Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8259

van Cindy Franssen (CD&V) d.d. 20 februari 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen

Het actieplan tegen gedwongen huwelijken

gearrangeerd huwelijk
officiële statistiek

Chronologie

20/2/2013Verzending vraag
15/4/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2680

Vraag nr. 5-8259 d.d. 20 februari 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Elk jaar kiezen in België jonge mensen, meestal meisjes, niet vrijwillig hun echtgenoot, hun familie en hun leven als volwassene. Ook al is het moeilijk om dit fenomeen te kwantificeren, toch wordt het als zeer belangrijk omschreven, worden de ambtenaren van de burgerlijke stand er dagelijks mee geconfronteerd en betreft het een fenomeen dat de hele Europese Unie aangaat.

Deze gedwongen huwelijken hebben vaak zware gevolgen voor het sociale, familiale, seksuele en affectieve leven van de slachtoffers. Ze staan haaks op onze fundamentele waarden en vormen vaak aanleiding tot extreem geweld: verkrachting, moord, verminking, mensenhandel, enz.

Dit staat te lezen in uw beleidsnota, waaraan u toevoegt dat u een ambitieus gecoördineerd actieplan wil opzetten tegen gedwongen huwelijken.

Graag had ik van de minister het antwoord gekregen op de volgende vragen:

1) Zijn er reeds cijfers beschikbaar over het geschatte aantal gedwongen huwelijken in België? Zijn die vergelijkbaar met andere Europese landen?

2) Welke maatregelen heeft de minister reeds genomen om het aantal gedwongen huwelijken terug te dringen?

3) Welke moeilijkheden ondervindt de minister bij het aanpakken van dit probleem?

4) Wat is het tijdskader voor het realiseren van het gecoördineerd actieplan tegen gedwongen huwelijken?

Antwoord ontvangen op 15 april 2013 :

1)Sinds eind 2009 bevat de politienomenclatuur een specifieke code voor gedwongen huwelijken. In 2011 registreerden de criminaliteitsstatistieken van de politie 12 klachten over feiten van gedwongen huwelijken. Samen met het Brusselse-Hoofdstedelijke Gewest financier ik momenteel een kwantitatieve en kwalitatieve studie over gedwongen huwelijken in Brussel. De tussentijds verslagen wijzen op de moeilijkheid om gegevens uit te zamelen, vooral voor de verenigingen op het terrein. Bovendien, is het moeilijk voor de slachtoffers om tegen familie klacht in te dienen.

Omdat er nog geen gemeenschappelijke Europese definitie bestaat over ‘gedwongen huwelijken’, is het nog niet mogelijk om onze cijfers met cijfers van andere Europese landen te vergelijken. 

2)Er werden verschillende cellen rond schijnhuwelijken opgericht in bepaalde steden (zie de onlangs gecreëerde cel in de politiezone Zuid). Het is echter wenselijk om dit type cel aan te vullen met een specifieke expertise met betrekking tot gedwongen huwelijken. Het is immers mogelijk dat sommige gevallen van gedwongen huwelijken door mazen van het net glippen omdat ze enkel vanuit het oogpunt van een schijnhuwelijk worden bekeken.

Bovendien , moeten we de ambtenaren van de burgerlijke stand sensibiliseren voor de alarmsignalen van een gedwongen huwelijk om te vermijden dat een huwelijk onder dwang voltrokken wordt.

Ik heb ook het voornemen om in samenwerking met Buitenlandse Zaken, een specifieke sensibiliserings- en begeleidingsstrategie te ontwikkelen voor consulaten opdat ze zo adequaat mogelijk gebruik maken van de weigering tot consulair attest in geval van alarmsignalen voor een gedwongen huwelijk.

Ten slotte wordt, een sensibiliseringscampagne uitgevoerd bij de  lokale polities om de preventie en detectie van dit fenomeen te verbeteren.  

3)De grootste moeilijkheid waar men vandaag mee geconfronteerd wordt is het feit dat de focus op schijnhuwelijken wordt gelegd. De andere moeilijkheid is dat het slachtoffer twijfelt om klacht in te dienen tegen een naaste. Daarenboven mogen we niet vergeten dat dit soort huwelijken voornamelijk jonge volwassenen (minder dan 25 jaar) en minderjarigen treft. 

4)Het Nationale Actieplan (NAP) wordt momenteel geactualiseerd en aangevuld met nieuwe acties, ook in het domein van de gedwongen huwelijken. Zowel het federale niveau als de gemeenschappen en de gewesten, die een fundamentele rol spelen in de problematiek, in het bijzonder via het werk in de scholen zijn erbij betrokken). De doelstelling is om in de eerste elft 2013 over een nieuw actieprogramma te beschikken en het volgende meerjarenplan 2014 voor te bereiden dat zal geïnspireerd zijn op de Conventie van de Raad van Europa ter bestrijding van geweld tegen vrouwen (CAHVIO).