Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8746

van Bart De Nijn (N-VA) d.d. 17 april 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen

Beroep van portier - Vereisten - Wetgeving - Naleving - Controles - Inbreuken - Tegenstrijdigheid

beveiliging en bewaking

Chronologie

17/4/2013Verzending vraag
20/6/2013Antwoord

Vraag nr. 5-8746 d.d. 17 april 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Op 1 november 1999 werden de vereisten rond het beroep van portier verstrengd doordat de portierswet, die onder de wet op de bijzondere en private veiligheid valt, in voege kwam. De gevolgen voor de portiers waren onder andere een verbod op het gebruik van dwang en geweld, een verbod op de identiteitscontrole, een vergunning hebben na het volgen van een opleiding binnen het ministerie van binnenlandse zaken, de verplichting een identificatie-badge te dragen, het bezitten van een blanco strafblad, het verbod op het ontvangen van fooien,…

Ondanks kritiek vanwege de onhaalbaarheid van de wet, werd hij doorheen de jaren verder opgevolgd en geactualiseerd via allerlei uitvoeringsbesluiten en omzendbrieven.

Graag had ik hieromtrent volgende vragen gesteld:

1) Kan de geachte minister mij een overzicht geven van de grootschalige controles die uitgevoerd zijn tot op heden op de verschillende niveaus (nationaal, regionaal en zonaal niveau) om de wet uit te voeren? Wat is het aantal pv's die telkens uitgeschreven zijn en welke inbreuken werden hoofdzakelijk vastgesteld?

2) Hoeveel vergunningen zijn ingetrokken, nadat portiers zich hadden misdragen of na het vaststellen van inbreuken op de portierswetgeving? Kan dit ook als gevolg hebben dat ondernemingen hun vergunning kwijtraken?

3) Hoe beoordeelt de geachte minister de evolutie in het aantal en de aard van de inbreuken op de portierswet? Zijn er, volgens haar, voldoende controles om de wet voldoende afdwingbaar te maken?

4) Zit er geen tegenstrijdigheid in het verbod op identiteitscontrole door portiers, enerzijds, en hun plicht om na te gaan of de mensen de vereiste leeftijd hebben om toegang te krijgen tot de zaak of het evenement, anderzijds ?

Antwoord ontvangen op 20 juni 2013 :

1)    Voor wat de controle op de bewakingssector betreft, voerde mijn administratie de voorbije jaren onderstaande controles uit. Zoals u ziet heeft de controle op de café’s en dansgelegenheden een hoog aandeel in aantal uitgevoerde inspecties. In 2012 was 45 % van de controles in de bewakingssector gericht op deze deelsector. 

deelsector

Aantal 2009

Aantal 2010

Aantal 2011

Aantal 2012

waardetransport

1

1

0

1

café- en dansgelegenheden

323

267

210

112

evenementen

30

23

13

12

maatschappelijke zetels

58

42

27

14

industrie

135

113

78

63

handelszaken

161

117

75

34

Ziekenhuis

 

12

16

 

Musea

 

2

0

1

opleidingscentra

 

4

0

0

Veiligheidsdienst

 

4

0

0

Begeleiding uitzonderlijk vervoer

/

/

2

3

Andere

75

25

29

9

totaal

783

610

450

249

Los van deze controles inspecteerden ook de politiediensten de naleving van de regelgeving op de private veiligheidssector. 

Naar aanleiding van de uitgevoerde controles werden processen-verbaal opgesteld waarvan u onderstaand een overzicht vindt 

Jaar

Aantal PV’s opgesteld door politie

Aantal PV’s opgesteld door beëdigde agenten van de directie private veiligheid

totaal

2009

466

824

1290

2010

344

823

1167

2011

440

609

1049

2012

290

482

772

Er bestaan geen specifieke cijfers over processen-verbaal opgesteld naar aanleiding van controles op café- en dansgelegenheden.  

2) Er werden in 2011 en 2012 vijf vergunningen ingetrokken van bewakingsondernemingen die portiersdiensten aanboden. 

3) De meest voorkomende inbreuken op de bewakingswetgeving in de sector van het uitgaansleven zijn :

  1. illegale bewakingsagenten ;

  2. het, meestal subtiel, eisen van fooien ;

  3. het voorhanden hebben van een illegaal wapen ;

  4. niet nakomen van verplichting openbaar maken van verzekering. 

Veel voorkomende probleemsituaties zijn: het gebruik maken van geweld aan de toegang (zowel door klanten als bewakingspersoneel) en toegangsweigering met daarmee gepaard gaand gevoel van discriminatie. 

4) De controlebevoegdheid van de identiteitskaart van bezoekers door bewakingsagenten is beperkt tot de plaatsen die niet voor publiek toegankelijk zijn en tot de verplichte identiteitscontrole tot kansspelinrichtingen. In alle andere gevallen komt het veelvuldig voor dat de uitbater die de toegang tot zijn instelling wenst te beperken tot personen vanaf een bepaalde leeftijd, werkt met lidkaarten. Deze lidkaarten kunnen aan de toegang worden gecontroleerd door bewakingsagenten.