Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9441

van Fatiha Saïdi (PS) d.d. 28 juni 2013

aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Justitie

Asielaanvragen - Vrouwen die de vrees voor genitale verminking inroepen - Cijfers

politiek asiel
seksuele verminking
officiële statistiek
taalgebruik
Raad voor Vreemdelingenbetwistingen
asielzoeker

Chronologie

28/6/2013Verzending vraag
25/7/2013Antwoord

Vraag nr. 5-9441 d.d. 28 juni 2013 : (Vraag gesteld in het Frans)

Vrouwelijke genitale verminking wordt in het Verdrag van Genève beschouwd als een onmenselijke en vernederende behandeling en kan dus de toekenning van het statuut van vluchteling wettigen.

De vereniging zonder winstoogmerk (vzw) Intact, een referentiecentrum voor juridische vraagstukken inzake vrouwelijke genitale verminking, en een groep experts, waaronder het Hoog Commissariaat voor de Vluchtelingen van de Verenigde Naties (UNHCR) en het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen (IVGM) hebben 143 arresten van de Raad voor vreemdelingenbetwistingen geanalyseerd. Die arresten hadden uitsluitend betrekking op de asielaanvragen van vrouwen die de vrees voor genitale verminking inriepen. Op basis van een grondig onderzoek van die 143 arresten zijn de genoemde niet-gouvernementele organisaties (ngo's) verontrust over het verschil in behandeling van identieke dossiers tussen een Franstalige en een Nederlandstalige kamer.

Kunt u mij de volgende cijfers meedelen:

1) het aantal asielaanvragen per taalkamer die de jongste vijf jaar werden ingediend;

2) het aantal asielaanvragen per taalkamer die jaarlijks worden ingediend;

3) het aantal positieve resulaten per kamer de afgelopen vijf jaar;

4) het aantal positieve resultaten per kamer op jaarbasis de afgelopen vijf jaar?

Antwoord ontvangen op 25 juli 2013 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op haar vragen.

De Raad houdt geen cijfergegevens bij die gebaseerd zijn op de ingeroepen asielmotieven noch op de aangevoerde middelen bij het indienen van de beroepen tegen de beslissingen van de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen.

Ter herinnering, elke asielaanvraag wordt individueel en zeer grondig onderzocht. Als er een gegronde vrees voor vervolging of een reëel risico (conform de in de wet vastgelegde definities) bestaat, wordt de vluchtelingenstatus of de subsidiaire beschermingsstatus toegekend. Dit gebeurt door onafhankelijke instanties: het Commissariaat-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen (CGVS) in eerste aanleg of de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RVV) in hoger beroep.