Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9506

van Olga Zrihen (PS) d.d. 5 juli 2013

aan de minister van Werk

SHAPE - Burgerpersoneel - Situatie

NAVO
burgerpersoneel

Chronologie

5/7/2013Verzending vraag
30/4/2014Antwoord

Vraag nr. 5-9506 d.d. 5 juli 2013 : (Vraag gesteld in het Frans)

De toekomst van het burgerpersoneel bij de SHAPE (Supreme Headquarters Allied Powers Europe), bij Bergen is onzeker. Sinds maanden is er onduidelijkheid en is er geen relevante informatie over het feit of de contracten al dan niet zullen worden voortgezet.

Vanaf 2014 zal België als gastland het onderhoud van de installaties moeten verzekeren en dus de tweehonderddertig bedreigde contracten, die voordien door deze internationale organisatie werden betaald, moeten overnemen.

Over zes maanden is de vervaldag. De vakbonden ijveren voor het behoud van de tewerkstelling, maar momenteel lijkt de regering nog geen beslissing te hebben genomen over het burgerpersoneel van de SHAPE.

De minister van Landsverdediging heeft in juni 2013 verklaard dat hij het personeel van de SHAPE niet in zijn departement wil integreren. Hij wil de taken aan onderaannemers uitbesteden.

1) Hebt u meer informatie over de evolutie van de situatie? Hoe verklaart u dat de onduidelijkheid gedurende al die maanden blijft?

2) Is er een sociaal overleg aan de gang?

3) Zullen de werknemers die ontslagen worden begeleid worden om ander werk te zoeken? Zal eventueel een tewerkstellingscel worden opgericht voor een snelle socio-professionele re-integratie?

Antwoord ontvangen op 30 april 2014 :

U kan er van op aan dat de toekomst van het burgerpersoneel van SHAPE steeds mijn volle aandacht heeft weggedragen en ik ben dan ook verheugd dat ik u mag aankondigen dat er een oplossing werd gevonden voor het LWR-personeel binnen SHAPE.

Op 12 maart 2014 heeft de Regering op de Ministerraad, de GSA (Garrison Support Arrangement) tussen België en SHAPE goedgekeurd en de Voorzitter van het Interministerieel Comité voor het Zetelbeleid gemandateerd om het document te ondertekenen.

De GSA legt de concrete HNS Policy & Standards van de NATO vast waarin België verzocht wordt om:

- de dienst brandbestrijding (Fire Fighting) over te nemen en volledig te financieren;

- het beheer en het onderhoud van de infrastructuur (Real Estate Maintenance) volledig over te nemen en gedeeltelijk te financieren.

De gevolgen voor de personeelsleden met een lokaal statuut (LWR = Local Wage Rate) die SHAPE in dienst heeft om momenteel in te staan voor de twee voormelde diensten, worden vastgelegd in 3 opeenvolgende fases, met ingang op 1 september 2014.

In verband met de dienst brandbestrijding.

- Het LWR personeel blijft tijdelijk bij SHAPE als werkgever, maar de hulpverleningszone Henegouwen Centrum kan een beroep doen op deze personeelsleden.

- Eens de Regering de herstructurering van de Belgische diensten voor brandbestrijding, gepland voor 2015, heeft goedgekeurd, kunnen de LWR personeelsleden, op basis van de wet van 24 juli 1987 betreffende het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers, ter beschikking van de Federale Overheidsdienst (FOD) Binnenlandse zaken worden gesteld en zulks voor een overgangsperiode van vijf jaar.

- Na afloop van deze overgangsperiode worden deze personeelsleden opgenomen in het personeelsbestand van de hulpverleningszone Henegouwen Centrum.

In verband met de dienst onderhoud van de infrastructuur.

- Tot het moment waarop het commandocentrum SHAPE heropgebouwd is (de nieuwe infrastructuur zou tegen eind 2018 klaar moeten zijn), blijft het LWR personeel tijdelijk bij SHAPE als werkgever.

- Daarna kunnen de betrokken personeelsleden, voor een overgangsperiode van vijf jaar, ter beschikking van het aangewezen Belgische Departement worden gesteld, overeenkomstig de wet van 24 juli 1987 betreffende het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers.

- Na afloop van deze overgangsperiode worden deze personeelsleden opgenomen in het personeelsbestand van hetzelfde Departement.

Tenslotte is het zo dat in de context van de sociale dialoog, mijn medewerkers hebben getracht om zoveel en geregeld mogelijk contact te hebben met de afgevaardigden van de vakorganisaties, waarbij ze steeds luisterden naar hun vragen en hen zo goed mogelijk informeerden over de minste evolutie.

Uiteraard hebben wij hen in kennis gesteld van de beslissing van de ministerraad van 12 maart 2013.