Schriftelijke vraag nr. 5-9806

van Fatiha Saïdi (PS) d.d. 27 augustus 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Landsverdediging

Afghaanse hulpkrachten in dienst van het Belgische leger - Aantal - Bescherming

vluchteling
krijgsmacht
asielzoeker
hulpkracht
strijdkrachten in het buitenland
politiek asiel
Afghanistan

Chronologie

Vraag nr. 5-9806 d.d. 27 augustus 2013 : (Vraag gesteld in het Frans)

Voor het eerst sinds tien jaar bedraagt het aantal Belgische soldaten in het buitenland minder dan 600. Dat is het laagste aantal sinds het begin van de operaties in het buitenland, in 1992.

Ingevolge de stopzetting van de bescherming van de internationale luchthaven van Kaboel, waarvoor België sinds 2003 instond, bedraagt het aantal manschappen in Afghanistan nog slechts ongeveer 300 man, die opleidingsopdrachten vervullen.

Het Belgische leger heeft, zoals alle buitenlandse legers op Afghaans grondgebied, gedurende verschillende jaren lokaal burgerpersoneel tewerkgesteld als vertaler, gids, chauffeur, onderhoudspersoneel, enz.

Ik heb vernomen dat een groot aantal personen die in dienst waren van buitenlandse legers sinds de bezetting zijn vermoord door de taliban. Zo werden op 18 juli 2013 acht Afghaanse burgers die naar hun werk gingen op een buitenlandse militaire basis in de provincie Logar, ten zuiden van Kaboel, geëxecuteerd. Die werknemers worden soms zelfs verschillende maanden na het einde van hun opdracht vermoord.

Met die droevige realiteit voor ogen hebben veel Afghaanse werknemers die in dienst zijn van Westerse troepen hun werkgever om bescherming gevraagd. Het Verenigd Koninkrijk heeft asiel verleend aan ongeveer 700 hulpkrachten die diensten hebben geleverd en aan hun familieleden. Frankrijk heeft aan ongeveer 170 lokale werknemers veiligheid geboden op zijn grondgebied. Naar aanleiding van die informatie die ik recent heb gekregen en gelet op de situatie in Afghanistan, die geen twijfel laat bestaan over de gevaren voor elke Afghaan die heeft meegewerkt of meewerkt met Westerse troepen, heb ik vragen over de bescherming van Afghaanse hulpkrachten van het Belgische leger en over de regels en criteria die België hanteert ter bescherming van zijn oud-medewerkers en zijn huidige medewerkers in Afghanistan.

Kan de minister me met betrekking tot Afhanistan het volgende meedelen?

1) het aantal lokale tewerkgestelden van ons leger sinds uw aantreden;

2) het aantal lokale werknemers die diensten leveren aan ons leger sinds uw aantreden;

3) het aantal lokale tewerkgestelden die bescherming hebben gevraagd van België;

4) het aantal aanvragen tot bescherming die het leger op het terrein u heeft overgezonden of die rechtstreeks werden overgezonden aan de staatssecretaris bevoegd voor asiel;

5) het aantal aanvragen die u hebt doorgestuurd naar uw collega Maggie De Bock;

6) het aantal toegekende statuten (asiel of subsidiaire bescherming).

Antwoord ontvangen op 10 oktober 2013 :

Het geachte Lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen.

1. en 2.

1. De Afghaanse medewerkers te Kunduz, Masar-e-Sharif en Kandahar die als onderhouds - of keukenpersoneel of tolk tewerkgesteld zijn hebben geen rechtstreekse contractuele verbintenis met de Belgische Defensie. Ze werken in de schoot van firma’s die door ISAF gecontracteerd zijn of ze worden door onze ISAF- partners geëngageerd en deels ter beschikking gesteld van de Belgische detachementen.

2. Het aantal Afghaanse medewerkers tewerkgesteld in Kaboel ten voordele van de Belgische Defensie die een dienstencontract hadden met de Belgische Defensie:

3. Het actuele aantal Afghaanse medewerkers geëngageerd door andere ISAF-partners maar die voornamelijk ten voordele van de Belgen worden ingezet:

3. en 4. en 5.

Defensie heeft een lijst aangelegd van Afghaanse medewerkers die de wens hebben uitgedrukt om ofwel in België ofwel in West-Europa asiel aan te vragen (zonder de zekerheid te hebben dat effectief een aanvraag werd ingediend). Het betreft 2 personen in Kaboel en 16 in Kunduz. Een lijst met de namen van de mogelijke asielaanvragers werd op 17 mei 2013 overgemaakt aan Fedeerale Overheidsdienst (FOD) Buitenlandse Zaken.

6. Voor meer details met betrekking tot de effectieve asielaanvragen verwijs ik het geachte Lid naar de Staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, bevoegd in deze materie.