Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8821

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 22 april 2013

aan de staatssecretaris voor Sociale Zaken, Gezinnen en Personen met een handicap, belast met Beroepsrisico's, en staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Geïnterneerden - Uitkering wegens arbeidsongeschiktheid - Overzicht

opname in psychiatrische kliniek
arbeidsongeschiktheid
voorwaardelijke invrijheidstelling
invaliditeitsverzekering
sociaal verweer

Chronologie

22/4/2013Verzending vraag
24/7/2013Rappel
14/11/2013Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8819
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-8820

Vraag nr. 5-8821 d.d. 22 april 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Geïnterneerden die een uitkering wegens arbeidsongeschiktheid ontvingen kunnen die (gedeeltelijk) behouden tijdens hun opsluiting. Personen met iemand ten laste behouden het volledige bedrag. Bij personen zonder iemand ten laste wordt de uitkering gehalveerd.

Hierover de volgende vragen.

1) Hoeveel geïnterneerden die zijn opgesloten in de gevangenis of in een instelling ter bescherming van de maatschappij genieten een volledige en hoeveel een halve uitkering?

2) Gaat die uitkering integraal naar de gerechtigde of ontvangt de instelling waar ze verblijven ook een deel?

3) Hoeveel geïnterneerden die vrij op proef zijn genieten een uitkering? Krijgen personen die niemand ten laste hebben een volledige uitkering wanneer ze vrij op proef zijn?

Antwoord ontvangen op 14 november 2013 :

In antwoord op uw vraag kan ik u het volgende meedelen:

Vooreerst bevestig ik dat als de arbeidsongeschikt erkende gerechtigde te beschouwen is als een gerechtigde zonder gezinslast, hij in geval van internering slechts recht heeft op de helft van het bedrag van de arbeidsongeschiktheidsuitkering waarop hij aanspraak had kunnen maken indien hij niet geïnterneerd was geweest (artikel 233, eerste lid van het K.B. van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 (uitkeringsverzekering voor loontrekkenden) en artikel 32 van het K.B. van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten (uitkeringsverzekering voor zelfstandigen)). De ratio legis van deze halvering van de uitkering is dat tijdens de internering een aantal kosten voor het levensonderhoud ten laste worden genomen door de instelling waarin de betrokkene is geïnterneerd.

1. Er zijn geen precieze cijfers beschikbaar over het aantal arbeidsongeschikte gerechtigden dat geïnterneerd is. De onderstaande tabellen geven wel voor het tijdvak van invaliditeit het aantal alleenstaande en samenwonende arbeidsongeschikte gerechtigden in de uitkeringsverzekering voor loontrekkenden en in de uitkeringsverzekering voor zelfstandigen weer die van hun vrijheid beroofd waren (het gaat dus niet enkel om de geïnterneerden) en tevens een invaliditeitsuitkering ontvingen.

Indépendants/Zelfstandigen

Invalidité/Invaliditeit

2007

2008

2009

2010

2011


Isolés/Alleenstaanden

Cas/Gevallen

16

14

11

7

10


Cohabitants/Samenwonenden

Cas/Gevallen

3

7

3

0

3


Total sans les cas avec charge de famille/Totaal gevallen zonder gezinslast

Cas/Gevallen

19

21

14

7

13


De Dienst voor uitkeringen van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV) beschikt niet over statistisch cijfermateriaal voor wat betreft de personen met gezinslast. Aangezien deze personen hun volledige uitkering behouden, worden deze niet apart gecodeerd.

Voor wat betreft de periode van primaire arbeidsongeschiktheid is er eveneens geen cijfermateriaal beschikbaar. De uitgaven in primaire arbeidsongeschiktheid worden voorlopig enkel globaal en dus niet individueel meegedeeld.

Salariés/Loontrekkenden

Invalidité/Invaliditeit

2007

2008

2009

2010

2011

Isolés/Alleenstaanden

Cas/Gevallen

456

523

571

619

642

Cohabitants/Samenwonenden

Cas/Gevallen

260

241

234

260

276

Total sans les cas avec charge de famille/Totaal gevallen zonder gezinslast

Cas/Gevallen

716

764

805

879

918


2. De verzekeringsinstelling kent als uitbetalingsinstelling van de uitkeringen enkel een hele of halve uitkering (naargelang het geval) aan de arbeidsongeschikt erkende gerechtigde toe. Door de uitkeringsverzekering wordt geen vergoeding aan de instelling betaald waarin de arbeidsongeschikt erkende geïnterneerde verblijft.

3. Er zijn geen concrete cijfers beschikbaar van het aantal arbeidsongeschikte geïnterneerden dat voorwaardelijk of voorlopig in vrijheid is gesteld. Als de geïnterneerde zonder gezinslast voorlopig of voorwaardelijk in vrijheid wordt gesteld, kan hij aanspraak maken op het volledige bedrag van de arbeidsongeschiktheidsuitkering omdat hij in dat geval volledig zelf dient in te staan voor zijn levensonderhoud (artikel 233, tweede lid van het K.B. van 3. juli 1996).