Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-983

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 27 januari 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie

Drankmisbruik bij minderjarigen - Campagne - Cijfergegevens - Controles - Maatregelen

alcoholisme
jongere
alcohol
bewustmaking van de burgers

Chronologie

27/1/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten

Heringediend als : schriftelijke vraag 5-4512

Vraag nr. 5-983 d.d. 27 januari 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid start een campagne tegen alcoholgebruik door minderjarigen in onder andere jeugdhuizen en allerlei door jongeren zelf georganiseerde fuiven en feesten. Min zestienjarigen mogen geen alcohol drinken, maar in 45 % van de fuiven voor jongeren kunnen min zestienjarigen toch gemakkelijk aan bier geraken. Dat blijkt althans uit een onderzoek door de FOD Volksgezondheid.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Kan de geachte minister me informeren over de concrete modaliteiten van dit onderzoek: wie verrichte het, wanneer, bij wie en met welke methodes? Welke wetenschappelijke waarde mogen aan de conclusies worden gehecht? Maakte dit onderzoek een onderscheid gemaakt tussen drankmisbruik en drankgebruik? Welke criteria of definities werden hieromtrent gehanteerd? Vanaf wanneer geldt alcoholgebruik als een echt probleem voor de jongere en zijn omgeving? Beschikt zij over grootschalig onderzoek gedaan naar drankmisbruik bij jongeren? Beschikt zij over voldoende bewijsmateriaal dat vooral jeugdhuizen en fuiven die jonge mensen zelf organiseren voor de belangrijkste problemen zorgen? Kan zij dit empirisch materiaal beschikbaar stellen?

2) Waaruit zal deze campagne bestaan, hoe wordt ze georganiseerd en aangepakt? Is zij overtuigd dat een ontradingscampagne zinvol kan zijn? Waarop baseert zij zich daarvoor? Kan zij - eventueel internationaal - wetenschappelijk onderzoek voorleggen, waaruit een positief causaal verband blijkt tussen enerzijds een ontradingscampagne en anderzijds de beoogde vermindering van alcoholgebruik door min zestienjarigen? Hoeveel middelen en mensen worden ingezet voor deze campagne? Overweegt men straffen bij vaststellingen van overtredingen?

3) Werd de jeugd betrokken bij deze campagne? Werden de gespecialiseerde jeugdverenigingen, de verschillende jeugdraden en andere specifieke jeugdactoren hierbij betrokken en hierover specifiek geïnformeerd? Meent zij dat zulke campagne, zonder grondig overleg en betrokkenheid van de jeugdsector, enige kans op slagen maakt?

4) Preventieve gezondheidszorg is een bevoegdheid van de gemeenschappen. Bestaat er overleg en / of samenwerking met de gemeenschappen rond deze problematiek en kan zij deze benoemen? Zo nee, waarom niet?

5) Wat zullen zij en haar FOD verder concreet ondernemen om dit drankmisbruik tegen te gaan?