, een belangrijke boodschap. Antibioticaresistentie zou elk jaar immers de oorzaak zijn van vele overlijdens in de Europese Unie.

Volgens mijn informatie zou ongeveer de helft van de wereldwijd geproduceerde antibiotica gebruikt worden in de industriële productie.

Het is een gevoelig onderwerp en aangezien dierenwelzijn een bevoegdheid is van de deelstaten, had ik graag vernomen of uw departement contacten heeft gelegd om de consumptie van antibiotica en de impact ervan op de volksgezondheid te evalueren?

Men kan immers vrezen voor een ondoordacht antibioticagebruik bij dieren, dat schadelijk kan zijn voor de gezondheid van onze medeburgers.

Als de nieuwe Europese maatregelen van kracht worden, zullen alleen zieke dieren met antibiotica mogen worden behandeld. Antibiotica zal niet meer preventief mogen worden toegediend.

Als er geen maatregelen worden genomen, zal volgens sommige bronnen het gebruik van antibiotica in de vleesproductie toenemen van 60.000 ton in 2010 naar meer dan 100.000 ton tegen 2030... Dat is heel onrustwekkend.

Beschikt u over bijkomende informatie? Wat is de stand van zaken?

Antwoord ontvangen op 15 februari 2017 :

U verwijst voor de problematiek van antibiotica resistentie zeer terecht naar het belangrijke parlementaire werk (amendementen) in het kader van het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik (COM(2014)0558 – C8-0164/2014 – 2014/0257(COD)). 

De selectie en transfer van antibiotica - resistentie vereist een holistische aanpak (bij mens, dier en milieu) om de impact van een resistentie genen pool te minimaliseren. Dit betekent voor de diergeneeskunde – en zeker in België met belangrijke intensieve veesectoren en een groot-gebruiker van antibiotica bij dieren – dat individuele monitoring van het gebruik en het ‘prudent use’ principe zoals vermeld in het Europese Unie (EU) actieplan (Com (2011) 748) primordiaal is.  

Het risico op moeilijk of zelfs niet meer te behandelen bacteriële humane infecties door resistentie van kiemen is evident in de eerste plaats afhankelijk van antibiotica toediening bij de mens zelf maar er kan niet worden uitgesloten dat antimicrobieel gebruik in de diergeneeskunde mede invloed heeft op de behandelkans van specifieke (ziekenhuis)infecties bij de mens. Ik verwijs in dit verband ook naar het eerste JIACRA rapport (EMA/ECDC/EFSA , 636088/2013) dat associaties nagaat tussen aanwending van antibiotica in mens of dier en de evolutie van de resistentie ontwikkeling in de verschillende sectoren. Epidemiologische verbanden zijn zelden eenvoudig aanwijsbaar maar in de diergeneeskunde lijkt zich een gunstige trend af te tekenen dat een significante reductie in gebruik een daling van de resistentie bij indicatorkiemen met zich mee brengt ten opzichte van verschillende antibiotica.

Dit is een bemoedigende bevinding vanuit de jaarlijkse officiële monitoring van resistentie. Studies uitgevoerd in Nederland geven eenzelfde trend aan (vnl aanwijsbaar bij kiemen bij varkens en vleeskalveren).  

Voormelde monitoring van gebruik (benchmarking) en prudent use – principes zijn aanbevelingen die verschillende diersectoren in België al langer onderschrijven, o.m. in lastenboeken. Deze autoregulatie is onlangs aangevuld met wettelijke maatregelen rond het inperkend gebruik in de veeteelt van kritisch belangrijke antibiotica voor de humane geneeskunde zoals cefalosporines en fluoroquinolones. Een federale diersoort-overkoepelende databank (Sanitel-Med) voor monitoring van antibiotica gebruik door dierenartsen op individuele bedrijven is beschikbaar on line waarbij registratie zeer binnenkort wettelijk verplicht wordt voor vleeskalf - , pluimvee - en varkensbedrijven. Deze gegevens zullen enerzijds gebruikt worden om de individuele veehouders en dierenartsen te benchmarken en gericht te sensibiliseren en controleren anderzijds zullen deze gegevens gebruikt worden om de engagementen van de sectoren, om het gebruik van antibiotica in de Belgische veehouderij te verminderen met 50% tegen eind 2020 en het gebruik van de kritisch belangrijke antibiotica te verminderen met 75% tegen eind 2020, op te volgen en indien nodig bijkomende maatregelen te treffen indien deze doelstellingen niet behaald worden. 

Een van de pijlers van goed gebruik is het inzetten van antibiotica alleen waar nodig. Ieder gebruik buiten het curatieve of het metafylactische kader (behandelen van gezonde dieren in aanwezigheid van zieke om zieke spreiding tegen te gaan) moet worden vermeden waarbij het inzetten van antibiotica louter voor preventie doeleinden aan banden wordt gelegd.

Risico‘s op een bacteriële infectie moeten door adequate bioveiligheidsmaatregelen zoals goede hygiëne technieken, compartimentatie of vaccinatie schema’s worden ingeperkt. Preventief antibiotica toedienen vormt zelden of nooit een duurzaam alternatief en verhoogt daarentegen zeer sterk het risico op resistentie ontwikkeling. 

Het ‘Global Action Plan on Antimicrobial Resistance’ van de WHO (adoptie Mei 2015) vermeldt reductie van antibiotica consumptie in voedselproducerende sectoren, verminderd gebruik van Kritische antibiotica in de diergeneeskunde als de progressieve reductie (tot nul) in gebruik van antibiotica voor andere doeleinden dan de menselijke of diergezondheid als cruciale maatregelen tot het slagen van het plan.   

Gezien de mondiale bevolkingsaangroei en de toenemende vraag naar dierlijke proteïnen, worden in meer landen de landbouwbedrijven groter en intensiever. Bioveiligheid en preventie van ziektes zonder antibiotica lijken basisvoorwaarden waarbij infecties als nodig zeer gericht worden behandeld (aangetaste compartimenten dieren, aangepaste farmaceutische vorm van het geneesmiddel, respecteren posologie).   

In sommige landen wordt antibiotica bij dieren nog toegediend als groeibevorderaar. Dit is sedert 2006 echter in de EU strikt verboden precies omwille van het risico op de ontwikkeling van antibiotica resistentie.   

Spreekt voor zich dat de individuele monitoring van bedrijven of dierenartsen inzake gebruik of anderzijds het meer gericht of voorzichtig gebruik niet kan leiden tot niet behandelen van ziektes waarbij de diergezondheid of het dierenwelzijn in het gedrang komen. Inspectiediensten zullen hierop nauwlettend toekijken. 

In het kader van de verplichte antibiotica registratie is er door federale instanties (fagg) al uitwisseling van informatie geweest met specifieke regionale diensten van de  Vlaamse Overheid (Dept Landbouw en Visserij, Afd. Duurzame Landbouw Ontwikkeling) of de VLAM.

Er wordt op toegezien dat met alle relevante (regionale) beleidsinstanties overleg wordt onderhouden of georganiseerd om de diverse beleidsfacetten van antibiotica gebruik bij dieren (duurzame landbouw, dierenwelzijn, enz.) te evalueren.