Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie (NICC) - Hergebruikte en herladen munitie - Gegevens uit de nationale ballistische databank - Bevindingen
Nationaal Instituut voor Criminalistiek en Criminologie
vuurwapen
officiële statistiek
14/3/2013 | Verzending vraag |
26/7/2013 | Antwoord |
Volgens een bijdrage van de Duitse onderzoeker Holger Anders in een 2006 door het Zwitserse Graduate Institute of International Studies uitgegeven studie in het kader van het onafhankelijk onderzoeksproject "Small Arms Survey", zou in België 5 à 8 % van de afgevuurde, gevonden en/of in beslag genomen kogels in het kader van een gerechtelijk onderzoek naar criminele feiten, herladen kogels zijn. De auteur citeert deze gegevens uit een interview met een medewerker van de federale wetenschappelijke instelling, het Nationaal Instituut van Criminalistiek en Criminologie (NICC) (zie Anders (H.), Following the Lethal Trail: Identifying Sources of Illicit. In: S. Pezard and H. Anders, Targeting ammunition. A primer, Small Arms Survey, Geneva, June 2006, p. 226, note 47: "In an interview with an official of the Belgian National Institute on Crime and Criminology (NICC), it was indicated that in Belgium, and probably in Europe more broadly, around 5-8% of recovered cartridge cases analysed in the context of law enforcement investigations are hand-loaded. This figure may be higher in the USA. Interview, NICC, Brussels, 10 November 2005." ).
Vandaar mijn vragen:
1) Kan de minister of haar administratie bovenstaande gegevens met betrekking tot de 5 à 8 % herladen kogels bevestigen? Kan zij deze data eventueel meer specificeren met betrekking tot de periode van deze vaststelling, omschrijving van het soort feiten en de soort munitie (zonder of met inbegrip van cartouches)? Heeft het NICC of meer specifiek de Nationale ballistische databank recentere gegevens inzake herladen kogelhulzen in het kader van gerechtelijke onderzoeken?
2) Welke statistische gegevens kan de Nationale ballistische databank aanleveren inzake het herladen van kogels?
a) Vanaf welk jaar zijn deze statistische gegevens beschikbaar en worden deze jaarlijks opgelijst en geanalyseerd?
b) Zo ja, aan wie worden deze analyses bezorgd?
c) Zo ja, welke trends kunnen worden vastgesteld (sterk schommelend, dalend of stijgend)?
d) Kunnen deze statistische gegevens worden gespecificeerd volgens het soort misdrijven (gewapende overvallen, doodslag of ongeluk, doodslag of moord, enzovoort.)? Wat zijn de bevindingen?
e) Kunnen deze statistische gegevens worden gespecificeerd volgens de soort munitie (de cartouches of het soort metalen kogelhuls die herlaadbaar is)? Wat zijn de bevindingen?
f) Kunnen deze statistische gegevens worden gespecificeerd volgens het soort vuurwapens? Wat zijn de bevindingen?
In de Nationale Ballistische Gegevensbank (N.B.G.) worden sinds 1996 de karakteristieken van delictkogels en -hulzen opgenomen met als doel om verbanden te leggen met andere schietincidenten die op Belgisch grondgebied plaats hebben gegrepen. Evenzo worden er de karakteristieken van vuurwapens in opgenomen om na te gaan of deze gebruikt werden voor het plegen van criminele feiten.
Ook wanneer (niet-afgevuurde) munitie aangeboden wordt voor onderzoek, worden hun kenmerken opgenomen in de N.B.G.. Deze analyse wordt echter niet altijd expliciet gevraagd door de magistraat omdat het zeker niet altijd bijdraagt aan het onderzoek.
De gegevens in de Nationale Ballistische Gegevensbank worden niet systematisch statistisch verwerkt. Dit is niet het doel van de N.B.G., ze is er niet voor geconstrueerd en er is ook geen vraag naar. Op specifieke vraag kunnen er wel punctuele opzoekingen in verricht worden.
Sinds 2005 voorziet de N.B.G. specifiek in de mogelijkheid om aan te duiden of patronen (of afgevuurde hulzen) herladen zijn. Dit kan men enkel vaststellen indien men daar kenmerkende sporen voor aantreft op de munitie en dit vereist een grondig microscopisch onderzoek.
Op datum van 10 april 2013 bevat de N.B.G. de gegevens van 1 629 patronen (of groepen van patronen met zelfde kenmerken), ingeschreven na 1 januari 2005. Voor dezelfde periode bevat ze de gegevens van 1 558 hulzen (of groepen van hulzen met dezelfde kenmerken). Uit het onderzoek is gebleken dat hiervan 56 patronen en 56 hulzen (of groepen van patronen/hulzen met dezelfde kenmerken) herladen waren. Dit bedraagt respectievelijk 3,4 en 3,6 % van het totaal aantal patronen/hulzen.
De tabellen in bijlage specificeren deze gegevens per jaartal (uit notitienummer), het kaliber van de patronen, het aantal patronen/hulzen (of groepen van patronen/hulzen met dezelfde kenmerken), het type delict (uit notitienummer) en het wapentype waarvoor deze patronen bestemd zijn.
Aantal herladen hulzen ingeschreven sinds 1 januari 2005 |
|||||
jaartal |
kaliber |
aantal groepen |
% |
delict |
wapentype |
1999 |
9 mm Para |
1 |
0,06 % |
Moord/doodslag |
pistool/SMP[1] |
2006 |
.270 Winchester |
6 |
0,39 % |
Vals bomalarm |
jachtgeweer |
.32 Smith & Wesson Long |
1 |
0,06 % |
Vals bomalarm |
revolver |
|
9,3 x 62 mm |
1 |
0,06 % |
Landbouw |
jachtgeweer |
|
9 mm Para |
1 |
0,06 % |
Moord/doodslag |
pistool/SMP |
|
2007 |
9 mm Para |
16 |
1,03 % |
Moord/doodslag |
pistool/SMP |
2008 |
.38 Special |
20 |
1,28 % |
Wapens |
revolver |
7,65 mm Browning |
1 |
0,06 % |
Diefstal met geweld |
pistool/SMP |
|
9 mm Para |
5 |
0,32 % |
Moord/doodslag |
pistool/SMP |
|
2009 |
7,65 mm Browning |
1 |
0,06 % |
Wapens |
pistool/SMP |
2010 |
.38 Special |
1 |
0,06 % |
Opzettelijke slagen |
revolver |
9 mm Para |
1 |
0,06 % |
Moord/doodslag |
pistool/SMP |
|
2012 |
9 mm Para |
1 |
0,06 % |
Moord/doodslag |
pistool/SMP |
|
totaal |
56 |
3,59 % |
|
|
totaal groepen hulzen |
1 558 |
|
|
|
Aantal herladen patronen ingeschreven sinds 1 januari 2005 |
|||||
jaartal |
kaliber |
aantal groepen |
% |
delict |
wapentype |
1993 |
7,65 mm Browning |
1 |
0,06 % |
Moord/doodslag |
pistool/SMP |
1999 |
9 mm Para |
1 |
0,06 % |
Moord/doodslag |
pistool/SMP |
2005 |
.45 Auto |
1 |
0,06 % |
Diefstal met geweld |
pistool/SMP |
2006 |
.280 Remington |
1 |
0,06 % |
Vals bomalarm |
jachtgeweer |
.270 Winchester |
1 |
0,06 % |
Vals bomalarm |
jachtgeweer |
|
.38 Smith & Wesson |
1 |
0,06 % |
Vals bomalarm |
revolver |
|
9,3 x 62 mm |
3 |
0,18 % |
Landbouw |
jachtgeweer |
|
9,3 x 74R mm |
1 |
0,06 % |
Landbouw |
jachtgeweer |
|
9 mm Para |
3 |
0,18 % |
Vereniging misdaad / gijzeling Drugs Wapens |
pistool/SMP |
|
2007 |
9 mm Short |
1 |
0,06 % |
Moord/doodslag |
pistool/SMP |
9 mm Para |
3 |
0,18 % |
Moord/doodslag Wapens |
pistool/SMP |
|
.38 Special |
3 |
0,18 % |
Diefstal met geweld Wapens |
revolver |
|
2008 |
.357 Magnum |
2 |
0,12 % |
Diefstal met geweld Wapens |
revolver |
.38 Special |
1 |
0,06 % |
Wapens |
revolver |
|
7,62 x 53R mm |
1 |
0,06 % |
Wapens |
Nagant-geweer |
|
2009 |
9 mm Para |
5 |
0,31 % |
Wapens Vals bomalarm |
pistool/SMP |
.38 Special |
1 |
0,06 % |
Verloren voorwerpen |
revolver |
|
2010 |
.38 Special |
5 |
0,31 % |
Wapens Opzettelijke slagen |
revolver |
.32 Smith&Wesson Long |
1 |
0,06 % |
Vereniging misdaad / gijzeling |
revolver |
|
7,65 mm Browning |
1 |
0,06 % |
Diefstal met geweld |
pistool/SMP |
|
9 mm Para |
1 |
0,06 % |
Vereniging misdaad / gijzeling |
pistool/SMP |
|
.45 Auto |
1 |
0,06 % |
Moord/doodslag |
pistool/SMP |
|
2011 |
9 mm Para |
3 |
0,18 % |
Opzettelijke slagen Ontvluchting gevangenis |
pistool/SMP |
.32 Smith&Wesson Long |
1 |
0,06 % |
Opzettelijke slagen |
revolver |
|
.320 Bulldog |
1 |
0,06 % |
Moord/doodslag |
revolver |
|
6,35 mm Browning |
1 |
0,06 % |
Wapens |
pistool |
|
7,65 mm Browning |
1 |
0,06 % |
Diefstal met geweld |
pistool/SMP |
|
7,62 mm Nagant |
4 |
0,25 % |
Diefstal met geweld |
revolver |
|
.45 Auto |
2 |
0,12 % |
Wapens |
pistool/SMP |
|
2012 |
.45 Auto |
2 |
0,12 % |
Diefstal met geweld |
pistool/SMP |
.32 Smith&Wesson Long |
1 |
0,06 % |
Wapens |
revolver |
|
7,65 mm Browning |
1 |
0,06 % |
Arbeidswetgeving |
pistool/SMP |
|
|
totaal |
56 |
3,44 % |
|
|
totaal groepen patronen |
1 629 |
|
|
|
[1] SMP: submachinepistool (een wapen met de mogelijkheid tot volautomatisch vuren)