Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-1143

van Jean-Paul Wahl (MR) d.d. 24 november 2016

aan de minister van Justitie

Gevangenissen - Radicalisering - Bestrijding - Penitentiair personeel - Opleiding - COPPRA - Specifieke e-learningmodule - Inzet - Vraag om bijkomende middelen - Europese Commissie - Internal Security Fund

strafgevangenis
gevangenispersoneel
extremisme
voortdurende bijscholing
radicalisering

Chronologie

24/11/2016Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 29/12/2016)
6/3/2017Rappel
20/6/2017Rappel
11/1/2019Rappel
23/5/2019Einde zittingsperiode

Vraag nr. 6-1143 d.d. 24 november 2016 : (Vraag gesteld in het Frans)

De aanpak van radicalisering in de gevangenissen verschilt naargelang van de plaats waar de penitentiaire instelling gelegen is. De gevangenissen vallen niet enkel onder de bevoegdheid van de minister van Justitie, maar ook onder die van de Gemeenschappen in het kader van hun opdracht inzake de sociale hulpverlening aan gedetineerden (artikel 5, §1, II, 7° van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen).

Het vijfde punt van het actieplan voor de aanpak van radicalisering in de gevangenissen van 11 maart 2015 gaat over sensibilisering en basisopleiding met het oog op een betere detectie en onderstreept het belang van de opleiding van het penitentiair personeel in het algemeen.

De Veiligheid van de Staat heeft in het verleden aan zowat honderdvijftig personeelsleden een sensibiliseringscursus gegeven die specifiek de radicaliseringsproblematiek behandelde. De gevangenisdirecties en de medewerkers van de opleidingsinstituten hebben ook een specifieke opleiding gekregen.

1) De op de COPPRA (Community Policing and the Prevention of Radicalisation) gebaseerde opleiding moet het penitentiair personeel in staat stellen een orthodoxe beleving van de islam te onderscheiden van een radicaliserende beleving. Hoever staat het daarmee? Welke resultaten worden er dankzij die opleiding geboekt? Hoeveel personeelsleden hebben die opleiding gevolgd?

2) Het plan vermeldt dat voor personeelsleden die reeds langer in dienst zijn en die dezelfde basiskennis rond radicalisering dienen te verwerven een aangepaste module e-learning wordt voorbereid die klaar zou moeten zijn tegen januari 2016. Dergelijke opleiding kan lokaal worden ingepland en vergt weinig organisatie. Hoever staat het daarmee? Wat zijn de resultaten van de inzet van die module?

3) Wat is de stand van zaken in verband met de vraag van het directoraat-generaal Penitentiaire Instellingen (DG EPI) aan de Europese Commissie voor bijkomende middelen in het kader van het Internal Security Fund met het oog op doorgedreven opleidingen voor het personeel van de gespecialiseerde afdelingen? Is de Europese Commissie ingegaan op die vraag ?