Landsverdediging - Aanwezigheid in Afghanistan - Kostprijs - Resultaten
defensiebeleid
NAVO
strijdkrachten in het buitenland
Afghanistan
27/1/2011 | Verzending vraag |
14/7/2011 | Antwoord |
De militaire aanwezigheid van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) (met inbegrip van het Belgisch leger), zorgt permanent voor controversen. De vraag of die militaire machtsontplooiing tot enig duurzaam resultaat zal leiden, blijft prangend en vooral pijnlijk relevant. Internationale media en specialisten laten niet af om bij deze operaties steeds grotere vraagtekens te plaatsen.
Daarom stel ik de geachte minister enkele vragen over de Belgische aanwezigheid in Afghanistan.
1) Kan hij me gedetailleerd de kostprijs sinds het begin van onze aanwezigheid in Afghanistan meedelen? Hoe evolueerden deze uitgaven in 2008, 2009 en 2010? Hoe en over welke rubrieken en posten werden deze kosten verdeeld?
2) Over hoeveel manschappen ging het tijdens deze periode? Hoeveel militair materieel werd er " verbruikt " bij de manœuvres en oefeningen in dit verband?
3) Welke concrete realisaties kan hij koppelen aan de aanwezigheid van onze militairen in Afghanistan? Droegen deze bij aan een duurzame vrede? Zo ja, op basis van welke argumenten baseert hij zijn antwoord? Zo neen, waarom blijft het Belgische leger daar dan aanwezig?
4) Hoe verloopt de opleiding van de Afghaanse troepen op het terrein? Welke vooruitgang wordt er op dit terrein geboekt? Waarop baseert hij zich om hierop te kunnen antwoorden?
5) Hoe wordt de evaluatie van onze militaire aanwezigheid aangepakt? Wie maakt deze evaluatie en hoe wordt de objectiviteit ervan gewaarborgd?
6) Hoe beschrijft hij de maatschappelijke meerwaarde die door onze militaire aanwezigheid in Afghanistan wordt gerealiseerd?
1.U vindt hieronder een gedetailleerd overzicht van de kosten.
Algemeen 2003 - 2010 |
|
Jaar |
Kost (miljoen euro) |
2003 |
13,980 |
2004 |
42,878 |
2005 |
51,204 |
2006 |
36,437 |
2007 |
39,903 |
2008 |
57,605 |
2009 |
96,000 |
2010 |
103,379 |
Gedetailleerd 2008 - 2010 |
||
Jaar |
Categorie |
Kost ( miljoen euro) |
2008 |
Personeel |
24,278 |
Functioneren |
33,316 |
|
Aankoop materieel |
0,011 |
|
2009 |
Personeel |
33,791 |
Functioneren |
62,148 |
|
Aankoop materieel |
0,061 |
|
2010 |
Personeel |
39,502 |
Functioneren |
63,634 |
|
Aankoop materieel |
0,243 |
Het aantal militairen per jaar aangeduid voor een opdracht in de schoot van ISAF voor het desbetreffende jaar.
Jaar |
Aantal militairen |
2006 |
1385 |
2007 |
1325 |
2008 |
1562 |
2009 |
2120 |
2010 |
2360 |
De kosten vermeld in de onderstaande tabel behelzen enkel de personeelskosten die gegenereerd worden door langdurige oefeningen en manoeuvres tijdens “de pre-deployment training” (trainingsactiviteiten die doorgaan tijdens de normale werkuren genereren op zich geen bijkomende personeelskosten).
Jaar |
Personeelskost (Mio euro) |
2008 |
1,55 |
2009 |
1,20 |
2010 |
1,63 |
Bijkomende kosten vloeien voort uit het gebruik van het hoofdmateriaal (bijzonder het rollend materiaal) en het verbruik van munitie tijdens de trainingsactiviteiten. Ze zijn hernomen in de volgende tabel:
Jaar |
Kosten rijdend materiaal (euro) |
Kosten munitie (euro) |
2008 |
36000 |
307000 |
2009 |
51000 |
136000 |
2010 |
117000 |
228000 |
1.België maakt deel uit van een grote internationale inspanning, op basis van een resolutie van de VN Veiligheidsraad, die mede als uiteindelijk doel de wederopbouw van de Afghaanse natie heeft. Na jaren van intensieve inzet is ISAF erin geslaagd om de veiligheid in grote delen van het land aanmerkelijk te verbeteren. Deze overdracht gebeurt enkel wanneer zowel de veiligheid, het goede bestuur en het economische herstel beantwoorden aan de vooropgestelde normen. In het licht van deze doelstellingen levert de Belgische Defensie ontegensprekelijk haar bijdrage met:
een detachement F16 dat de veiligheid van de ingezette ISAF-grondtroepen verhoogt ;
een beveiligingsdetachement op de internationale luchthaven van Kabul dat reeds sinds meerdere jaren de functionering ervan verzekert zonder grote incidenten ;
een detachement bij het Duitse “Provincial Reconstruction Team” van Kunduz dat haar bijdrage levert aan de wederopbouw van het land ;
de OMLT’s die de oprichting van een autonoom Afghaans leger ondersteunen.
De eerste tekenen van veiligheid, herstel van maatschappelijke structuren, economische activiteiten en legitieme besturen zijn merkbaar. Dat herstel is echter nog te zwak om reeds van een duurzame vrede, stabiliteit en heropbouw te kunnen spreken.
2.Eenmaal haar basisopleiding voltooid is, wordt de verdere begeleiding van een nieuwe Afghaanse eenheid toevertrouwd aan een OMLT (Operational Liaison and Mentoring Team). Deze begeleiding gebeurt initieel door coaching tijdens zowel trainingsactiviteiten als tijdens operaties en dit gedurende de planningsfase en de uitvoering van de opdracht. Naarmate de Afghaanse eenheid meer bekwaam wordt, gaat het OMLT geleidelijk aan over van een “actieve coaching” naar een “passieve mentoring”. De mentoring is cruciaal voor het behoud van het operationeel niveau van de eenheid en kan betrekkelijk lang duren. Om de status van de Afghaanse eenheid te meten, heeft ISAF een specifiek evaluatiesysteem opgesteld. Maandelijks dient het OMLT de nodige gegevens hiervoor over te maken. De Belgische OMLT heeft één Afghaans bataljon opgewerkt tot het hoogste niveau waarbij het volledig autonoom operaties kan voeren. Momenteel wordt een tweede Afghaans bataljon door België begeleid naar hetzelfde niveau.
5. De evaluatie van onze aanwezigheid wordt op twee niveaus doorgelicht. Vooreerst is er de eerstelijnsevaluatie door de detachementen zelf. Na de voorbereiding en zowel in het begin als op het einde van hun operatie maken ze een evaluatierapport op. Na studie door de Defensiestaf worden eventuele verbeteringen doorgevoerd. De aanpassingen worden vervolgens doorgevoerd bij het daaropvolgende detachement en verder opgevolgd. Daarnaast voert de Defensiestaf zelf een continue evaluatie van de Belgische bijdrage in het operatietheater. Hiervoor is zij permanent in contact met de voornaamste belanghebbenden (NATO, ISAF en de lead nations, zoals Duitsland voor het Regional Command - North). Verder voeren specialisten op regelmatige basis een grondige analyse uit waarbij zij ter plekke nagaan, rekening houdend met nationale en internationale objectieven, welke aanpassingen ter verbetering van de Belgische bijdrage kunnen doorgevoerd worden.
6. De aanwezigheid van ISAF zorgt ervoor dat voor het eerst in jaren een klimaat geschapen wordt waarbinnen de wederopbouw van de Afghaanse natie kan gestart worden. Ernstige inspanningen worden momenteel door de internationale gemeenschap geleverd om een goed bestuur en economisch handel zowel op nationaal als lokaal vlak te verspreiden.