Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9390

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 24 juni 2013

aan de staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, en staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister

Transporten over het spoor - Chemische en giftige stoffen - Inhoud - Communicatie naar gemeentebesturen

vervoer van gevaarlijke stoffen
vervoer per spoor
officiële statistiek
gemeente
chemisch product
giftige stof

Chronologie

24/6/2013Verzending vraag
10/9/2013Antwoord

Vraag nr. 5-9390 d.d. 24 juni 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In België vinden dagelijks meerdere transporten van chemische en giftige stoffen via het spoor plaats. De treinramp in Wetteren toont duidelijk aan hoe belangrijk het is dat men exact weet over welke gevaarlijke stoffen het gaat. Een rondvraag leert ons dat de Belgische gemeenten waardoor dergelijke transporten plaatsvinden, niet op de hoogte zijn over welke stoffen het gaat, hoeveel keer per dag deze transporten plaatsvinden en wanneer ze exact plaatsvinden. Ook de provinciebesturen kennen de exacte inhoud van die transporten niet. De enige instantie die zou kunnen weten wat precies over het spoor wordt vervoerd en wanneer, zou Infrabel zijn. Opdat gemeentes zich op de best mogelijke manier zouden kunnen voorbereiden op dergelijke calamiteiten lijkt het mij toch niet onbelangrijk dat zij van dergelijke transporten op de hoogte worden gesteld.

Ik heb daarom volgende vragen voor de staatssecretaris:

1) Welke instanties zijn op de hoogte van wat er dagelijks via het spoor wordt vervoerd?

2) Graag had ik een overzicht gekregen van de gemeenten waardoor dergelijke transporten plaatsvinden, over welke stoffen het gaat en hoeveel keer dergelijk transport plaatsvindt.

3) Is de staatssecretaris van mening dat gemeentebesturen beter zouden moeten worden geïnformeerd over dergelijke transporten?

4) Zal de staatssecretaris stappen ondernemen om gemeentes hieromtrent beter te informeren?

Antwoord ontvangen op 10 september 2013 :

1/  De nationale Veiligheidsinstantie, DVIS, heeft een globaal overzicht van de situatie, door de analyse van certificatiedossiers van spoorwegondernemingen, door audits en controles, alsmede door de analyse van de jaarverslagen van de spoorwegondernemingen.  

Via de aankondiging van de samenstelling van de trein die de infrastructuurbeheerder, Infrabel, moet bereiken voordat de trein vertrekt, krijgen zij informatie over gevaarlijke goederen in real time.

Deze informatie wordt doorgegeven aan de hulpdiensten in geval van een ongeval en wordt dan direct bevestigd door de spoorwegmaatschappij die bij het ongeval betrokken is.

Om de kwaliteit van de informatie te waarborgen voert Infrabel, net als de DVIS, ook regelmatig controles uit op de juistheid van de aankondigingen van de samenstelling.

 2/  Wanneer een gemeente of een andere instantie daarom verzoekt, communiceert Infrabel de informatie die beschikbaar is. Gedetailleerde informatie over alle gevaarlijke goederen in transit in een bepaalde locatie lijkt echter niet relevant. Om bruikbare gegevens te krijgen, moet men de gegevens analyseren en een methodiek ontwikkelen voor de classificatie van risico's (brandbare vloeistoffen of gassen, giftige vloeistoffen of gassen, enz.).

3/  Infrabel, heeft al in 2009 en 2010 een roadshow voor overheidsinstanties georganiseerd, inclusief voor burgemeesters en provincie gouverneurs over haar rampenplan en de organisatie ervan in het algemeen. Sinds 2010 voorziet de crisiscommunicatiecel van Infrabel training / actuele informatie op verzoek van gemeenten of hulpdiensten. In 2014 voorziet de spoorwegsector (spoorwegondernemingen, DVIS en Infrabel) een nieuwe roadshow, speciaal georiënteerd op RID, en bestemd voor de hulpdiensten.

4/  Wij zijn van mening dat de lokale autoriteiten relevante informatie ontvangen wanneer dat nodig is. Als het nuttig blijkt te zijn statistische gegevens te verstrekken over het vervoer van gevaarlijke goederen, moet dit in eerste instantie worden besproken met diverse stakeholders en dit voor alle vervoersmodi.