Schriftelijke vraag nr. 5-9635

van Inge Faes (N-VA) d.d. 19 juli 2013

aan de minister van Justitie

de beboeting van een verlopen keuringsbewijs

overtreding van het verkeersreglement
technische keuring
geldboete
regionale verschillen

Chronologie

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3891

Vraag nr. 5-9635 d.d. 19 juli 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Via mijn contacten in het werkveld heb ik het verhaal van een persoon gehoord wiens keuring van zijn wagen was verlopen en op 1 week tijd twee controles en evenveel boetes heeft op gelopen. Een boete in Wallonië van 60 euro en één in Vlaanderen – gerechtelijk arrondissement Mechelen– van 140 euro. Beide boetes zijn betaald.

Het is inderdaad zo dat de verschillende parketten de mogelijkheid hebben om binnen de vastgestelde marges zelf de hoogte van de boetes te bepalen. Het kan toch echter niet de bedoeling zijn dat de vrijheid van het parket er toe kan leiden dat een dezelfde overtreding in het ene arrondissement meer dan 100% harder wordt beboet dan in het andere.

Wat is het standpunt van de Minister ten aanzien van deze praktijk. Gaat u actie ondernemen om de parketten aan te moedigen een coherenter beboetingsbeleid na te streven?

Antwoord ontvangen op 10 oktober 2013 :

Er bestaan geen uniforme richtlijnen met betrekking tot het bedrag van de minnelijke schikkingen die moeten worden voorgesteld in geval van het niet aanbieden van een voertuig bij de technische controle.

Deze feiten worden bestraft op grond van artikel 4 van de wet van 21 juni 1985 dat voorziet in een gevangenisstraf van acht dagen tot drie maanden en/of een geldboete van 10 tot 10 000 euro.

Het is dus mogelijk dat een parket een minimale minnelijke schikking heeft voorgesteld, te weten 10 euro x 6 = 60 euro, terwijl het parket te Mechelen een strengere minnelijke schikking heeft voorgesteld.

Voor zover de informatie die u heeft ontvangen, exact is, kan dit worden verklaard door het gegeven dat het parket te Mechelen kennis had gekregen van het gegeven dat die automobilist reeds een keer was bekeurd voor datzelfde feit en dat het parket dan ook logischerwijze een hoger tarief heeft toegepast.

Voor zover dienstig merk ik op dat bij dit soort feiten ook een onmiddellijke inning mogelijk is, krachtens het koninklijk besluit van 1 september 2006.